Toch maar wel…

Al twee jaar roep ik dat ik een andere skibril wil, want het vizier op mijn skihelm is niet voldoende. Niet om te gebruiken bij kou en wind, maar ook niet als filter bij mist, sneeuwval of zonnig weer. Eigenlijk is het een nutteloos ding. Twee jaar terug is het begonnen. Plots had ik last van de zon en een vorm van sneeuwblindheid. Iets waar ik tot dan toe nog niet eerder mee geconfronteerd werd, begon nu een last te worden. Met het prachtige weer moest ik de halve dag met mijn ogen dicht van de berg af zien te komen want, tja het vizier op mijn helm deed niet veel. 

Dat jaar erop, vorig jaar dus, nam ik uit voorzorg mijn eigen zonnebril mee. Dat was geen overbodige luxe. De zon scheen namelijk onophoudelijk en ook nu kon ik mijn ogen niet openhouden. Dankzij mijn zonnebril heb ik er geen minuut last van gehad. Het enige nadeel is dat de bril en helm niet heel fijn op elkaar zijn afgestemd, met als gevolg dat mijn zonnebril scheef op mijn hoofd stond en een complete afdruk in mijn gezicht achterliet. Dat moet een volgende keer anders. Ik wil een skihelm waar deze zonnebril fijn op aansluit, of een skibril die netjes op mijn helm past. 

Eenmaal in de winkel besluit ik een compleet nieuwe set aan te schaffen, aangezien mijn oude helm ook al een aantal jaar meegaat. Veiligheid gaat immers boven alles. De nieuwe skibril past zich aan alle weersomstandigheden aan. En mocht dit nog niet voldoende zijn, dan past mijn eigen zonnebril, die speciaal voor op het water of in de sneeuw is, prima onder de helm en op mijn neus. Helemaal blij met mijn nieuwe aankopen loop ik naar de kassa, alwaar ik een medewerker tegen het lijf loop die zich bezighoud met speciale snowboardbindingen. Je klikt als het ware je schoen op de binding in plaats van je voet in te snoeren, en je bent ready to go. Hij heeft mijn volledige aandacht.

De beste man steekt van wal met zijn spreekbeurt. “Niet steeds meer hoeven zitten om je bindingen vast te gespen. Vanuit de lift direct door kunnen. Niet iedereen die op jou hoeft te wachten. En het mooiste, het directe contact met je board en de sneeuw… Ik werd steeds enthousiaster. Maar ja, ik heb bindingen en schoenen, en ik had net al een bril en helm gekocht…. Dus ik bedank de verkoper voor alle info en loop naar de uitgang. 

Vriendlief spreekt, nog voor we de winkel uit zijn, de magische woorden: ik betaal!! Nee grapje. Hij haalde aan dat mijn oude schoenen al een soort van stuk zijn. En ook mijn bindingen, meer dan 10 jaar oud, aan vervanging toe zijn. Dat die “plastic dingen” nog niet kapot gesprongen zijn is een godswonder. Oké, vriendlief heeft een goed punt en omdat ik zo heel stevig in mijn (kapotte snowboard)schoenen sta *not* draai ik op mijn schrede om en ga opzoek naar de spreekbeurtmeneer… 

Hij lacht als hij mij weer ziet aankomen. “Je bedenken is het beste dat je kon doen vandaag” is zijn eerste reactie. Hij beantwoordt al mijn vragen en daarna helpt hij mij vakkundig aan nieuwe schoenen en bindingen. Ik ben echt super goed geholpen en kan niet wachten om mijn nieuwe set uit te gaan proberen in de sneeuw. 

Wie de schoen past…

“Jeetje, die zijn leuk!!” Hoor ik Zoonlief roepen. Ik schenk er geen aandacht aan, want hij deelt de hele dag graag mee wat hij ergens van vind ongeacht wie er luistert. Ik houd daarom mijn blik op mijn beeldscherm gericht en lees verder waar ik gebleven was. Ondertussen hoor ik hem wat schuifelen en rommelen in de gang, de trap op en iets harder dan anders weer afrennen. “Ik pas ze ook nog!!” Hoor ik hem vervolgens zeggen. Met zijn laatste woorden klettert de schoenlepel van de trap. Kabaal op kabaal, ik ben uit mijn concentratie en draai mij met een zucht om.

Zoonlief wandelt tussen de gang en mij heen en weer. “Mmm ze zijn wel iets te ruim bij mijn tenen. Maar verder zijn ze echt wel leuk! Ik mag ze zeker niet aan als ik zo ga voetballen?” “Wat denk je zelf?! Roep ik naar hem.” Dan pas realiseer ik mij waar hij het over heeft. Mijn blik gaat van zijn hoofd naar zijn voeten. Ik kan wel lachen en janken tegelijk als ik hem zie staan. Aan zijn ooit zo pietepeuterige schattige voetjes, met über schattige inimi wiebelteentjes, pronken mijn nieuwe gympen. Het feit dat hij mijn gympen aan kan zonder te struikelen over zijn eigen voeten betekend dat hij wel erg groot aan het worden is. Het opgelegde groeiverbod heeft hij aan de wilgen gehangen. Er is niks pietepeuterigs en schattigs meer aan zijn voetjes. Ze hebben nu (al) de afmeting van maatje 36/37. Nog één maat erbij en hij kan daadwerkelijk mijn schoenen aan.

Vriendlief loopt naar de gang en pakt een doos van de grond. “Hier zitten jouw nieuwe schoenen in!” “Oh.” Is het enige dat hij uit kan brengen. Zonder pardon worden mijn, nog nette, gympen uitgetrapt en wordt de doos uit zijn handen gegrist. Mijn hand is sneller dan die van zoonlief en ik grijp een schoen uit de doos. “Als jij mijn schoenen past dan pas ik ook die van jou!” Roep ik hem toe terwijl ik al een verwoede poging doe hem aan krijgen. “Helemaal niet!! Jouw voeten zijn veel te groot voor mijn schoenen!!” Ik frons mijn wenkbrauwen en kijk hem aan. “Oh…” is het enige dat ik zeg. Ik geef hem met gespeelde tegenzin zijn schoen terug. “Ga je schoenen dan maar snel passen!”

Na wat geklungel met de veters heeft hij ze aan. “Jeetje, die zijn leuk!!” Roept hij. “Ik pas ze ook nog! Ze zitten helemaal goed!” Ik moet lachen om zijn reactie. Wat een makkelijk kind is het toch ook. “Mag ik dan wel met deze voetballen??” Zegt hij met een vragende blik. Zo makkelijk, maar vreselijk eigenwijs!!