Sprookjesachtig mooi…

Het heeft heel de avond en nacht gesneeuwd. En niet die lullige kleine witte vlokjes die smelten zodra ze de grond raken. De vlokken die in Nederland meestal naar beneden vallen. Nee, dit is het echte werk. De sneeuw heeft zich als een dikke zachte deken over het hele landschap gedrapeerd. Als er in het dal al zoveel is gevallen, hoeveel zou er dan op de berg terecht zijn gekomen? Dat is de eerste gedachte die in mij opkomt als ik vanuit mijn slaapkamer naar buiten kijk. Ik kan mij bijna niet inhouden en voel mij als een kind dat op schoolreisje gaat. Uitgelaten en enthousiast. 

Maar eerst gaan we met de hele groep ontbijten. Het is half 8 als we aanschuiven in het restaurant en ons te goed doen aan al het lekkers. Ik eet veel te veel maar houd mijzelf voor dat het een actieve dag gaat worden. Zonder brandstof wordt het niks! Nog geen uur later staan we allemaal buiten, gehuld in onze warme sportieve kleding. Op naar de skilift voor onze eerste afdaling. 

Onderaan de lift nemen we afscheid van de twee tantes, die zichzelf vermaken in het dorp. Er volgt nog een groepsfoto en daarna gaan we naar boven. Het weer is wisselvallig. Zo nu en dan sneeuwt het. Dit houd eigenlijk heel de dag aan. Het maakt de winterse gedachte wel helemaal af. Het is heerlijk om het board weer aan mijn voeten te voelen. Hoewel het zicht af en toe wat lastiger wordt. Her en der boarden we namelijk letterlijk tussen de wolken door. De tweede dag is een lichte kopie van de eerste. Maar de zon laat zich nu wel af en toe zien. Een mooi voorbode voor de 3e dag. 

Die breekt sneller aan dan ik wil. Onderweg naar boven vergaap ik mij aan het mooie uitzicht. De zon zet alles, zoals altijd, in een ander perspectief. Boven is totaal niet te vergelijken met beneden. De sneeuw van de voorgaande nacht heeft alles bedekt en het heeft een dempend effect. Alles lijkt zachter en mooier. We zijn vroeg boven en zo’n beetje de eerste. De heren kiezen voor het stijle stuk maar dat sla ik graag over. Ik besluit het bospad te nemen. Aan het einde van de route komen beide stukken weer samen. Zodra ik de bocht om ben, ben ik helemaal alleen. 

Het enige geluid dat ik hoor is de knerpende sneeuw onder mijn board. Het liefst zou ik hier stil gaan staan om alles extra in mij op te nemen. Het is werkelijk prachtig. Het besneeuwde landschap strekt zich voor mij uit. De paden voor mij zijn nog onaangeroerd en de bomen zijn gehuld in een mooie witte deken. Kennen jullie het sprookje Narnia? Waarbij Lucy via de achterkant van een kledingkast in een ander land terecht komt? Zo voel ik mij ook. Dit is een compleet andere wereld. Magisch en betoverend.

Gelukkig mag ik hier nog een paar dagen vertoeven. Want de rest van de week, op de laatste dag na, is nog even magisch als die eerste dagen. De temperatuur loopt langzaam op maar de bomen zijn tot zeker dag 5 mooi wit en de bospaden goed begaanbaar. Dus neem ik iedere afdaling nog eens en nog eens en nog eens. Het is hier sprookjesachtig mooi!

Wel of niet …

“We weten nog niet of we meegaan…” of “We kijken wel of we nog kunnen boeken…”  of “Misschien, we weten het nog niet zeker…”. Allemaal antwoorden waar ik geen ruk mee kon. Maar die mij wel steeds de hoop gaven dat het geen definitief NEE was. Iedere keer als we elkaar zagen of spraken vroeg ik er naar. Iedere keer kreeg ik van mijn oom en tante het zelfde antwoord. “Geen idee, we zien wel, misschien…”

We gaan al jaren met elkaar op vakantie en de groep is gewoon niet compleet als niet iedereen er bij is. Op het laatste feestje dat we hadden zei mijn neefje spontaan dat ie ging kijken of het hem ging lukken vrij te nemen. Want tja, zo’n wintersportweek is toch wel heel tof! Maar van mijn oom en tante kreeg ik alleen een vaag antwoord zoals hierboven al omschreven.

Na die week bleef iedere vorm van communicatie uit. Ik dacht nog dat ie het misschien gezegd had in een dronken- of sentimentele bui. Of omdat ie mijn gezeik zat was, dat zou natuurlijk ook nog kunnen. Ik hield op met zeuren en legde mij er bij neer dat dit een jaar zou worden met het kleinste groepje wintersporters ooit. Want zoonlief ging ook al niet mee.

Dit mocht de pret niet drukken en met de overblijvers bespraken we al wat we zouden gaan doen. Lekker boarden en skiën. Misschien zelfs een dagje naar een ander skigebied. Een middag met tante op stap die niet skiet. En uiteraard een paar keer relaxen in de sauna. Maar eerst moesten we nog op de plaats van bestemming zien aan te komen. 

De reis naar Oostenrijk, die rond 22.00 uur van start ging, verliep heel voorspoedig. Het was super rustig onderweg. De voorspelde regen en sneeuw bleef gelukkig grotendeels uit en er waren ook geen al te grote wegwerkzaamheden. Dit hebben we wel eens anders meegemaakt. Waar we ons wel de tandjes van schrokken was de hoge benzineprijs langs de weg. Na één keer tanken besloten we daarna alleen nog in de dorpjes naast de snelweg te gaan tanken.

Veel vroeger dan anders kwamen we op onze vaste vakantiestek aan. Neef en nichtje waren reeds gearriveerd en stonden vanuit de lobby naar ons te zwaaien. Iet wat stijf liepen we het hotel in. En daar stond Neefje-die-mee-zou-gaan-maar-niks-meer-liet-horen midden in de hal. “Surprise!!” Riep hij keihard. Voor ik het wist hing ik om zijn nek en kneep hem bijna fijn. Super tof!! Ik kon er maar niet over uit dat het hem gelukt was. De stinkerd had ons niks verteld.

Inmiddels waren we allemaal gearriveerd. Net toen we het ons in de lobby gemakkelijk wilden maken in afwachting van de sleutel van de kamer, stond ons nog een verrassing te wachten. Oom en tante kwamen tevoorschijn. “Surprise!!!” Werd er weer geroepen. Nu kon ik mij niet meer inhouden. Ik vloog ze beide om de hals en moest er zelfs een traan van blijdschap van laten. Al die tijd wisten ze al dat ze mee zouden gaan maar vonden het te leuk om ons voor de gek te houden. Ze moesten wel ruim voor ons aanwezig zijn zodat ze ons konden verrassen. En dat is meer dan gelukt!!

De voorbereidingen…

Terwijl ik nog wat nieuwe ideeën voor een project aan het uitwerken ben en tegelijk een handleiding aan het dichten ben voor een collega, tikt de tijd gestaag door. Daarmee komt ook mijn vakantie met rasse schreden dichterbij. Mijn collega roept iets in de trant van: “Zo, je zou maar met vakantie gaan deze week?!” Ik hoor het zinnetje aan en opeens realiseer ik mij dat ik inderdaad binnen een paar dagen al weg ben. 

Natuurlijk wist ik wel dat ik met vakantie zou gaan en de voorbereidingen waren links en rechts ook al getroffen. Zo waren onze ski’s en board reeds gewaxt. De kleding, schoenen en andere wintersportattributen hadden we het weekend er voor van de vliering gehaald. Maar de koffer moet nog wel ingepakt en ook Draak moet nog weggebracht worden naar zijn vakantie adres.   

Daarmee begint dus feitelijk mijn eerste vakantiedag. Het inpakken van de spullen en het wegbrengen van Draak. Dat mij meestal een klein beetje een weemoedig gevoel geeft. Alsof ik “zomaar” afstand van hem doe. Maar Draak is net als voorgaande jaren in goede handen. En is inmiddels helemaal thuis op zijn vakantieadres. 

Gelukkig komt het niet vaak voor maar nu toevallig wel. Van die onverwachte zaken die je er eigenlijk niet bij kunt hebben. Zoiets als: “Heb jij mijn skisokken toevallig gezien?? En weet je misschien waar mijn handschoenen zijn?” Spullen die normaal gesproken een vaste plek hebben. Maar daar nu dus niet liggen. 

Irritant!!! Want waarom liggen deze spullen niet op hun gebruikelijke plek? Nu ben ik eerst een uur lang alle kasten, tassen en verborgen ruimtes af aan het zoeken om tot de conclusie te komen dat zoonlief alles met de kerstvakantie geleend heeft voor zijn skivakantie. Grote kans dat het nog bij hem ligt. Na wat bel- en appwerk zijn sokken en handschoenen gelukkig weer boven water. Terug naar de “zenmodus” en de tassen kunnen verder worden ingepakt.  

Voor we alles zo efficiënt mogelijk in de auto plaatsen, want we hebben dit jaar geen skibox op het dak, moeten we eerst Draak wegbrengen. We mogen in onze handjes knijpen dat er lieve mensen zijn die hun huis en haard ter beschikbaar stellen. Draak is nog geen meter over de drempel en praat al honderd uit. Hij voelt zich helemaal op zijn gemak. Wanneer zijn verblijf, in het midden van de kamer met uitzicht op het parkje, gereed is kan hij niet wachten om zijn intrek te nemen. Hij begint direct met poetsen en eten en roept daarna: “Daaaag, Doei!!!” Met andere woorden: Ga maar lekker weg!!

Een aantal taken op de to-do-lijst kan ik inmiddels afstrepen. Met iedere vink die ik zet voel ik een laagje “dat-moet-ook-nog” wegvallen en het vakantie gevoel groeien. We halen nog wat boodschappen voor de heenreis want we rijden in de nacht naar onze plaats van bestemming. De ervaring heeft ons geleerd dat er dan niet veel open is. Als we alles in huis hebben rijd ik naar stal om Poownie gedag te zeggen. 

Ik geef mijn grote harige vriend nog een flinke poetsbeurt, een lekkere emmer met voer en een grote knuffel. Ook voor hem wordt deze week goed gezorgd. Als ik hem daarna tevreden tussen zijn maten in de paddock terug zet kan ik alles loslaten. Met een afgevinkte lijst rijd ik terug naar huis. Nu kan de vakantie echt beginnen… 

Saunatje pakken…

Heel de week heb ik gewerkt. Dan weer thuis dan weer op kantoor. Iedere dag was ik pas laat klaar. Het was soms zelfs zo druk dat ik gewoon langer heb moeten werken. Iets dat sinds de pandemie niet meer echt is voorgekomen. Het was ook een rare week met gekke gesprekken. Zowel met collega’s als met klanten. Doe daar een paar eetlepels vermoeidheid bij, een grammetje of wat gespannen schouders en wat kruimels geïrriteerdheid en het feest is compleet. Met dit grauwe weer verdween het daglicht ook nog eens als sneeuw voor de zon. Pas na het avondeten kon ik wat verontreinigde lucht gaan snuiven op stal. 

Hoewel ik dit weekend geen uren bij het paard heb doorgebracht heb ik toch wel een flinke tijd met hem staan grazen in de polder. Met daarbij de nodige kou en regen op mijn knar. Als ik zondagmiddag thuiskom heb ik nog maar zin in één ding. De verwarming op standje comfortabel, in mijn zachte teddyfleece huispak onder mijn dekentje op de bank. Met thee binnen handbereik en mijn boek op schoot. 

Maar voor ik daar aan begin loop ik door naar boven. De geur van de houten cabine is onweerstaanbaar. Mijn neus vangt ook al een vleug van de eucalyptusolie op. Het enige dat ontbreekt is de warmte die mij in mijn gezicht “slaat”. Dat ik zoveel plezier aan mijn omgetoverde zolderkamer naar home made spa zou hebben, had ik niet verwacht. Oké, toegegeven, met 30 graden ben ik hier niet te vinden. Op dagen zoals nu, met guur en nat weer, zit ik hier graag.

De sauna is nog niet eens op temperatuur maar ik besluit er vast in plaats te nemen. Ik maak het mij gemakkelijk. De warmte die er al hangt omsluit mij als een heerlijke zachte deken. De eerste 5 minuten doe ik niks anders dan alleen maar zitten. Even een moment nemen om te aarden. Genieten van de steeds warmer wordende lucht. Misschien ben ik in een vorig leven wel een hagedis of leguaan geweest. Het baden in de hitte bevalt mij namelijk wel. 

Wanneer de sauna goed op temperatuur is duur het niet lang voor ik mijn huid plakkeriger voel worden. Al snel melden de eerste zweetdruppeltjes zich bij de startlijn en voel ik ze een voor een naar beneden glijden. Iedere druppel geef ik een gevoel of ervaring mee van afgelopen week. Alles wat niet goed ging, wat mij stoorde aan mijzelf en een ander. Ik besluit “schoon” het weekend af te sluiten. En met iedere zweetdruppel die ik geboren voel worden, wordt mijn geest lichter en lichter. 

Ik wil zo lang mogelijk in de kalme intimiteit van mijn cocontoestand blijven zitten. Maar dat zou niet bepaald goed voor mij zijn. Met een half gesloten oog werp ik een blik op de klok en zie dat ik al een half uur in zweterige meditatieve toestand verkeer. Tijd om af te sluiten, bij te komen, een liter water te drinken en heerlijk te douchen. 

Na nog eens een half uur zit ik dan toch eindelijk op de bank. Gehuld in mijn zachte teddyfleece huispak onder mijn dekentje met thee en koekjes binnen handbereik en mijn boek op schoot. Mijn huid voelt zacht en rozig. Mijn hoofd is redelijk leeg. Zo hectisch als de week was zo rustig eindig ik het weekend. Klaar voor een nieuwe week. 

Steeds verder weg…

Op deze foto is mijn moeder net zo oud als ik nu ben. Wat ik echt een hele rare gedachte vind. We lijken zo veel op elkaar en tegelijk verschillen we als dag en nacht. Het moment dat deze foto gemaakt is herinner ik mij als de dag van gisteren. Ze wilde liever niet op de foto want haar haar zat niet goed, ze had geen make-up op en haar trui was vies. Ik ben blij dat deze foto toch gemaakt is. Het is namelijk een van de laatste foto’s waar we samen en ook nog eens lachend op staan. 

Ik ben nu bijna zo oud als mijn moeder was toen ze het leven niet echt meer zag zitten. Ze vroeg zich vaak af wat ze hier nog deed. Terwijl ik dagelijks mijn zegeningen tel en plannen aan het beramen ben voor “straks”, “morgen” en ook nog voor “later”. Onze situatie’s zijn totaal verschillend en daarom ook helemaal niet te vergelijken. 

De band met haar familie was niet om over naar huis te schrijven. Wat natuurlijk ook een reden had. Ze wist het maar het aanpakken en veranderen was lastig. Toen kwam er een tijd dat wij onze vleugels uitsloegen. Misschien maakten we in haar ogen beslissingen die ze niet had gewild voor ons. Wanneer we recht tegenover elkaar stonden wist ze diep van binnen dat elke beslissing die wij namen beter was dan hoe ze zelf in het leven stond. 

Met het verstrijken van de tijd werd het moederen over ons steeds minder. En dat was denk ik het kantelpunt voor haar. Wij waren haar ketting naar “het vaste land” dat wat ooit ook haar familie en haar leven was. Dat ankerpunt viel weg toen wij uit huis gingen.  

Ik sta op het punt een onzichtbare drempel te overschrijden die zij op deze leeftijd nooit heeft gekend. Midden in het leven staan en volop genieten van dat wat is. Hoewel er zeker overeenkomsten zijn. Ook ik ben (stief) moeder en zie mijn zoon opgroeien, ouder en wijzer worden. Werken en geld uitgeven. Zijn eigen beslissingen nemen. Kortom zijn vleugels uitslaan. 

De situatie is uiteraard weer compleet anders. Zoonlief komt hier wel eens vragen waar hij goed aan doet, om vervolgens zijn plan van aanpak bij te stellen. Of niet. Dat hij geregeld naar mij toe komt om te vragen wat ik ergens van vind, geeft mij het liefdevolle, soms aanzwengelende trotse gevoel, met hier en daar een “WTF- heb-je-in-je-hoofd-gehaald” moment. Wat mijn moeder ongetwijfeld ook had… 

Het doet pijn dat mijn tijd met mijn moeder steeds verder weg is. De echte tijd die we samen doorbrachten is zelfs nog langer geleden. We groeiden uit elkaar en ik ging mijn eigen weg.

Ik droom de laatste maanden heel levendig over haar. Soms zit ze alleen maar stil in een hoekje. Soms zie ik er niet eens maar is er een alwetend gevoel dat ze er wel bij is. Dan weer verteld ze mij hele verhalen. Ik zie ze stuk voor stuk als momentjes van ons samen en probeer het vredige gevoel bij het ontwaken zo lang mogelijk vast te houden.

Het geeft een troostend gevoel te weten dat ze nu op een plek is waar ze het fijner heeft. Ik hoop dat als ze naar beneden kijkt ze haar dochters het leven ziet leiden dat ze voor ons voor ogen had.

Let’s celebrate…

Terwijl een aantal collega’s de eerste week van het jaar lekker vrij waren bestonden die dagen voor mij gewoon uit werken. Mijn noeste arbeid werd verspreid over kantoor en thuis. De helft van Nederland was ook nog lekker vrij en dat zorgde voor de nodige rust aan de telefoon. Het waren heerlijke werkdagen. Ik kreeg taken lekker vlot af en kon op die manier mijn 2-do lijst achter elkaar afvinken. Alsof ik in een flow aan het werk was. Zelfs taken die stiekem al even lagen te wachten kon ik die week mooie afmaken. Hopelijk is dit een voorbode voor de rest van het jaar. 

Mijn weekend start met veel regen en veel te koud weer. Oké het is winter en dan hoort het dit weer te zijn. Maar als warmte liefhebber voel ik mij toch altijd een beetje ontheemd in deze natte en vieze dagen. Zowel de vrijdagmiddag en avond als de zaterdag bleef het maar regenen. Als ik zaterdagmiddag verkleumd van stal thuis kom is de warme douche een zaligheid. Veel tijd heb ik niet want tegen 17.00 uur worden we op het eerste feestje van het nieuwe jaar verwacht. Een nieuwjaarsreceptie bij mijn schoonouders. 

Het contrast met het troosteloze weer buiten en de gezellige sfeer binnen had niet groter kunnen zijn. Het is behaaglijk warm, er hangen sfeerlichtjes en overal staan kaarsjes. Hierdoor voel ik mij in een mum van tijd rozig worden. En dan heb ik nog niet eens van de champagne gedronken. Veel tijd om in mijn cocontoestand (niet te verwarren met corona toestand) te verkeren heb ik niet. Er zijn al familieleden binnen en niet veel later is de rest ook gearriveerd. 

We toasten met champagne op het nieuwe jaar en mijn schoonouders verklaren het buffet voor geopend. Er staat van alles en voor ieder wat wils. Onder het eten passeren de gebeurtenissen van het afgelopen jaar de revue. We halen herinneringen op aan lang geleden en praten over de plannen van dit nieuwe jaar. Zoals altijd gaan we later dan verwacht pas weer naar huis. 

Het tweede feestje van dit jaar heb ik direct de dag erna. Mijn zusje, al heel lang een volwassen vrouw, maar voor mij nog steeds mijn zusje, is jarig. Hoewel ze het niet echt viert maar wel een hele grote doos gebak in de koelkast heeft staan, zijn een aantal vrienden en familieleden welkom. Vroeg in de middag reis ik af naar Bergen op Zoom. Ik had wel naar haar verjaardag gevraagd maar niet expliciet laten weten dat ik kwam. Het was dus een (hopelijk) leuke verrassing toen ik opeens voor de deur stond.

Eenmaal daar snapte ik waarom de gebaksdoos zo vreselijk groot was. Er zaten maar een paar koeken in. Maar die hadden wel een doorsnee van een kleine 20 tot 25 cm, zo niet groter. Het waren de bekende “Groffen Koeken”. Of de “platte tiet” voor de doorsnee inwoners van Bergen. Tiet of niet, de smaak is super. De koek is groot, rond, gevuld met banketbakkersroom en afgewerkt met chocolade fondant. Mier zoet en zoveel lekkerder dan taart. Na deze “koek” eenmaal weggewerkt te hebben zat ik tot het avondeten vol. 

Ik ben bijtijds weer thuis zodat ik de avond rustig in kan luiden. Nog even een moment voor mijzelf voor de werkweek weer start. 

Dankbaarheid…

Na een korte nacht breekt de eerste dag van het nieuwe jaar aan. We hebben niks bijzonders op de planning staan. Geen afspraken of visites. Vandaag wil ik lekker relaxen en tussendoor de boel een beetje schoonmaken. In de ochtend app ik een aantal mensen met de vraag wat hun leukste moment van vorig jaar was. Om zelf antwoord te geven moet ik overigens ook even alle momenten de revue laten passeren. Sneller dan verwacht krijg ik berichtjes terug. Sommige hebben mooie, ontroerende en grappige dingen meegemaakt. Andere hebben van alles ondernomen maar kunnen niets bijzonders noemen. 

Een heel jaar is voorbij gegaan. 365 dagen, waarin ze van alles hebben ondernomen. Mensen ontmoet, naar evenementen en zelfs andere landen zijn geweest. Maar er sprong niets noemenswaardigs uit. Dit is tijd die als zand door je vingers glipt. Voorgoed voorbij en niet meer terug te halen. Als je dit laat gebeuren, neem je dan simpelweg genoegen met dat wat is?

Ik moest even bedenken wat mijn leukste moment van 2021 is geweest. We hebben best wat ondernomen en de tijd is voorbij gevlogen. Toen schoot mij het tevreden en voldane gevoel te binnen, dat ik had toen ik met mijn “koek en zopie” op de bank zat op te warmen na een heerlijke dag schaatsen.  

Onze wintersport in Oostenrijk ging helaas niet door, want Corona. Daarvoor in de plaats kwam de wintersport gewoon naar ons. Hernieuwde enthousiasme overspoelt mij als ik aan die week terug denk. Tijdens onze vakantie hadden we sneeuw en bevroren sloten. Maakten we winterwandelingen in onze eigen buurt. En stonden we na jaren weer eens op onze schaatsen. Drie dagen lang leefde ik mij, samen met familieleden en vrienden, uit op het ijs.

Die dagen gaven mij een kinderlijk gevoel van blijdschap. De maffe gesprekken die we hadden. Het geklauter over de vlonders omdat we perse een rondje om het eiland wilde schaatsen. Mijn nichtje en ik die probeerde over te stappen en achteruit te schaatsen. De ijshockeypuk die in het enige gat van het ijs belande en daar dus nog ergens op de bodem moet liggen. Het gevoel wordt versterkt als ik kijk naar de foto’s. De mooie blauwe lucht, het zonnetje en onze rode wangen van de kou. Alles en meer, voor altijd bevroren in die momenten op het ijs. 

Vorige week las ik bij Hoofdtaal een blog waar het bijhouden van dankbaarheid momenten besproken werd. Ik sluit mijn dag geregeld al af met met het doornemen van en reflecteren op wat er allemaal gebeurd is. Zelfs in sombere of verdrietige tijden. Vaak geeft dit mij rust en kan ik zaken makkelijker loslaten. Alleen schreef ik het nooit op en sta er daarna niet echt meer bij stil. 

Terugblikken en zien wat je gedaan, gevoeld of teweeg hebt gebracht in plaats van enkel maar najagen wat je graag wilt, zorgt voor meer dankbaarheid in je leven. Wat weer zorgt voor een tevreden gevoel. Wat weer zorgt voor een positievere mindset. Wat weer zorgt voor…  Kortom, je wordt een blijer persoon.

Een (nog) blijer persoon wil ik wel zijn. En wat is er nu mooier om met zo’n doel te starten aan het begin van een nieuw jaar? Een bijkomend voordeel: zo heb ik over 365 dagen een nog dankbaarder jaar om op terug te kijken.

Met familie en vrienden schaatsen op het ijs in de polder begin 2021

Opgaan in het moment II…

In eerste instantie was ik helemaal niet bezig om het “mindfulness” aan te pakken. Het woord alleen bezorgd mij jeuk. Het is wel precies wat ik gedaan heb. *HIER* lees je deel één. Mijn doel is mijn gehaaste leven veel meer een halt toe te roepen. Ik wil meer opgaan in welk moment dan ook en meer genieten van dat wat ik aan het doen ben. Ik neem jullie graag mee in mijn zoektocht naar het creëren van meer zen-momenten in alledaagse dingen. 

Mijn plan om het door te trekken in meerdere dingen die ik doe, blijkt toch minder eenvoudig te zijn dan ik dacht. Soms is het zelfs lastig om (al is het maar) twee minuten stil te staan en echt bewust te voelen en op te merken met waar ik mee bezig ben. Begin dit jaar, toen ik er mee begon wist ik nog niet dat Corona ervoor zou zorgen dat mijn hele leven, in ieder geval de komende maanden een stuk rustiger zou worden. Slow down brother!! 

Stiekem had ik gehoopt dat het hierdoor wat makkelijk zou zijn. Niets is minder waar. Ik heb mij op dit moment dan niet meer met 101 dingen bezig te houden maar er malen nog voldoende gedachten door mijn hoofd. En waar kan ik die nu beter stil zetten dan op de plek waar de bewoners altijd leven in het hier en nu?! Die geen last hebben van mentale ruis, oordelen of zorgen. Ja, of er na deze ene hap gras misschien nog een volgende hap genomen kan worden… 

Ik zet mijn zoektocht naar zen-momenten voort op stal. Of eigenlijk de wei, want daar staan de paarden sinds enkele weken. Ik ga vandaag heel bewust strontscheppen! Tenminste, dat ga ik proberen. Het hebben van een paard is echt niet zo romantisch, dat je het ff weet. Normaal doe ik deze klus op de automatisch piloot en draait mijn hoofd overuren. Vandaag heb ik extra geluk. De knollen zijn een wei verplaatst en het gras staat zo’n beetje kniehoog. Extra uitdaging is niet verkeerd om ergens met je volle aandacht bij te zijn. 

Bij het betreden van de wei blijf ik met een voet hangen in een grashalm en breek bijna mijn nek. Dat begint al goed. Maar hierna is iedere handeling doelbewust en heel gericht. Het is heel wat vermoeiender om bij dit stompzinnige werk je (telefoon en) denken uit te schakelen en alleen bezig te zijn met hier en nu. Met paard en poep. Tel daar het ploegen met kruiwagen en al, door het hoge gras bij op en ik heb naast een geestelijke ook een fysieke inspanning geleverd.

Voor ik er erg in heb ben ik al een uur lang “spoorzoekertje” aan het spelen. Voel ik wat mijn spieren doen en luister naar de geluiden om mij heen, in plaats van in mijn hoofd. Wat een herrie daar binnen en wat een rust daarbuiten!! Is het gelukt? Nee niet helemaal. Misschien komt het door de klus op zich?! Die was letterlijk en figuurlijk intensief. Wel was ik meer uit mijn hoofd en in mijn lichaam. 

Wanneer ik op de fiets stap voor de terugreis naar huis voel ik mij toch voldaan! Nu is het de kunst om het uit te bouwen. Eens zien wat mijn volgende onderwerp gaat worden… 

Zo voorbij…

Ik sta de poetsspullen van Poownie in te pakken als mijn stalgenootje vraagt of ik nog iets ga doen. We hebben ruim een uur aan tijd over dus besluiten we samen nog een rondje te gaan wandelen. Wanneer we met paard en al bij het hek staan valt onze blik op de dreigende, donkere massa wolken die zich links van ons heeft samengepakt. Even hiervoor was er niets anders dan strakblauwe lucht en zonneschijn. We besluiten de bui af te wachten en laten de paarden grazen op het gras voor stal. Maar de bui trekt langs ons heen dus wagen we een gok. Binnen een half uur zijn we terug en nog steeds is het droog. Wel ziet de lucht er heel raar uit. Alsof ieder moment de storm kan losbarsten.

Als alle dames naar huis zijn blijf ik alleen over. Ik rommel nog wat aan op stal. De zon doet erg haar best om door de wolken heen te prikken, maar het lukt nog niet aardig. En dan opeens, uit het niets, begint het te waaien. Takken, blaadjes, hooi alles komt voorbij de keet gevlogen. Gelukkig zit ik veilig binnen. Na vijf minuten wordt het rustiger en besluit ik naar buiten te gaan. Wanneer ik mij omdraai is de dreigende lucht nog steeds aanwezig. Donkerder en brutaler dan ooit toornt hij boven mij uit, alsof Thor ieder moment tevoorschijn kan komen. Miezerige druppels vallen inmiddels op mij neer als een waarschuwing. Mijn blik gaat naar de andere kant en daar zie ik niet één, maar twee regenbogen. Verbazingwekkend wat de natuur aan bruut- en schoonheid kan laten zien op het zelfde moment. Zo mooi en zo fel.  

De regenboog blijft heel lang zichtbaar en de zon wint uiteindelijk steeds meer aan terrein. Toch blijft de lucht achter mij er vreemd uitzien. Het is niet zo dreigend meer. Maar rustig is het ook niet. Ik sluit alles af. Groet de paarden en rij naar huis. Terwijl de avond valt rij ik het licht tegemoet. Het is een rare gewaarwording. Als ik bijna thuis ben doemt zich de donkere lucht voor mij op. Gelukkig is er niemand anders op de weg dus trap ik op de rem en zet mijn auto stil in de berm. Hier moet ik gewoon even naar kijken.

Ik stap uit en aanschouw het hele tafereel voor mij. Alsof ik door een caleidoscoop kijk en bij iedere draai het beeld veranderd. Nostalgie borrelt bij mij naar boven. Maar ook gemis, hoop, verdriet, geluk, liefde en verlangen. Alles gevangen in dit ene moment. De hemel staat in vuur en vlam. Net als mijn hoofd, die niet weet wat hier mee te doen. Dus sta ik daar maar en kijk. Het is prachtig en niet één minuut is de lucht hetzelfde. Nog voor het beeld vervaagt schiet ik een foto. Niet van al te beste kwaliteit. Maar wel een moment om te bewaren. Om af toe op terug te kijken. Om mij er aan te herinneren dat het leven is zoals de lucht op dit moment. Mooi, krachtig, fragiel en zo voorbij!! 

 

lucht in paarse, roze en oranje tinten.

 

 

***

Count Your Blessings … #7

Weet je wat ik zo fijn vond aan de laatste twee dagen van onze vakantie? Dat we die door konden brengen op het water. Met 25 graden en volop zon lag Merlin al op ons te wachten. Oom B. en tante V. hadden ook nog een dag vrij en gingen gezellig met ons mee. Afgeladen met hapjes en drankjes stapten we de eerste dag aan boord voor een tochtje door de Dordtse Biesbosch.

Hoewel het een (doordeweekse) vakantiedag was, was het opvallend rustig op het water. We kwamen wat kano’s en sloepjes tegen en dat was het. Zelfs de aanlegsteigers, die normaal met mooi weer helemaal vol liggen, waren dit keer leeg. Er waren blijkbaar al een hoop mensen met vakantie. Wij hadden in ieder geval het water voor ons alleen. Oom zat aan het roer en vriendlief was zijn tomtom. En de dames? Die vermaakten zich prima in de zon op het voordek.

We kwamen uiteindelijk aan bij ons favoriete stukje. Omringt door water, groen en afgesneden van de drukte van de stad. Het gefluit van de vogels klinkt hier veel luider en duidelijker. En als je geluk hebt hoor je woody woodpecker of een koekkoek. Geen andere boten of kano’s die de rust konden verstoren. De eerste keer dat Oom mee ging verliep de lunch iets minder soepel. Dus konden we het nu goedmaken. Het mag duidelijk zijn, we vermaakten ons prima die dag. En kwamen een stuk bruiner en veel later dan gepland weer in de haven terug.

De volgende dag was het iets minder zonnig. Maar zeker niet minder warm. Onze gasten voor die dag waren Nichtje A. en vriendin M. Nadat we Merlin vaarklaar hadden gemaakt kon de vaart beginnen. Dag twee stond in het teken van actie, dus moesten we het grote water op. In de Biesbosch mag je namelijk niet harder dan 6 kilometer per uur varen. Achter de Biesbosch ligt de Nieuwe Merwede. Hoewel dit gedeelte de “snelweg” voor de beroepsvaart naar grotere steden wordt genoemd, is er voldoende ruimte voor de recreant.

Ook nu gingen we eerst uitgebreid lunchen nadat we de boot in een baai voor anker hadden gelegd. Vervolgens werden de wetsuits, vesten en het wakeboard uit de kast gehaald. De dames hadden nog nooit geboard dus mocht ik voordoen hoe het moest. Maar zo’n goed voorbeeld was ik niet. Ik liet direct de handle los. De tweede start lukte wel. Dat gevoel, op het moment dat je op het water staat en je steeds meer controle over je board krijgt, geeft mij vleugels. Ik hoopte zo, dat ik ze kon laten delen in dit “red bull” gevoel. Maar helaas. Bij alle twee lukte het boarden niet en na verschillende pogingen zijn we er mee opgehouden.

Maar we waren nog niet klaar. De funtube werd opgepompt. En dat was verre van relaxed. Vanachter de boot kwam een hoop gegil, gelach en heel vaak: “OOH NEEEEE!!” Laat ik het zo zeggen, de mensen die stonden te wachten bij het pontje van Werkendam hadden iets om naar te kijken. De dag was voorbij voor we het wisten. Met heel wat pijn in mijn kaken van het lachen (en de opkomende spierpijn van het boarden) gingen we richting huis.

Buiten, op het water en relaxen in bijzijn van goed gezelschap doet ook mijn motortje opladen. Het vaarseizoen zal niet heel lang meer duren maar ik hoop echt dat we nog een hoop van dit soort gelukzalige momenten mogen gaan meemaken…

Wakeboarden en funtube achter de boot in Dordrecht.