Sticky bloemkool…

De voorgerechtjes worden op tafel neergezet. De meeste ken ik. Alleen het laatste gerecht ziet er wat raar uit. Het lijken wel kipkluifjes. De persoon naast mij ziet mij bedenkelijk kijken en zegt dat het sticky cauliflower is. “Sticky cauliflower?” Herhaal ik wat schaapachtig. Tja, plakkerige bloemkool klinkt niet echt aantrekkelijk om in je bakkes te stoppen. Maar bij sticky cauliflower krijg ik wel zin om dit te proberen. Zeker omdat het er helemaal niet uitziet als bloemkool. Hoewel het sticky genoemd wordt, is het niet heel erg plakkerig. Wat ik dan wel weer verwacht had. Voorzichtig neem ik een hapje. Het gerechtje is op voor ik er erg in heb. Jammer genoeg is er voor iedereen maar 1 stukje.

Oké, dit had ik dus bepaald niet verwacht. De kleur, structuur, geur en vooral smaak. Totaal niet bloemkool-achtig. Ik vind het zo lekker dat ik besluit het thuis ook te proberen. “Sticky bloemkool? En wat moet ik mij daarbij voorstellen?” Zegt vriendlief. Daar kwam ie eerder in januari achter. Want ik kon niet wachten om het te gaan proberen. Het internet staat vol met dit soort gerechten. Ik zocht een gerecht uit waarvan ik dacht dat die het dichtst in de buurt zou komen van wat ikzelf geproefd had en kwam uit bij Mandy.

De laatste jaren ben ik wat meer gaan experimenteren in de keuken. Ik ben er achter gekomen dat ik het uitproberen van nieuwe gerechtjes best leuk vind. Zeker wanneer het ook nog smaakvol blijkt te zijn en de bereiding niet al te ingewikkeld is. Waar ik alleen niet zo’n fan van ben is het aanschaffen van kruiden die wij doorgaans niet gebruiken en dan na eenmalig een snufje toegevoegd te hebben in de kast staan te wachten tot ze weggegooid mogen worden. Ik bekijk de lijst met boodschappen dan ook nauwkeurig en zie dat ik bepaalde ingrediënten kan vervangen. De kans dat de smaak hierdoor iets kan veranderen, neem ik voor nu voor lief. 

Zodra ik al mijn kruiden in huis heb ga ik aan de slag. Vakkundig snijd ik de bloemkool in ongeveer evengrote roosjes. Vervolgens maak ik een beslag zoals aangegeven in het recept. De roosjes haal ik door het beslag en wanneer de oven op temperatuur is schuif ik de hele plaat met bloemkool erin. Ondertussen maak ik de saus waarbij ik al roerend de ingrediënten in het pannetje mik. Het pruttelt al lekker en vanuit de woonkamer krijg ik complimenten dat het zalig ruikt. Nu de smaak nog…

Na een kwartier haal ik de roosjes uit de oven en besmeer ze met de saus om ze daarna nog even verder te laten garen. Volgens het recept zou ik de overgebleven saus net voor opdienen over de bloemkool moeten gieten. Maar ik heb geen saus meer over. Zelf improviseer ik iets met de overgebleven ingrediënten wat ook prima gaat. 

Ik versier de boel met een lente-uitje en sesamzaadjes en serveer het met rijst en kip. Vol verwachting nemen vriendlief en ik plaats aan tafel. Bij de eerste hap ben ik aangenaam verrast. Het smaakt totaal niet naar bloemkool. Toegegeven, het heeft niet de smaak zoals in het restaurant maar een goede eerste poging is het zeker!! Het leuke is dat je sticky bloemkool ook als snack kunt serveren. Ik ga hem daarom zeker nog eens proberen.  

Deze prachtige foto is niet van mij, maar van Mandy en is afkomstig van haar Insta.

Even niet beschikbaar …

“Deze site is niet beschikbaar” Verschijnt er in mijn scherm. “Euh?? Nee he!?” Gelukkig had ik het nummer van de bestelling net opgeschreven en het bestand reeds opgeslagen voor de boel eruit klapt. Ik zit niet eens thuis, waar ik geregeld problemen met mijn internet en wifi heb, maar op kantoor. Niet alleen ik heb hier last van, ook de collega’s. Een voor een krijgen ze een netwerkfout. De ITer belt naar het hoofdkantoor en daar krijgen we te horen wat wij reeds weten. Een storing op het netwerk. 

Tegen beter weten in probeer nog wat met de routers en de wifi die hier op de afdeling staan in de hoop dat het alleen het internet is. Ik krijg het zowaar aan de praat. Maar uiteindelijk komt ik alsnog niet op het netwerk. Jammer, want kortgeleden hadden we ook een storing en werkte het prima zo. Nou, pauze dan maar. Er wordt koffie gehaald en de kast met snoepjes en koekjes word opengetrokken. Niet door mij!! Nee, ik sla dit keer braaf over. Hoewel mijn smaakpapillen dol zijn op Haribo kersen, zoute chips en chocoladekoekjes, laat ik alles over aan de collega’s. Eet maar lekker op allemaal! 

Ik ben niet alleen sterk, ik voel mij ook sterk. Ik weet namelijk dat er bij de lunch een overheerlijke broccoli met zoete aardappelsalade op mij wacht. Oké, de eerste keer dacht ik “yuk” maar het is echt super lekker! En helemaal omdat ik hem zelf heb klaargemaakt. 

Kijk, ik vind mijzelf erg lief maar ik wil niet nog meer Boor om de botten. En alleen zelf kan ik daar iets aan veranderen. Dus sinds een maand of twee ben ik dan ook bezig met het bewuster kiezen van mijn eten. Zoonlief doet er nog een schep bovenop: “Meer eiwitten en minder calorieën! Dat gaat echt werken!” Eten zoveel als je kunt binnen een bepaald aantal calorieën. Voor hem is het juist het tegenovergestelde wel meer eiwiteen maar meer calorieën dan nodig is. Ik was al een jaar of twee bezig met intermittent fasting. Dat bevalt nog steeds. Mijn ontbijt is verplaatst naar een verlate brunch. En als late lunch heb ik dan een gezonde en eiwitrijkere salade, wrap of kleine maaltijd. 

Ik zit nog wel in de uitprobeer fase van diverse gerechten en wil nu nog niet al te moeilijke combinaties maar als je eenmaal een keer gegoogled hebt dan wordt je vanzelf dood gespamd met nieuwe ideeën en voorbeelden. Eindelijk werkt dat algoritme eens in mijn voordeel! En daar maak ik dan ook goed gebruik van. Ik heb op Pinterest een aantal moodboards verzameld en haal daar best wat inspiratie vandaan. Het ene gerecht brengt je weer bij het andere gerecht. 

Omdat ik geen zin heb om mijn wekker nog vroeger te zetten plan ik in het weekend vooruit voor de komende dagen of bak ik ’s avonds alvast iets voor de volgende dag. Ook worden kliekjes niet zomaar meer weggegooid. Van alles is een salade te maken. Voor vandaag dus een broccoli, zoete aardappelsalade met stukjes gemarineerde kipfilet, aangevuld met leftovers van doperwtjes en geraspte wortel, afgetopt met een yoghurtdressing. Ik kijk nu al uit om daar mijn tanden in te zetten. Maar nu eerst over tot de orde van de dag. Het netwerk is weer gereboot dus kan ik mooi nog even mijn mailbox leegwerken voor ik mijn maag ga vullen. 

Best lekker…

“Kijk eens wat ik heb?” Zegt mijn collega terwijl ze ondertussen iets boven onze beeldschermen omhoog houd. Ik blik van mijn scherm naar het bakje met de gekleurde etenswaar. Ik zie worteltjes en verschillende soorten bonen en nog iets. “De manier om meer groenten binnen te krijgen. Dus besloot ik voor mijn lunch een quinoasalade te maken.” Vervolgens somt ze op wat er allemaal in zit. 

Ik kijk een week tegen haar salades aan en dan begint het bij mij ook te kriebelen… Ik wil ook zo’n kleurenpallet in een bakje als lunch. Meer groenten past ook beter in mijn-steeds-betere-lifestyle. Alleen heb ik mijn twijfels over de bonen die ze er in heeft gedaan. Ik ben niet zo’n bonen-mens. Sperziebonen, prima. Maar linzen, witte- en zwarte bonen en kikkererwten… Oké die laatste vind ik dan wel lekker als ze eerst met olie en kruiden geroosterd zijn. En ik heb mijn vraagtekens toch ook wel een beetje bij de quinoa. Ik heb dit jaren geleden geprobeerd als maaltijd en dat was op zijn zachtst gezegd een deceptie. Ik had waarschijnlijk een andere smaakverwachting.

Nu mijn smaakpapillen steeds meer gewend raken aan ander en vooral gezonder eten, wil ik het zeker een kans geven. Ik noteer voor mijzelf alle lekkere groentes, noten, zaden en fruit en maak daar een combinatie van waarvan ik denk dat het te eten is. De bonen en andere gezonde toevoegingen komen dan later misschien nog wel. Of niet… 

Tijdens het wekelijkse boodschappenrondje mik ik een pak quinoa in de kar. Daarnaast nog wat appels, wortels, walnoten en rozijnen en als klap op de vuurpijl een zak Parmezaanse kaas. Ik loop door naar de groenteboer en pak daar een kropje andijvie. Vriendlief zegt niks maar ik zie het vraagteken boven zijn hoofd. Eenmaal thuis begin ik met de voorbereidingen voor het eten. 

De quinoa staat gekookt en al af te koelen op het aanrecht. Ondertussen was ik de andijvie en snij deze in kleine reepjes. De appel ontdoe ik van zijn klokhuis en snijd ik in blokjes. De wortel rasp ik omdat ik julienne nog net te grof vind. Ik mik alles in een grote kom. Voeg daar de walnoten en rozijnen aan toe en bestrooi het met een flinke hand Parmezaanse kaas. Ik maak een dressing van honing en mosterd met wat tijm, zout en peper en een drupje olijfolie. 

Terwijl de heren aan een broodmaaltijd zitten met diverse smeersels neem ik een hap van mijn aller eerste zelf gemaakte quinoa salade. Twee paar ogen staan mij vanaf de andere kant van de tafel aan te staren. Waarschijnlijk verwachten ze nu dat ik iets zeg… Maar dat kan ik niet. Ik moet nog een hap nemen. En daarna nog een. Want het is zalig wat ik proef. De zacht bittere smaak van andijvie komt goed tot zijn recht met de neutrale smaak van de quinoa en de frisse smaak van appel. Die weer prima samen gaan met de walnoot en de kaas. De honingmosterd dressing maakt het helemaal af. 

Vriendlief is klaar met mijn: “oooh dit is zo lekker!!” en proeft het vervolgens zelf. Ook hij is verbaasd over de smaakt en lepelt daarna de kom leeg. Deze salade is een blijvertje! Nu opzoek naar een andere smaakcombinatie. Ik zit te denken aan spinazie. Iemand van jullie misschien nog tips? 

Invulling aan tijd…

Het overlijden van Poownie had een bizar grote impact op mij. Niet alleen was ik erg verdrietig, ik was ook extreem moe. Daarnaast voelde mijn lichaam alsof ik met 50km per uur tegen een muur op was geklapt. Mijn spieren stonden strak gespannen, mijn lichaam was verkrampt en mijn huid voelde overal beurs aan. Van gekheid wist ik de eerste weken niet wat ik moest doen. Alles voelde verkeerd. Ik was te rusteloos om mijn rust te pakken maar te moe om daadwerkelijk iets te ondernemen. Om over mijn concentratiespanne nog maar niet te spreken. 

Van mijn baas mocht ik “onder de radar” werken. Dat betekende dat ik wel mijn werk kon doen, lekker vanuit huis, zonder midden in de hectiek te staan. Op deze manier kon ik mijn zinnen verzetten en tegelijk ook helemaal mijzelf zijn met alles wat er in een rouwperiode te verwachten valt. Niet lang daarna stond onze wintersportvakantie gepland. Die week komt altijd als geroepen maar nu was dit extra fijn. Want afleiding en even helemaal weg uit mijn eigen omgeving zou mij niet alleen lichamelijk maar ook geestelijk weer helemaal op kunnen laden. 

En dat was precies wat iedere dag spelen op de berg in goed gezelschap met mij heeft gedaan. Eenmaal thuis had ik weer zin om dingen op te pakken. Aan de slag te gaan op mijn werk maar ook met projecten thuis. Daarnaast voelen de bezoekjes aan stal, zonder Poownie, nu minder zwaar aan. Ik besloot ook het intermittent fasting weer op te pakken en direct bij thuiskomst een gezonde week in te zetten. Ik kan maar beter gebruik maken van de positieve vibe die er hangt. 

In de verdrietige weken heb ik nergens naar gekeken. Maar dan ook echt nergens naar. Ik deed waar ik zin in had en at waar ik trek in had. Dat resulteerde in de hele dag door snaaien en snacken, ook ’s avonds laat. Bewegen deed ik minimaal. Uit ervaring weet ik dat ik mij daardoor juist niet bepaald beter ga voelen, in tegendeel. Echter kon ik mij er niet toe zetten terwijl ik weet dat regelmaat en ritme het beste voor mij is.

Ik maakte daarom dankbaar gebruik van het moment toen ook het sporten, na een week bikkelen op de berg, begon te kriebelen. Het meeliften op een flow, ook al heb ik die zelf gecreëerd voelt super fijn. Dat scheelt energie en is beter vol te houden. Nu ik ‘s avonds niet meer iedere dag naar stal hoef heb ik immers tijd over. Inmiddels heb ik 2 avonden in de week de (thuis)sportschool geconfisqueerd. Met daar achteraan een yoga sessie. Mijn stappenteller is opnieuw geactiveerd zodat ik tussendoor ook meer van mijn plek af kom en mijn waterfles is weer een vast onderdeel op mijn bureau. 

Het voelt extra goed om wat actiever en gezonder bezig te zijn. Poownie mis is nog steeds. Evenals mijn jarenlange routine. Toch komt er nu langzaam tijd en energie vrij voor een andere invulling aan mijn vrije tijd. En dat voelt goed.

Zoetigheid…

Mijn hand graait door het zakje maar vind niks. Verbaasd kijk ik van mijn reader in mijn ene hand naar mijn andere hand in het zakje. Ik pak het zakje nu met beide handen vast om het aan een grondigere inspectie te onderwerpen. Heb ik zojuist echt dat hele zakje in één keer leeg gevroten? Mijn smaakpapillen zijn nog steeds bezig met een vreugdedans. Maar de rest van mijn lichaam voel ik al in opstand komen. Waarom? Is de enige vraag die het stelt. Toegegeven, mijn smaakpapillen hebben wel “smaak”. Zo’n gezouten en geroosterde maïskorrel is echt zalig. Alleen had ik het bij een handje moeten houden, niet het hele zakje. Ik zal de komende avond aardig wat water moeten drinken om de rest van mijn lichaam gunstig te stellen. Misschien morgen ook nog wel… 

Ik kwam er achter dat ik al bijna twee jaar bezig ben met intermittent fasting. Hoewel het er de laatste paar weken een klein beetje bij ingeschoten is. Niet dat ik mij iedere avond vol vreet met aller handen zakken chips, koek of zoetigheid. Dit zakje geroosterde maïskorrels was een verdwaalde actie. Een mens is nu eenmaal zwak. Toch ben ik wel heel trots op de weg die ik afgelegd heb. Het was een ware ontdekkingsreis. Ik heb dingen geleerd over mijn lichaam en geest. Daarnaast ben ik er achter gekomen wat voor mij niet werkt. 

Zoals het cold turkey afstappen van iets en radicaal mijn gezonde keuzes aanpassen. Dat lukt even om daarna, of misschien zelfs al heel snel, terug te vallen in oude gewoontes. De afgelopen twee jaar ben ik heel bewust bezig geweest met wat ik wel en niet eet of doe. De keus om minder vlees te eten bijvoorbeeld. Of de keus om van wit naar bruin pittenbrood over te stappen. Tevreden zijn met een stukje chocola in plaats van de hele reep. Door IF heb ik ook geen gesnaai meer in de avonduren. Mijn trek in zoetigheid is hierdoor gaandeweg afgenomen. De Haribo kersen kunnen mij niet echt meer bekoren en in het kader van minder vlees kan ik de kikkers ook makkelijk laten liggen.

Minderen met suiker stond ook op mijn kan-altijd-beter-lijst. Thee zonder suiker was de eerste stap. Dat gaat nu erg goed. Maar de koffie wilde niet echt lukken. Daarom nam ik daar de tijd voor. Want ik heb geleerd van mijn eerdere pogingen. Van 2 scheppen ging ik naar 1.5, naar 1 naar een half. Dat laatste halfje is een ding. Dus stapte ik over van suiker op zoetjes. Net zo slecht natuurlijk. Maar voor mij een stap die te behappen is. En zoet dat 1 zoetje is! Dus nu halveer ik deze en ik hoop daar zeer binnenkort ook mee te kunnen stoppen. Met de koffiemelk deed ik overigens het zelfde en dat gebruik ik nu inmiddels niet meer.

Weet je wat het gekke is. Opeens taal ik niet meer zo naar koffie. Dus wie weet kan ik die over een tijde ook van mijn lijst schrappen. Overigens doe ik wel een moord voor een lekkere cappuccino. Inmiddels ook zonder suiker dat dan wel weer. Maar deze blijft nog lekker op mijn guilty pleasure lijst staan. Met kleine stapjes naar een steeds gezonder leven.