Sprookjesachtig mooi…

Het heeft heel de avond en nacht gesneeuwd. En niet die lullige kleine witte vlokjes die smelten zodra ze de grond raken. De vlokken die in Nederland meestal naar beneden vallen. Nee, dit is het echte werk. De sneeuw heeft zich als een dikke zachte deken over het hele landschap gedrapeerd. Als er in het dal al zoveel is gevallen, hoeveel zou er dan op de berg terecht zijn gekomen? Dat is de eerste gedachte die in mij opkomt als ik vanuit mijn slaapkamer naar buiten kijk. Ik kan mij bijna niet inhouden en voel mij als een kind dat op schoolreisje gaat. Uitgelaten en enthousiast. 

Maar eerst gaan we met de hele groep ontbijten. Het is half 8 als we aanschuiven in het restaurant en ons te goed doen aan al het lekkers. Ik eet veel te veel maar houd mijzelf voor dat het een actieve dag gaat worden. Zonder brandstof wordt het niks! Nog geen uur later staan we allemaal buiten, gehuld in onze warme sportieve kleding. Op naar de skilift voor onze eerste afdaling. 

Onderaan de lift nemen we afscheid van de twee tantes, die zichzelf vermaken in het dorp. Er volgt nog een groepsfoto en daarna gaan we naar boven. Het weer is wisselvallig. Zo nu en dan sneeuwt het. Dit houd eigenlijk heel de dag aan. Het maakt de winterse gedachte wel helemaal af. Het is heerlijk om het board weer aan mijn voeten te voelen. Hoewel het zicht af en toe wat lastiger wordt. Her en der boarden we namelijk letterlijk tussen de wolken door. De tweede dag is een lichte kopie van de eerste. Maar de zon laat zich nu wel af en toe zien. Een mooi voorbode voor de 3e dag. 

Die breekt sneller aan dan ik wil. Onderweg naar boven vergaap ik mij aan het mooie uitzicht. De zon zet alles, zoals altijd, in een ander perspectief. Boven is totaal niet te vergelijken met beneden. De sneeuw van de voorgaande nacht heeft alles bedekt en het heeft een dempend effect. Alles lijkt zachter en mooier. We zijn vroeg boven en zo’n beetje de eerste. De heren kiezen voor het stijle stuk maar dat sla ik graag over. Ik besluit het bospad te nemen. Aan het einde van de route komen beide stukken weer samen. Zodra ik de bocht om ben, ben ik helemaal alleen. 

Het enige geluid dat ik hoor is de knerpende sneeuw onder mijn board. Het liefst zou ik hier stil gaan staan om alles extra in mij op te nemen. Het is werkelijk prachtig. Het besneeuwde landschap strekt zich voor mij uit. De paden voor mij zijn nog onaangeroerd en de bomen zijn gehuld in een mooie witte deken. Kennen jullie het sprookje Narnia? Waarbij Lucy via de achterkant van een kledingkast in een ander land terecht komt? Zo voel ik mij ook. Dit is een compleet andere wereld. Magisch en betoverend.

Gelukkig mag ik hier nog een paar dagen vertoeven. Want de rest van de week, op de laatste dag na, is nog even magisch als die eerste dagen. De temperatuur loopt langzaam op maar de bomen zijn tot zeker dag 5 mooi wit en de bospaden goed begaanbaar. Dus neem ik iedere afdaling nog eens en nog eens en nog eens. Het is hier sprookjesachtig mooi!

Wel of niet …

“We weten nog niet of we meegaan…” of “We kijken wel of we nog kunnen boeken…”  of “Misschien, we weten het nog niet zeker…”. Allemaal antwoorden waar ik geen ruk mee kon. Maar die mij wel steeds de hoop gaven dat het geen definitief NEE was. Iedere keer als we elkaar zagen of spraken vroeg ik er naar. Iedere keer kreeg ik van mijn oom en tante het zelfde antwoord. “Geen idee, we zien wel, misschien…”

We gaan al jaren met elkaar op vakantie en de groep is gewoon niet compleet als niet iedereen er bij is. Op het laatste feestje dat we hadden zei mijn neefje spontaan dat ie ging kijken of het hem ging lukken vrij te nemen. Want tja, zo’n wintersportweek is toch wel heel tof! Maar van mijn oom en tante kreeg ik alleen een vaag antwoord zoals hierboven al omschreven.

Na die week bleef iedere vorm van communicatie uit. Ik dacht nog dat ie het misschien gezegd had in een dronken- of sentimentele bui. Of omdat ie mijn gezeik zat was, dat zou natuurlijk ook nog kunnen. Ik hield op met zeuren en legde mij er bij neer dat dit een jaar zou worden met het kleinste groepje wintersporters ooit. Want zoonlief ging ook al niet mee.

Dit mocht de pret niet drukken en met de overblijvers bespraken we al wat we zouden gaan doen. Lekker boarden en skiën. Misschien zelfs een dagje naar een ander skigebied. Een middag met tante op stap die niet skiet. En uiteraard een paar keer relaxen in de sauna. Maar eerst moesten we nog op de plaats van bestemming zien aan te komen. 

De reis naar Oostenrijk, die rond 22.00 uur van start ging, verliep heel voorspoedig. Het was super rustig onderweg. De voorspelde regen en sneeuw bleef gelukkig grotendeels uit en er waren ook geen al te grote wegwerkzaamheden. Dit hebben we wel eens anders meegemaakt. Waar we ons wel de tandjes van schrokken was de hoge benzineprijs langs de weg. Na één keer tanken besloten we daarna alleen nog in de dorpjes naast de snelweg te gaan tanken.

Veel vroeger dan anders kwamen we op onze vaste vakantiestek aan. Neef en nichtje waren reeds gearriveerd en stonden vanuit de lobby naar ons te zwaaien. Iet wat stijf liepen we het hotel in. En daar stond Neefje-die-mee-zou-gaan-maar-niks-meer-liet-horen midden in de hal. “Surprise!!” Riep hij keihard. Voor ik het wist hing ik om zijn nek en kneep hem bijna fijn. Super tof!! Ik kon er maar niet over uit dat het hem gelukt was. De stinkerd had ons niks verteld.

Inmiddels waren we allemaal gearriveerd. Net toen we het ons in de lobby gemakkelijk wilden maken in afwachting van de sleutel van de kamer, stond ons nog een verrassing te wachten. Oom en tante kwamen tevoorschijn. “Surprise!!!” Werd er weer geroepen. Nu kon ik mij niet meer inhouden. Ik vloog ze beide om de hals en moest er zelfs een traan van blijdschap van laten. Al die tijd wisten ze al dat ze mee zouden gaan maar vonden het te leuk om ons voor de gek te houden. Ze moesten wel ruim voor ons aanwezig zijn zodat ze ons konden verrassen. En dat is meer dan gelukt!!

Schaatspret in de polder…

Uiteraard staan er nog een aantal to-do taken op de huishoudelijke lijst voor dit weekend. Maar het weer gooit roet in het eten. Soms moet je gebruik maken van de mogelijkheden die zich voordoen. Zo ook vandaag. Want het is sowieso de laatste dag en het zou zelfs wel eens de laatste keer van het jaar kunnen zijn. Dus duiken we bij het ontwaken direct de vliering op. Snorren onze schaatsen, ijshockeysticks en de puck op uit de wintersporthoek. Met een broodje en koffie in onze mik rijden we naar de polder waar we, hopelijk, onze eerste schaatsstreken van het jaar kunnen maken. 

Onderweg zien we al voldoende mensen schaatsen, glijden en sleeën. Het heeft dan ook flink gevroren afgelopen nacht. Zo erg dat we de auto niet eens open kregen toen we weg wilden rijden. Er zijn er meer die het er nu lekker van nemen. Maar uit voorzorg rijden wij door naar de polder. Want daar is de sloot niet al te diep. Des te meer kans dat het goed dicht gevroren is en mochten we er toch doorheen zakken dan staan we hooguit tot onze knieën in het water. Het is daar leuker en ook niet onbelangrijk, het is er meestal niet druk.

Poownie snapt er niks meer van als we de auto bij stal neerzetten en ik hem vanaf de andere kant van het hek groet. Hij staat mij na te kijken terwijl ik met mijn schaatsen onder mijn arm naar de waterkant loop. Er staan al verschillende mensen op het ijs. Het is zo leuk komt te zien hoe iedereen zich voortbeweegt. De één gracieus en elegant, de ander al stuntelend terwijl hij links en rechts ingehaald wordt door iemand op noren. 

Vriendlief heeft binnen no-time zijn schaatsen onder gebonden. Springt overeind en doet alsof hij nooit anders gedaan heeft. Hij schaatst een stuk, draait om zijn as en gaat in zijn achteruit verder. Maakt wat overstappen links- en rechtsom terwijl hij ondertussen op mij aan het wachten is. Zelf schaats ik al mijn hele leven. Toch voel ik mij de eerste paar minuten altijd een soort Bambi. Maar voor het zover is moet ik eerst van mijn kont af en het ijs op. 

Nou, daar ga ik dan. Ik wankel en wiebel wat. Herstel mijn evenwicht terwijl ik mij al glijdend en schuivend richting vriendlief begeef. We maken een rondje op de plas waar nog twee gezinnen rondjes schaatsen. Na 5 minuten voel ik mijn scheenbeen al. Maar ik klaag niet. Want morgen is het namelijk weer 9 graden. Dus tijd om er lekker een paar dagen voor uit te trekken heb ik niet. De spierpijn die ik morgen ga voelen neem ik voor lief. 

Ik voel mij gaandeweg zekerder worden. Mijn streken worden langer en beheerster. Het lukt mij om over te stappen en achteruit te schaatsen. We kunnen zelfs nog wat “ijshockeyen”. Ooh ik geniet met volle teugen en ben als een kind zo blij. Mijn schenen voel ik niet eens meer. De kramp in mijn kaken des te meer. Ik heb het niet doorgehad maar al die tijd heb ik met een vette glimlach op mijn bakkes op het ijs gestaan. Met vermoeide spieren en heel voldaan trek ik twee uur later mijn schaatsen weer uit. Dit pakken ze ons niet meer af. 

Buitengewoon fantastisch…

Dit is echt mijn meest onvoorbereide wintersport ever! Normaal volg ik een lesje. Bezoek ik een indoor skiberg of ben ik druk met het uitwerken van een eigen sportprogramma. Alles om maar zo optimaal mogelijk van die ene week in de bergen te kunnen genieten. Dit jaar ging ik er van uit dat onze wintersport, net als vorig jaar, vanwege corona niet door zou gaan. Maar toen kregen we groenlicht en was het al een soort van te laat om nog echt iets te kunnen doen. Ik waxte mijn board, wat tot dan toe mijn enige echte voorbereiding was en hoopte er maar het beste van.

Het duurt even voor ik in de vakantiestemming kom. Sommige mensen zouden het vakantiestress noemen. Toen Draak ons vanaf zijn vakantie-adres volmondig “dag” en “doei” toeriep en ik Poownie voor een laatste keer een aai over zijn hoofd had gegeven, kon ik echt mijn koffers in de auto schuiven. De voor mijn gevoel eeuwig durende rit naar Oostenrijk start rond 21.30 uur. De rest van de familie is al zeker een uur aan het rijden en wacht ons op zodra we bij het hotel aankomen.

Als we de grens bij Kufstein oversteken worden we begroet door sneeuw. Sneeuw langs de kant van de weg en sneeuwval uit de lucht. Kijk, dat begint alvast goed. De hele week is er Kaiserwetter voorspelt. Witte pistes, blauwe lucht en de juiste temperatuur. Wanneer we ’s middags naar de piste lopen om boards en ski’s weg te brengen naar de lockers genieten we hier alvast van. Wat een zaligheid om hier na twee jaar weer te zijn. 

De eerste echte skidag breekt aan. Toch wat onwennig besluit ik er, samen met mijn nichtje en oom, op het middenstation uit te gaan. De rest gaat door naar boven en zien we na de eerste afdaling weer terug ergens op de berg. We starten op een relatief rustige piste. Zowel wat mensen betreft maar ook qua afdaling. Dit is er een uit mijn favorieten. Soms is het handig om bekend te zijn met je omgeving. 

Mijn zorgen over mijn techniek en houding zijn zo onterecht geweest. Een jaar niet op wintersport heeft mij goed gedaan. Met gemak kom ik naar beneden. De rest van de vakantie kan ik alleen maar genieten van zo’n beetje iedere afdaling die ik maak. Door het zalige weer is het geen straf om in de stoeltjeslift te zitten. Waar overigens de meest gekke gesprekken gehouden worden (Gerritje meets Coentunnel voor “insiders” 🤣). En omdat het allemaal zo fijn gaat besluiten we de afdaling gewoon nog een keer of drie te doen. 

Nog nooit ben ik zo snel beneden geweest en heb ik hele stukken piste achter elkaar geboard zonder kramp in kuiten en voeten. Dit is de eerste vakantie dat ik langer in de lift zit dan dat ik over een afdaling doe.

Met het prachtige weer lunchen we iedere middag op het terras aan de piste en sluiten we de dag af met een schnaps op ons balkon in de zon. Heel vervelend allemaal!

De week is omgevlogen en inmiddels zijn we weer thuis met een berg vuile was. Maar ook met een dosis nieuwe energie, een stapel toffe foto’s en een lading fijne herinneringen. Op naar volgend jaar.

 

Wintersport in eigen land…

Nou, volgens mij kan ie wel hoor!! Roept vriendlief vanuit de deuropening. Als een stuiterbal dender ik de trap op om mij om te kleden. Mijn schaatsen had ik een paar dagen ervoor al klaar gelegd in de gang. Schoenen aan, jas van de kapstok. Nog net op tijd denk ik aan mijn handschoenen en graai deze ook nog even uit de la voor ik de deur achter mij dichttrek. Alle kinderen zitten op dit moment nog op school. Lekker rustig dus. 

Terwijl Vriend zijn schaatsen al aan het aantrekken is loop ik heel bedenkelijk een ronde om de sloot. Hij riep wel dat het kon, maar toch vertrouw ik het nog niet helemaal. “Kom je nog?” Roept vriend vanaf het ijs. Ik durf er eigenlijk niet eens met mijn schoenen op. Het ijs kraakt aan alle kanten terwijl hij zijn eerste rondjes maakt. Krakend ijs breekt niet is net zoiets als blaffende honden bijten niet, toch?? Ik blijf wel aan de kant kijken hoe hij straks een wak in schaatst… Na een paar minuten stapt ook hij bedenkelijk van het ijs. Het kraakt toch wel heel erg. 

Ik heb een beter idee. We rijden naar de polder. Daar is een fantastisch natuurgebied dat geen hinder heeft van bebouwing en dus prima is dicht gevroren. Een bijkomend voordeel, de plas is niet zo heel diep. Mocht het mis gaan… Het ijs ligt er redelijk bij. Ook nu kraakt het maar ik voel mij hier veiliger dan bij de sloot achter ons huis. We hebben het hele stuk voor ons alleen. Dat maakt het ook direct een beetje tricky, want waar kun je wel en niet precies schaatsen. Ik blijf veilig aan de kanten. Het is ruim 9 jaar geleden dat ik op het ijs gestaan heb en ik voel mij net Bambi. 

We worden aangemoedigd door een aantal wandelaars. “Wat leuk dat er al geschaatst kan worden!” Roepen ze vanaf de kant. Met gevaar voor eigen leven, dat dan weer wel. Het is dat ik niet kan wachten!! Na nog geen uur houden we het hier voor gezien. De voeten, de onderrug, mijn schenen. Vroeger stond ik hele dagen op het ijs. Nu ben ik na een uur al versleten. Maar wel voldaan!!

We knallen wat foto’s in de groeps-app met de vraag wie er zin heeft om de volgende dag met ons mee het ijs op te gaan. Niet iedereen schaatst of heeft schaatsen maar vanuit iedere familie (die mee zou gaan op wintersport) komt er wel een “afgevaardigde” die kant op. Wanneer de meeste jeugd nog op school zit, staan wij met zijn allen op het ijs. Met of zonder schaatsen. Hoe leuk is dat!! Er stond een straffe wind, er was sneeuw en ijs, we hadden kramp in de pootjes, deden lompe praat en hebben flink gelachen. Yep onze wintersportweek samengevat in 2 uur ijspret. Alleen de koek en zopie (apfelstrudel und schnaps) miste nog. 

Ik stap deze zaterdag zonder spierpijn uit bed. Toen ook de wind nog achterwege bleef stuurde ik weer een berichtje rond. “Wie gaat er mee?” Dit keer waren er ook andere familieleden die zowel op de schaats of met de wandelschoenen aan, mee deden. 

Dit weekend was een ware traktatie, met de mooie blauwe lucht boven ons en het krakende ijs onder de voeten, toch een beetje wintersport tijdens onze wintersportloze week…

 

Voor het eerst op het ijs

Dat je…

  • Jezelf afvraagt of de weersvoorspellingen dit keer wel uitkomen. Want op het moment dat ik naar bed ga valt er wel wat sneeuw maar het blijft nog niet echt liggen;
  • De wind hoort gieren om het huis; 
  • Wakker wordt en de wereld inderdaad heel mooi wit is;
  • De eerste wandelaars en kinderen met sleetjes al voorbij ziet komen schuifelen om van dit natuurverschijnsel te kunnen genieten; 
  • Jezelf realiseert dat dit eigenlijk de eerste dag zou zijn op de piste tijdens een week wintersport;
  • Nu met je slee naar de heuvel in het park moet om het gevoel misschien te kunnen evenaren;
  • Moet huilen omdat je nu naar een witte tuin in plaats van een witte berg kijkt;
  • Merkt dat er een flinke oostenwind staat zodra je je hoofd buiten de warme zone van je huis steekt; 
  • De gevoelstemperatuur aanzienlijk voelt zakken en de stuifsneeuw van de daken ziet waaien; 
  • Eigenlijk buiten wilt spelen maar alle “kinderen” zijn alweer naar binnen en verder is er niemand die mee wil; 
  • Ook nog naar stal toe moet maar niet zo goed weet of het slim is om te gaan, want code “paniek”; 
  • Paard hier geen boodschap aan heeft, en dat je dus toch naar buiten moet;
  • Vriend zo lief is om zijn auto sneeuw- en ijsvrij te maken om zijn leven met jouw erbij, te wagen op de totaal niet sneeuwvrij gemaakte wegen;
  • Langer over de reis doet maar gelukkig veilig aankomt op stal;
  • Een paard aantreft waarbij de ijspegels in zijn wintervacht hangen;
  • Je afvraagt of het er in de ijstijd ook zo zou hebben uitgezien??
  • Schrikt van de klompen sneeuw onder zijn hoeven. Maar zodra je ze hebt weggehaald zit het er na een paar passen weer onder; 
  • Merkt dat hij het tot nu toe totaal niet koud lijkt te hebben. Is in andere winters wel eens anders geweest. Zijn teddyberen vacht, inclusief ijspegels, isoleert dus prima;
  • Op de terugweg naar huis pas sneeuwschuivers en zoutstrooiwagens ziet rijden;
  • Het jammer vind dat het wakeboard-touw nog op de boot ligt; 
  • Anders voortgetrokken kon worden achter de auto terwijl jezelf op je snowboard staat;
  • Dit minimaal tot aan stal had vol kunnen houden want overal lag voldoende sneeuw;
  • Dan ongeveer net zoveel had afgelegd als 1 afdaling tijdens de vakantie;
  • Ook wel weet dat dit eigenlijk niet mag. Maar fuck it!! er ligt maar 1 keer in de 15 jaar zoveel sneeuw in Nederland en Corona heeft je ook al je wintersportweek afgepakt!!
  • Het uiteindelijk dus niet gedaan hebt, want geen touw;
  • Bevroren thuiskomt en met een bak koffie en je voetjes omhoog op de bank zit bij te komen wanneer je een app van je nichtje krijgt met de vraag of je buiten komt spelen; 
  • Het leuk vind dat je gelukkig niet de enige in de familie bent die het kind in zichzelf nog koestert;
  • Helaas moet afzeggen want bevroren… 
  • Wel afspreekt om samen te gaan schaatsen zodra de sloten bevroren zijn;
  • Eigenlijk niet kunt wachten tot het zover is;
  • Nu aan het einde bent gekomen van deze lijst met hier en daar een klaagzang.

 

 

Waar ben je lyrisch over?? 

Bij het opruimen van mijn bureau kwam ik een oude agenda tegen. Het was zo’n A4 model met voor iedere dag van de week een vraag. Ik weet nog dat ik hem heel enthousiast bestelde. Want nu had ik altijd inspiratie voor mijn blog. De agenda heb ik welgeteld een hele maand mee op sleeptouw genomen. Daarna verdween hij in mijn bureaula. Want, te groot. Het beantwoorden van de vragen hield na week drie al op.

Maar goed, ik was dus aan het ruimen geslagen en kwam dit boekwerk weer tegen. Ter inspiratie liet ik mijn vingers langs de bladzijdes glijden. Ik stopte halverwege en de vraag van de dag luidde: Waar ben jij helemaal lyrisch over? 

Dat is nog eens een leuke vraag om te beantwoorden. Ik ben zo’n beetje lyrisch over alles wat ik doe. Want bijna alles is leuk. Maar er is een onderwerp dat er met kop en schouders boven uitsteekt en dat is de wintersport. 

Als zomermens was het niet in mij opgekomen om op wintersport te gaan. Dat gedoe op een koude berg leek mij drie keer niks. Het is mijn tante geweest die met haar liefde voor de sport en de witte bergen mij zover heeft gekregen om met hen mee op wintersport te gaan. Ze was in feite de grondlegger voor deze specifieke week waar ik ieder jaar reikhalzend naar uitkijk. Inmiddels nog meer dan mijn zomervakantie. 

Het begint namelijk al met de reis er naar toe. Voor zover ik dit meekrijg, want we reizen ’s nachts. De eerste 800 km is wat saai, maar de laatste 1.5 uur van de reis doet het hem. We zien de zon aan de horizon opkomen. Het landschap veranderd gaandeweg. Van saai grijs asfalt naar witte dekens (als we geluk hebben) langs de weg en bergen. De wetenschap dat we familieleden snel zullen zien gevolgd door een gezamenlijk ontbijt doet de vermoeidheid van de reis tijdelijk vergeten. 

Rond 09.00 uur begint ons board en skiavontuur. We gaan vaak in kleinere groepjes uiteen. Zo kan iedereen doen wat ie leuk vind en ontmoeten we elkaar weer aan het begin van de middag om bij een van de vele restaurants op de berg te lunchen. Daarna volgen nog wat afdalingen. Einde van de middag is er tijd voor een gezamenlijke activiteit zoals shoppen, de bierbrouwerij bezoeken, zwemmen of ontspannen in de sauna.

De sfeer is zo anders dan thuis. Zelfs als er in het dal geen sneeuw ligt, alles groen en goed begaanbaar is voelt het anders. De omgeving en de bergen geven mij het gevoel alsof ik daadwerkelijk uit mijn eigen wereld ben gestapt. De witte besneeuwde afdalingen zorgen er voor dat alles er ook nog eens compleet anders uitziet. Het uitzicht vanaf de berg, de dorpjes aan de voet van de berg, de witte boomtoppen…  Dat gevoel is magisch. Nergens kan ik zo “ontsnappen” aan mijn leven dan daar. Het is alsof ik een week lang in een bubbel van alleen maar plezier leef. Plezier en lekker eten!!

De lichamelijke inspanning op de berg zorgt ook nog eens voor ontspanning in mijn hoofd. Neem daar de ongedwongenheid met familie, het lekkere eten en leuke dingen doen bij en je snapt waarom ik hier zo lyrisch over ben. Helaas gaat het dit jaar niet door. Maar volgend jaar zijn we zeker weer van de partij. 

 

Winterpret…

Ook dit jaar togen we met een groep van tien man naar Oostenrijk voor onze jaarlijkse wintersportweek. Voor mij inmiddels alweer de negende keer. Iets wat ik tien jaar geleden dus nooit gedacht had te gaan doen of zo lang vol te houden. Oom Ben overigens ook niet. Maar ik ben erg blij dat mijn tante ons toen heeft overgehaald om toch eens mee te gaan. We genieten er namelijk nog steeds met volle teugen van. 

Omdat iedere familie op eigen gelegenheid naar de vakantiebestemming toe reed hielden we de locatie-voorziening in de app aan en konden we precies zien wie zich waar bevond. Zo haalden we elkaar een paar keer in. Dronken we koffie met de een en zwaaiden we onderweg naar de ander. De pret zat er al in. Behalve bij Zoonlief die de privilege had om lekker de hele weg te kunnen knorren. Hoewel ik mij had voorgenomen dit ook te doen is het er wederom niet van gekomen. 

De reis verliep soepel en zonder files. Toch heb ik altijd een hekel aan deze ruim 900 km durende reis. Ik was dan ook erg blij toen we aankwamen op onze vaste stek en iedereen van de familie weer in levende lijve terug zag. Na een stevig ontbijt, volgden het tassen-uitpak-ritueel en het bijslapen van onze “nachtdienst”. De rest van de middag werd gevuld met het wegbrengen van de skispullen naar de verwarmde lockers bij de piste, boodschappen doen, taart eten en gezellig bij kletsen. Iedereen was bekaf en après skiën zat er dan ook echt niet in. 

Overigens werd er verder in de week ook niet echt ge-apres-skied, iedereen was aan het einde van de dag total loss. Maar we hebben wel: 

  • 7 heerlijke dagen gehad. Waarbij de sneeuw lag waar ie moest liggen. Een strakblauwe lucht en een stralende zon. Iets te warme temperaturen voor de wintersport dat dan weer wel;
  • Zalige afdalingen gemaakt. In alle jaren dat ik board heb ik nog nooit zo lekker ontspannen op mijn board gestaan. Dit resulteerde in minder wachten voor de rest en meer afdalingen voor mijzelf;
  • Een nieuw stuk piste ontdekt die voorheen alleen voor liefhebbers van sleepliften weggelegd was. Nu er een gondel en stoeltjeslift is geplaatst kon ik hem ook eindelijk doen;
  • Een uitstapje gemaakt naar een ander skigebied;
  • Een bospad van meer dan 2.5 km geboard. Tussen de bomen door en, naar zeggen, langs watervallen die ik niet gezien heb. Ik was te druk bezig met survivallen om het einde zonder vallen en kramp in mijn kuiten te halen 😂;
  • Bijna iedere dag een bezoek aan de sauna gebracht. Nooit een liefhebber geweest maar nu toch eens de tijd ervoor genomen. Mijn lichaam was er blij mee;
  • Veel lol gehad, bij gekletst, puberpraat en gelachen;
  • het oude snelheidsrecord verbroken (de boys dan…)
  • Nieuwe restaurantjes uitgeprobeerd en erg lekker gegeten voor maar de helft van de prijs hihi;
  • Zelf en zonder hulp eindelijk de stoeltjeslift bedwongen. Dat is nl altijd een dingetje voor mij;
  • Een veel te korte week gehad om alles te doen wat we wilden doen. 

De vakantie zit er op. De ski’s en boards liggen weer opgeborgen op zolder. Voor nu is het over met de pret en zullen we een jaartje moeten wachten. Wat rest is een vuile, uitpuilende wasmand waar ik maar snel aan ga beginnen …

 

Wintersportcollage met snowboarders en skiers

 

***

Ook Draak heeft vakantie…

De voorbereiding voor de wintersportvakantie begon dit keer iets eerder dan anders. Draak zijn vaste oppas is in de tussentijd ziek geworden en zelfs in het ziekenhuis opgenomen. Het was niet zeker of hij überhaupt bij krachten was om op zo’n handenbindertje als draak te passen. Wat voor hem erg vervelend is. Omdat nog niet helemaal duidelijk is wat hij heeft maar ook omdat hij zoveel plezier beleeft aan de dagen met Draak. 

Gelukkig heb ik onder mijn collega’s grote dierenvrienden en één daarvan was bereid om een week op Draak te passen. Hoewel ze zelf geen verstand van Draken van dit formaat heeft vond ze dit geen probleem. Op de dag van vertrek naar ons winteradres brachten we ook Draak naar zijn logeeradres. Het leek wel een complete volksverhuizing. Want niet alleen hij, maar ook zijn (reis)kooi met toebehoren, tas met speeltjes, opstapstok en een voorraad eten, nootjes en fruit moest mee. 

Draak kan soms best eenkennig zijn en ik heb geen flauw idee hoe hij reageert wanneer hij daar is. Een compleet ander huis, andere geuren en er hangt natuurlijk een andere energie. Om de overstap zo klein mogelijk te maken heb ik wat speeltjes uit zijn eigen kooi gehaald om daar op te hangen. Ook de voermomenten en het soort voer blijft in ieder geval de eerste dagen gelijk. 

Wanneer we aankomen is het eerste dat opvalt de ontbrekende lift. Dus ik sleep eerst Draak in zijn tas mee naar boven voor ik de rest van de kooi ga halen. Gelukkig is Vriendlief mee en krijgen we in twee keer alles boven. Het is altijd even puzzelen. Zo ook nu. Maar toch hebben we de kooi sneller in elkaar dan verwacht. Draak slaat ons gade vanaf zijn zitplek in zijn rugzak. Af en toe geeft ie een een teken van leven maar verder hoor ik hem niet. 

Zodra alles op zijn plek staat en hangt pak ik Draak en laat hem zijn tijdelijke verblijf zien. Hij herkend de kooi en zijn spullen direct. Vanaf de opstapstok probeert ie al bij de kooi te komen. Eenmaal binnen is het eerste wat hij doet een rondje door de kooi klauteren. Al zijn speeltjes worden even gronding bekeken en getest. Alsof hij zich er van wil zekeren dat ze van hem zijn. De volgende minuten is ie heel druk en komen een hoop woordjes kriskras door elkaar naar buiten.

Ik leg mijn lieve collega nog wel even uit wat ie wanneer te eten krijgt. Waar ze goed aan doet en wat ze zeker niet moet doen. (ook al vraagt Draak er zelf om wanneer ie zegt: Kom is?? Kom maar koppiekrauwen!!”) Want hij ziet er dan wel erg fluffy en aaibaar uit en kan als de beste slijmen, hij heeft ook een flinke snavel die hij met veel plezier nog wel eens wil testen, op alles wat voorbij komt. Dus ook een vinger. Ik praat uit ervaring!

Maar Draak blijft mij verbazen. Hij is direct op zijn gemak. Zijn hele non-verbale maar ook zeker zijn verbale houding laten merken dat ik met een gerust hart op vakantie kan gaan. haha de “doei’s” en “dag hoor” vliegen mij om mijn oren. Terwijl wij plezier zullen beleven op de pistes, zit hij op een prima plek en wordt met alle liefde verzorgd. Dus ook een vakantie voor hem.

 

 

***

Zon, sneeuw en berg…

Er was een gigantische drukte voorspeld. Zowel op de weg er naartoe als op de plaats van bestemming. De reden voor vriendlief om een uur eerder te vertrekken naar Oostenrijk. Op de weg merkten we al verschil. Het leek wel een doordeweekse dag. Alleen de vrachtwagens ontbraken, maar lieten rond de klok van 5 uur in de ochtend toch van zich horen. De rit was weer even vermoeiend als altijd. Ik zat met sateprikkers tussen mijn ogenleden naast vriendlief, solidair te wezen en deed of ik wakker was. Toch verliep de reis heel voorspoedig. Geen files of andere noemenswaardig oponthoud. Zoonlief heeft de hele reis liggen knorren op de achterbank. Eenmaal op onze eindbestemming stonden oom en tante ons al op te wachten.

Na een stevig ontbijt kregen we de sleutel van de kamer zodat we heel even konden bijtanken van onze reis. De groep was sowieso nog niet compleet. Andere oom en tante stonden nog ergens bij München in de file en mijn nichtje en haar vriendin zouden ’s avonds met de trein arriveren. De eerste dag gebruikten we vooral om zaken te regelen zoals ski’s en board wegbrengen naar de piste, skipassen regelen en boodschappen doen voor de après-ski. We vielen bijna om van de honger maar hadden beloofd pas te gaan eten wanneer iedereen gearriveerd was. En toen iedereen er dan ook eindelijk was, kon het feestje echt beginnen.

De hele week waren we er lekker vroeg bij. Uitzicht na eerste afdaling. Piste met sneeuw en stoeltjeslift.Om 09.00 uur zaten we in de gondel naar boven. Zo waren we de drukte van de skiklasjes, die rond 10.00 uur zouden beginnen, voor en hoefden we niet een uur in de rij te staan. Uiteindelijk viel de drukte op de piste zelf heel erg mee. Geregeld hadden we afdalingen voor ons alleen. Aan de staat van de piste konden we merken dat het druk was. Rond de lunch waren de fijnste pistes veranderd in ware gaten kazen. Overal hobbels en hopen sneeuw met daaronder flinke ijsplaten. Door het warme weer veranderde de onderste helft van de berg ook nog eens in slush. Het gaf in ieder geval een nieuwe dimensie aan het snowboarden zelf.

Besneeuwde berg met witte bomen. Uitzicht bij laatste afdalingOver het weer mogen we zeker niet klagen. Hoewel iets kouder natuurlijk wat fijner zou zijn voor de sneeuwcondities hebben we maar één dag sneeuw en wat regen gehad. Dat gaf overigens wel weer een prachtig uitzicht en de nodige kodak-fotomomentjes. Dankzij mijn lessen die ik eerder in het jaar gevolgd heb ging het snowboarden ook een stuk fijner. Ik heb nog steeds niet het lef om de turbo aan te zetten en met 75 km per uur van de berg te stuiteren. Maar heb heel de week, op mijn kuiten na, zonder spierpijn door gebracht. Deze lessen gaan zeker een vervolg krijgen zodat we een eerst volgende vakantie nog meer kunnen genieten van het snowboarden zelf.

Ik keek al enige tijd uit naar de woensdagavond. We zouden met een groepje gaan avondrodelen. Maar door te weinig sneeuw was de rodelbaan, die door het bos gaat, gesloten. Ondanks deze teleurstelling zijn we de avond toch weer lachend en gierend door gekomen. Al met al hebben we weer een heerlijke week skiën en snowboarden met familie en vrienden achter de rug. We hebben heerlijk gegeten, zowel in ons hotel als op de berg. En we hebben vreselijk veel lol gehad met elkaar. Ik zeg: volgend jaar weer!!

uitzicht vanuit de gondel op de besneeuwde afdaling eronder