Namasté…

Als de pijn in mijn rug weg is moeten zaken echt anders!! Besloot ik toen ik languit op bed lag zonder ook maar een vin te kunnen verroeren want PIJN… “Hier” lees je wat ik bedoel. Na mijn vakantie ging het gelukkig alweer de goede kant op. Toen ik eenmaal zonder pijn op de grond kon zitten en weer kon opstaan was het tijd om daad bij het woord te voegen. 

Niet alleen meer in beweging komen maar ook veel meer rekken en strekken zou mijn lichaam goed doen. “De sportschool” liet ik wijselijk links liggen. Hoe graag ik ook aan mijn conditie wilde werken, eerst maar eens wat aandacht naar mijn onderrug. Internet staat vol met oefeningen en er zijn ook de nodige apps op de markt gebracht. Ik zocht het een en ander uit en ging die week nog aan de slag. 

Uiteindelijk blijkt het voor mij toch lastig om via een app te sporten. Steeds maar weer naar mijn telefoon kijken of ik iets goed doe werkt niet bepaald motiverend. Voor een heel hoop andere apps moet ik betalen. Daar zou ik dan nog niet zo veel moeite mee hebben als de kleine lettertjes, zoals bijvoorbeeld het opzeggen van zo’n abonnement, niet zo vaag zouden zijn.

Mijn zoektocht gaat verder op youtube. Daar kom ik, na een aantal kanalen doorgespit te hebben, uit bij een Amerikaanse die yogales geeft. Ze heeft voor 10 jaar aan materiaal op internet staan en ook een hele mooi yoga beginners lijn. Niet geheel onbelangrijk ze heeft ook een hele reeks met yoga voor de rug. Ik word helemaal enthousiast bij het zien van deze filmpjes. Met mijn soort van beperkte lichaam kan ik hier toch mee uit de voeten. 

Ik prop mijn oortjes in en laat mij door haar leiden. Ze legt heel goed uit wat ik moet doen en welke lichaamsdelen ik zou moeten voelen, of juist zou moeten ontspannen of aanspannen. Poses hoeven niet altijd mega correct uitgevoerd te worden, zolang ze doen wat ze moeten doen is het goed. Als iets niet lukt of kan, komt ze met vervangende poses en ook voor mensen met een (nog) niet zo’n lenig lichaam is het goed te doen.

Alles gaat heel beheerst en rustig. Controle is het sleutelwoord. Evenals aanvoelen wat het lichaam nodig heeft. Wist ik veel dat er een nieuwe verslaving op de loer zou liggen. Inmiddels zijn we ruim zes maanden verder en sta ik dagelijks op mijn yogamat. 

Een aantal keer per week start ik mijn dag met yoga. Die vind ik stiekem de fijnste. Het is zo lekker om na een paar uur slapen al rekkend en strekkend aan een nieuwe dag te beginnen. Je bloed te voelen circuleren en je spieren op te warmen. Mijn ademhaling die dieper en ruimer wordt, de bewustwording van elke vezel in mijn lijf. En dan het gevoel na een sessie, alsof mijn lichaam weer voorzien is van een nieuw soort brandstof. Soms voelt het zelfs alsof ik bij de masseur vandaan komt. Heerlijk!

Nee, snel is anders en ik raak ook niet mega bezweet. Toch voel ik na sommige sessies spieren waarvan ik het bestaan niet wist. Het fijne is dat ik yoga overal en op ieder tijdstip kan doen. Uiteindelijk vaart niet alleen mijn onderrug er wel bij…

Graas-retraite…

Het huis is schoon, de boodschappen zijn gehaald. Op het werk loopt een en ander op rolletjes. Kortom alles is aan kant. Wanneer dit letterlijk en figuurlijk zo is dan heb ik rust. Innerlijke rust. Vaak wanneer ik dit gevoel ervaar zijn de dingen die ik daarna doe ware cadeautjes. Ik geniet er dan meer van. Kom nog meer tot rust of beleef alles intenser. Alsof er meer ruimte is om het toe te staan. Zoals deze zaterdagmiddag. 

Oké, toegegeven. Het weer speelt vandaag natuurlijk ook een grote rol. Want na alle barre kou en de vele regen die is gevallen is er eindelijk weer zon. De blauwe lucht en het ontbreken van de wind maken het fijne plaatje compleet. Vriendlief is naar de voetbal maar daar heb ik mijzelf nog steeds een break van gegeven. Soms mis ik het wel. Maar gevoelsmatig is het nog niet de tijd om het weer op te pakken. Wat ik wel doe is mijzelf in mijn paardenkloffie hijsen en ik ga naar stal.

Een smerig paard staat mij op te wachten. Het is dat hij een deken omheeft. Anders hadden we eerst door de “wasstraat” gemoeten. Hij gunt mij geen tijd voor knuffels. Die moet ik maar bewaren voor op locatie. Op de een of andere manier weet hij altijd wanneer we datgene gaan doen waar hij zoveel plezier uithaalt. Ik laat hem los uit de paddock en al lopend naar het hek doe ik hem zijn halster om. Met een borstel in mijn hand lopen we van stal. 

Dit weer trekt mensen naar buiten. Wandelaars, fietsers, ruiters, hardlopers, iedereen neemt het er van. Zelf zoek ik een stuk gras op waar niet veel mensen komen. Dat geeft de rust die ik nu al zo ervaar nog meer de ruimte. Poownie draaft naast mij mee en zodra ik stil sta duikt hij naar de grond opzoek naar verse grassprieten. 

De lekkerste sprieten staan uiteraard het verste weg dus we moeten er wel wat stappen voor zetten. Ondertussen borstel ik zijn teddyberen vacht. Deze begint hier en daar al los te laten en voor ik het weet zit ik ook onder de haren. Als het poetswerk er opzit houdt ik de wacht op aanstormende blaffende “grasmonsters” die gelukkig uitblijven. Ondertussen laat ik mij meevoeren op het graasgeluid van Poownie. Het vermalen van het gras tussen zijn nog resterende kiezen werkt namelijk hypnotiserend. 

De zon verwarmd mijn vermoeide spieren die ik deze ochtend in de sportschool flink aan het werk heb gezet. Heel even sluit ik mijn ogen en ik kan mij helemaal overgeven aan het hier en nu. Lekker ontspannen. Ik laat mij leiden door Poownie. Zijn neus vind de beste grashalmen. Ondertussen hoef ik alleen maar te zijn…. Niet denken. Niet piekeren. Niet sporten of bewegen om warm te blijven. Niet praten. Gewoon alleen maar ademhalen en er zijn.

Samen struinen we het hele grasveld af en na een uur staan we weer voor het hek op stal. Ook hier is het vredig en stil. De zon begint langzaam aan zijn retour. Hij heeft zijn best weer gedaan vandaag. Poownie krijgt een vervroegt avondmaal en staat vervolgens midden in de paddock met zijn ogen dicht op rust. Voldaan, net als ik. Ik denk dat ik dit soort momenten onze “graas-retraite” ga noemen. 

Morning has broken…

Het is één van de zondagen waarop het mijn beurt is om het ontbijt op te dienen op stal. Dat betekend vroeg uit de veren. Alhoewel, wat is vroeg? Maar als de wekker uiteindelijk om half 8 afgaat heb ik toch wat moeite om mijn warme bed uit te komen. Ik hijs mijzelf in mijn paardenkloffie, smeer wat brood voor een verlaat ontbijt en met mijn ongekamde haren in een knot op mijn hoofd rijd ik naar stal. Vriendlief in dromenland achterlatend. 

Onderweg komt de zon langzaam op. En zoals altijd weet ik dat het geen straf is om rond dit tijdstip in de polder te zijn. Dit is nog voor het moment waarop de wereld ontwaakt. Vanuit diepe rust met alleen de wind door de bomen en het roepen van de vogels is het heerlijk om zo wakker te worden. De lucht is sprankelend fris en voelt als een verkwikkende douche. Boven de velden en het water hangt een sluier van mist. De zon heeft nog niet echt in kracht gewonnen om de “witte wieven” te verjagen. Het liefst zou ik nu een lekkere lange wandeling willen maken. Maar first things first. 

Poownie staat al bij het hek te wachten. Of dat speciaal voor mij is durf ik in twijfel te trekken. De wetenschap dat de eerste “bedienden” die verschijnt hem van zijn voeremmer voorziet is aannemelijk groter. Als ik mijzelf eenmaal op het terrein binnen heb gelaten staan er opeens 4 paarden keurig op een rijtje te wachten. Het is er maar 1 die hinnikt en dat is Poownie. De rest kijkt zwijgent toe als hij zijn emmer met slobber in ontvangst neemt. 

De paarden hebben goed hun best gedaan. Alle ruiven, die bij ons verspreidt over de gehele paddock staan, zijn leeggegeten. Tijdens de ochtenddienst voeren we minder als bij een avonddienst. Nu zie ik ook waarom. Op Poownie na staat zo’n beetje de hele kudde in de dut-stand. Ze lijken wel verzadigd van het eten in de nacht. Ook als ik mijn ronde loop om alles te vullen komt er niemand achter mij aan. Dat is tijdens een avonddienst wel anders.  

Als ook mijn mestdienst erop zit is het tijd voor een bakkie cappuccino. Dankzij een gulle stalgenoot kunnen we tegenwoordig koffie drinken in de keet. En als ik eenmaal met mijn koffie in het zonnetje zit merk ik pas hoe warm ik het gekregen heb. De damp slaat onder mijn jas vandaan. Het magische wintersportgevoel komt in mij op. Blauwe lucht, zonnetje en een gedempte stilte. Alleen geen strakke witte pistes dit keer.

De haan van de buren kraait een paar keer. Boven in de boom zitten een paar halsbandparkieten te kwetteren en ik? Ik geniet nog steeds van de rust. Op wat wandelaars en hardlopers na is er verder geen mens in de polder te zien. Ik heb mijn koffie op en bedenk mij geen moment. Ik roep Poownie. Die weet inmiddels wat er te wachten staat. Hij duikt nog eens keer in de ruif voor een hap hooi en komt dan mijn kant op. Hij neemt zijn halster in ontvangst en loopt alvast naar het hek terwijl ik de paddock verder afsluit. Hij mag nog een uurtje grazen terwijl we ondertussen van de stilte en het zonnetje genieten.

Een dag voor in de boeken…

Het was er dit jaar gewoon nog niet echt van gekomen. De dagen dat het lekker weer was en er niet veel wind stond moest ik werken. De dagen dat ik vrij was en dus tijd had was het pisweer of stond er te veel wind. En, nou ja, ik ben nu eenmaal een mooi weer mens wat mijn buitenhobby’s betreft. Vandaag komt alles mooi samen. Een vrije dag, bijna windstil, blauwe lucht, zon aan de hemel en een graad of 26. Al met al prima weer voor een toerke op de SUP. 

Voor de verandering besluiten we eens vroeg naar het water te gaan. De parkeerplaats is nagenoeg leeg. Een enkele roeier is aanwezig maar verder niemand. Ik vind waterpret over het algemeen wel leuker als er een gezellige bedrijvigheid om mij heen te vinden is. Maar een keer het water voor ons alleen is ook wel erg fijn. 

Het bootje van vriendlief heeft vandaag zijn vuurdoop. Die ziet voor het eerst sinds maanden pas weer het water. Maar wonder boven wonder start het ding direct en werkt naar behoren. Ik heb mijn SUP ook binnen no-time opgepompt. Ik trek nog vlug wat flesjes water mee voor onderweg. Dat gaan we met dit mooie weer wel nodig hebben. 

Jammer genoeg steekt er een windje op en uitgerekend heb ik hem tegen. Dat is voor vriendlief niet zo’n ramp. Maar voor mij, op mijn met eigen spierkracht voortgedreven vaartuig, wat minder tof. Ik peddel stug door. Vooralsnog zijn wij de enige twee op het water en daar maak ik dankbaar gebruik van. Ik ga van links naar rechts en zoek de ideale lijn door wind en stroming. 

Dat ik al even niks meer gedaan heb merk ik na een kleine 2,5 km. Gelukkig krijg ik een klein sleepje. En dat dames en heren is nog eens extra genieten. Ik hoef even niks te doen dan alleen maar genieten van de zon op mijn bakkes en zorgen dat ik niet van mijn plank af lazer. Dat gaat mij beide redelijk goed af. 

Door mijn sleepje zijn we iets sneller op onze lunchlocatie. Nog voor we goed en wel aangemeerd zijn raken we in gesprek met de eigenaar van de toko. Ik loop nog te klooien met de leash van mijn SUP terwijl hij honderduit verteld over de boten die te huur zijn, het terras en een grappig voorval met een aantal klanten die niet wensten te betalen en hoe creatief dit was opgelost. Geweldig. 

Het heeft overigens wel wat om op deze manier bij een “restaurant” aan te komen in plaats van met de fiets of de auto. Gelukkig is er nog plek op het terras want inmiddels rammel ik van de honger. Zonder moeite wordt er een parasol voor ons uitgeschoven en krijgen we kussens voor op de stoelen aangeboden. Na de lunch keren we terug naar de steiger. Dit keer hebben we de wind “in de zeilen”.

Het is zo zalig dat we besluiten ons gewoon mee te laten drijven. Lekker uitbuiken in de zon met de voeten in het water terwijl de stroming ons meevoert naar ons startpunt. Iets later dan gepland zijn we terug bij de steiger. Waar overigens nog steeds niemand te vinden is. De watermensen weten niet wat ze missen. Maar voor ons is dit een dag voor in de boeken. 

Te water…

De start van het vaarseizoen is over het algemeen rond 1 april. En dit jaar waren we maar een week of twee later. Dus met het paasweekend lag Merlin weer als een vis in het water. Dat had nog wel wat voeten in aarde. De monteur die dit in eerste instantie zou doen bleek met de noorderzon vertrokken. Niemand weet waar die gast gebleven is. Gelukkig konden we met kennissen en kennissen van kennissen, het een en ander regelen waardoor wij niet veel hinder hebben ondervonden van zijn fratsen. Maar voor sommige van zijn klanten bleek het begin van dit vaarseizoen jammer genoeg iets minder tof te beginnen. 

De kennissen hadden Merlin al mooi rondom schoon gespoten. Maar de binnenkant kon na een winterseizoen op de kant wel een poetsbeurt gebruiken. Terwijl Zoonlief het hele paasweekend volgepropt had met feestjes, uit eten gaan, eieren zoeken en nog meer feestjes konden wij eerste paasdag mooi gebruiken om de boot schoon te maken. Vriendlief begon met het schrobben van het voordek en ik nam het binnenwerk voor mijn rekening. Na een broodje en een bak koffie ging vriendlief verder met de bekleding en ritste ik alle “ramen” los zodat ook die eens grondig schoon gemaakt konden worden. 

Het is echt bizar hoe smerig alles kan worden. Toch staat ze in het winterseizoen binnen en is alles zo goed als dicht. Maar na een dag ons flink uit de naad te hebben gewerkt glimt en blinkt Merlin weer. Nou, bijna dan. We doen nog een kop koffie met een koek en houden het voor gezien. De poetsspullen kunnen weer mee terug naar huis en wat we dit seizoen op het water nodig hebben blijft aan boord. 

2e paasdag is het wederom zalig weer. We besluiten er lekker op uit te gaan. Net voor we weg gaan komt Zoonlief binnen gestormd: “Oh gelukkig jullie zijn nog niet weg. Ik wil graag mee!” Ik kijk hem wat meewarig aan. Stukje varen en voor anker is niet bepaald zijn ding, want te gezapig. En het water is echt nog veel te koud om te gaan wakeboarden zonder suit. Maar nee dat was allemaal geen probleem. Na al het feesten was ie ff toe aan bijtanken en zonnen op een rustige plek. Nou dat begreep ik helemaal!

Dus rijden we met een volle auto naar de haven om onze eerste vaart te maken en tegelijk wat vitamientje D op te doen. Het water is als een spiegel. “Echt perfect wakeboard weer.” Zegt Zoonlief nog even quasi nonchalant. Ik kijk hem met een schuin oog aan. Ik zeg hem dat ie het echt wel mag proberen maar dat ik hem niet wil horen klagen over de kramp in zijn lichaam en half afgestorven ledematen! Want dat is wat water van amper 13 graden met je doet. Gelukkig is hij zo wijs om het voordek te verkiezen boven het ruime sop. 

Zelf blazen we de kano op voor een stukje sportief toeristisch geklungel in de Biesbosch. We maken een tourtje langs het schiereiland waar we voor anker liggen. Worden belaagd door de ganzen een stukje verder. Lopen vast aan de bodem, want eb en genieten van de roofvogels die boven ons vliegen. Niet verkeerd om al dobberend wat bij te kleuren.

Rond etenstijd komen we weer aan in de haven en laten ons aan boord verwennen door de plaatselijke friettent. We hebben het wel eens slechter getroffen tijdens de paasdagen…

Lekker he?!?!

Het is een van de woensdagen in het jaar waarop ik vrij ben. Zoonlief was voor 0700 uur deze ochtend al vertrokken naar zijn werk. Nadat de lunch er inzit vertrekt ook vriendlief voor een vergadering. Het is sinds maanden dat ik het huis voor mij alleen heb. Ik ben de enige in het huishouden die praktisch nooit eens alleen thuis is. Er is altijd wel iemand aanwezig. Terwijl, als zoonlief en ik aan het werk zijn, vriendlief thuis alleen zit. En wanneer vriendlief en ik samen wegzijn, zoonlief het huis voor zichzelf heeft. 

Soms heb ik het geluk dat ik alleen op stal ben. Nou ja, samen met de bewoners van het stukje grond dan. Vooral in de avond, wanneer iedereen al is geweest. Dan voel je dat de rust langzaam weer bezit neemt van het stukje polder. Ik laat mij daar heel graag door onderdompelen. De drukte van de werkdag voel ik dan langzaam wegdrijven. Alsof het verstrijken van de dag ook al die chaos met zich meeneemt. Wat overblijft is ruimte en rust. En het geknaag van de paarden op hun hooi. 

Vandaag is het dus anders. Iedereen is weg thuis en ik weet van gekkigheid eigenlijk niet wat ik moet gaan doen. Uurtje sauna? Lekker in bad? Yoga? Ik besluit niks van dit te doen. Ik duik eerst de keuken in om een gietijzeren pan op te snorren. Jammer genoeg had ik dat ding een paar weken terug ergens in een vergeten hoekje van de kast gestopt, want we gebruiken hem niet zo heel vaak… In de andere kast liggen nog maïskorrels. Ik ga lekker popcorn voor mijzelf bakken. Niet een beetje maar gewoon een hele pan!!

Terwijl de pan warm staat te worden denk ik terug aan dit log. Zal ik er een karamel variant van maken? Na wat lades te hebben geopend kom ik er achter dat ik niet de juiste suiker in huis heb. Dat is maar goed ook, want ik kan mij herinneren dat ik kotsmisselijk was na het leegeten van de schaal. Nu ik aan IF doe eet ik niet zo heel veel zoetigheid meer. Waarschijnlijk lukt het mij niet eens om een kwart weg te werken. Ik bespaar mij de moeite en neem genoegen met alleen de popcorn en wat kruiden. 

Wanneer het bekende poppen van de mais in de pan mijn oren vult wordt ik teruggevoerd naar vroeger. Jeetje wat ik heb toen vaak popcorn gebakken. Eerst deed mijn moeder dit maar al snel nam ik het stokje van haar over. Bijna ieder weekend maakte ik wel een schaal voor bij de film. Wij vonden dit lekkerder dan een zak chips. 

Als het poppen afneemt waag ik een blik in de pan. Er popt toch nog wat onderin en er vliegt her en der wat uit de pan. Die zijn voor de vogel. Aan zijn hyperactieve gedrag merk ik dat ook hij weet waar ik mee bezig ben. Ik houd ze voor hem apart. Voor mijzelf mik ik er wat cajunkruiden over. Pak mijn boek en wat te drinken en verkas van de keuken naar de bank. Achter mij hoor ik de vogel op zijn popcorn knagen gevolgd door de woorden: “lekker he?!?!” En dat is precies goed verwoord… 

FF niet…

Jeetje wat was het druk op mijn werk deze week. Met twee zieke en een aantal nieuwe projecten in de planning is het behoorlijk aanpoten de afgelopen weken. Maar deze week spant echt de kroon. Het was niet alleen druk maar ook zo vreselijk chaotisch dat ik steeds het gevoel had achter de feiten aan te lopen. Dat je iedere keer mis grijpt of brandjes aan het blussen bent. Een aantal keer heb ik flink op de rem moeten trappen om niet als een kip zonder kop rond te rennen. Om maar gedaan te krijgen wat af moest. 

Maar goed, aan alles komt een einde. Dus ook aan deze drukke week. Door alle hectiek liep ik ook nog eens een dag achter. Nog leuker was het toen ik doorhad dat het geen donderdag maar al vrijdag was. En dat betekend WEEKEND!! 

De tijd dat ik alleen maar uitkeek naar en kon genieten van het weekend ligt gelukkig ver achter mij. Normaal maak ik zelfs van mijn werkdag een feestje. Toch ben ik heel blij dat het weekend aangebroken is. Even geen telefoon aan mijn oor en rennen van afspraak naar deadlines. En als ik thuis kom schijnt de zon nog steeds en heeft vriendlief het avondeten al klaar. Zeg nu zelf, dat is toch heerlijk om zo aan te schuiven?!

Hoewel het al avond is besluit ik toch op de fiets naar Poownie te gaan. Lekker even uitwaaien en buiten zijn zal mij goed doen. Zeker na een lange dag binnen. De zon is nog krachtig genoeg om warmte af te geven. Het voelt gewoon zomers aan. Ook onderweg kom ik veel sporters tegen. Skaters, hardlopers, wielrenners en wandelaars. Iedereen pikt zijn graantje mee voor de avond echt valt.

Op stal is het rustig. De avonddienst is al geweest en verder is er niemand. Nu de paarden al staan te knagen aan hun avondmaal heerst er ook een vredige rust in de kudde. Ik hoef eigenlijk niks meer te doen dan alleen Poownie een extra maal voor te schotelen. 

De schemer valt langzaam in. De wandelaars komen nu minder frequent langs. En wanneer er een groep hardlopers vlak voor stal klaar is met hun rek en strekoefeningen, keert de rust helemaal terug op dit stukje oase in de polder.

Ik wandel van ruif naar ruif en blijf tussen de paarden staan. Het grappige is dat het ene paard heel open staat voor mijn energie en mij met mijn chaotische hoofd heel dichtbij laat komen, alsof ik mijn “rugzakje” bij hen mag droppen. Terwijl het andere paard er niks van moet hebben en vervolgens van mij vandaan loopt om bij de andere ruif weer aan te sluiten. Ik laat mij door hun aanwezigheid en hun geknaag aan het hooi weer rustig op “aarden”  terug zetten.

Poownie vind het allemaal prima. Zodra hij zijn diner naar binnen heeft gewerkt, zijn vacht weer gepoetst is, want flink in de rui, en zijn deken weer op ligt sluit ook hij weer aan bij zijn knagende maten. 

Inmiddels is het helemaal donker en voelt het heel wat frisser dan een uur geleden. Ik geef Poownie nog een aai over zijn hoofd en laat hem daarna verder eten. Pak mijn fiets en begin aan mijn tocht naar huis. Ooh wat een zaligheid om hier mijn dag af te sluiten. 

Saunatje pakken…

Heel de week heb ik gewerkt. Dan weer thuis dan weer op kantoor. Iedere dag was ik pas laat klaar. Het was soms zelfs zo druk dat ik gewoon langer heb moeten werken. Iets dat sinds de pandemie niet meer echt is voorgekomen. Het was ook een rare week met gekke gesprekken. Zowel met collega’s als met klanten. Doe daar een paar eetlepels vermoeidheid bij, een grammetje of wat gespannen schouders en wat kruimels geïrriteerdheid en het feest is compleet. Met dit grauwe weer verdween het daglicht ook nog eens als sneeuw voor de zon. Pas na het avondeten kon ik wat verontreinigde lucht gaan snuiven op stal. 

Hoewel ik dit weekend geen uren bij het paard heb doorgebracht heb ik toch wel een flinke tijd met hem staan grazen in de polder. Met daarbij de nodige kou en regen op mijn knar. Als ik zondagmiddag thuiskom heb ik nog maar zin in één ding. De verwarming op standje comfortabel, in mijn zachte teddyfleece huispak onder mijn dekentje op de bank. Met thee binnen handbereik en mijn boek op schoot. 

Maar voor ik daar aan begin loop ik door naar boven. De geur van de houten cabine is onweerstaanbaar. Mijn neus vangt ook al een vleug van de eucalyptusolie op. Het enige dat ontbreekt is de warmte die mij in mijn gezicht “slaat”. Dat ik zoveel plezier aan mijn omgetoverde zolderkamer naar home made spa zou hebben, had ik niet verwacht. Oké, toegegeven, met 30 graden ben ik hier niet te vinden. Op dagen zoals nu, met guur en nat weer, zit ik hier graag.

De sauna is nog niet eens op temperatuur maar ik besluit er vast in plaats te nemen. Ik maak het mij gemakkelijk. De warmte die er al hangt omsluit mij als een heerlijke zachte deken. De eerste 5 minuten doe ik niks anders dan alleen maar zitten. Even een moment nemen om te aarden. Genieten van de steeds warmer wordende lucht. Misschien ben ik in een vorig leven wel een hagedis of leguaan geweest. Het baden in de hitte bevalt mij namelijk wel. 

Wanneer de sauna goed op temperatuur is duur het niet lang voor ik mijn huid plakkeriger voel worden. Al snel melden de eerste zweetdruppeltjes zich bij de startlijn en voel ik ze een voor een naar beneden glijden. Iedere druppel geef ik een gevoel of ervaring mee van afgelopen week. Alles wat niet goed ging, wat mij stoorde aan mijzelf en een ander. Ik besluit “schoon” het weekend af te sluiten. En met iedere zweetdruppel die ik geboren voel worden, wordt mijn geest lichter en lichter. 

Ik wil zo lang mogelijk in de kalme intimiteit van mijn cocontoestand blijven zitten. Maar dat zou niet bepaald goed voor mij zijn. Met een half gesloten oog werp ik een blik op de klok en zie dat ik al een half uur in zweterige meditatieve toestand verkeer. Tijd om af te sluiten, bij te komen, een liter water te drinken en heerlijk te douchen. 

Na nog eens een half uur zit ik dan toch eindelijk op de bank. Gehuld in mijn zachte teddyfleece huispak onder mijn dekentje met thee en koekjes binnen handbereik en mijn boek op schoot. Mijn huid voelt zacht en rozig. Mijn hoofd is redelijk leeg. Zo hectisch als de week was zo rustig eindig ik het weekend. Klaar voor een nieuwe week. 

Curly Girl, plastic vrij…

Ergens in de herfst van 2020 besloot ik mij te verdiepen in de Curly Girl methode. Ik las alles wat los en vast zat en boekte een workshop bij een krullenkapper die mij precies kon vertellen hoe ik de staat en conditie van mijn haar kon “lezen”. In een halve dag leerde ik hoe ik zelf mijn haar nog mooier kon laten krullen en welke producten ik daar voor nodig had. Vanaf dat moment kon ik los. Ik kocht verschillende producten om te testen en kreeg hier en daar wat aangeboden om mee te experimenteren. Uren was ik bezig met het testen en uitproberen.

Inmiddels heb ik een redelijke routine ontdekt waarbij ik geen 1.5 uur meer voor de spiegel sta. Ook ben ik er achter dat je met wat goedkopere producten prima CG bezig kunt zijn. Een shampoo hoeft echt geen 20 euro te kosten. Wel doe ik vele malen langer met al mijn producten nu ik niet meer iedere dag, maar nog maar max 2 keer per week mijn haar was. Ook hoef ik niet meer zoveel product te gebruiken als ik deed toen ik nog niet CG bezig was. Ik doe bijna een jaar met mijn krullencreme, leave in, en gel. Mijn haar is in een jaar tijd zeker een kwart meer gaan krullen. 

Tijdens een flinke schoonmaakactie waarbij iedere plank en lade leeggehaald werd kwam ik er achter dat ik wel heel veel potjes, tubes en flessen heb staan. Allemaal van pastic. Dat moest toch eigenlijk wel anders kunnen?! Het spul dat ik niet meer gebruikte gaf ik weg. De zeep en shampoo wilde ik gaan vervangen voor CG shampoobars. Toen de kruitvat met een eigen merk shampoobar kwam en deze ook nog eens CG bleek te zijn bedacht ik mij geen moment.

Daar stond ik dan, met mijn nieuwe aanwinst onder de douche. De zeep wilde niet echt schuimen in mijn handen maar als snel kwam ik er achter dat ik een kop vol sop had wanneer ik het blokje een paar keer over mijn haar wreef. Het schuimde goed en rook heerlijk. Jammer genoeg bleek hun conditioner-bar niet CG, dus mijn zoektocht zette ik online voort. 

De zeepmarkt heeft niet stil gezeten. Iets dat een paar jaar terug nog in de kinderschoenen stond is nu uitgegroeid tot algemeen goed. Gelukkig maar. Want er zijn heel veel webwinkels die zich hierin gespecialiseerd hebben. Bij Beesha, een Nederlandse webwinkel gespecialiseerd in zeep, bleef ik hangen. Een overzichtelijke site en hadden toen ter tijd een mooie actie. Niet te veel poespas en precies wat ik zocht. De geurige bars kwamen bijna door m’n beeldscherm heen. Naast Vegan en dierproefvrij ook nog eens CG-proof! Nou, wat wilde ik nog meer.

Het stukkie zeep is niet meer wat het geweest is. Zeg maar dag tegen die strakgetrokken bakkes en dat touw haar. Want dit is even heel andere “koek”. Niet alleen geurde mijn complete badkamer overheerlijk. Ook mijn huid en haar deden na een douche mee. De bodybar die ik voor het gemak ook gekocht heb, doet wat het beloofd. Mijn huid voelde aan alsof ik het zojuist voorzien had van een bodylotion. Heerlijk zacht.

Er zijn alvast drie plastic flessen uit mijn badkamer geweerd en in plaats daarvan ligt er nu een bamboeplankje met heerlijk geurende shampoo- en bodybars te pronken. Ik ben fan!  

Zeepplankje voor soapbars van Beesha

Let’s celebrate…

Terwijl een aantal collega’s de eerste week van het jaar lekker vrij waren bestonden die dagen voor mij gewoon uit werken. Mijn noeste arbeid werd verspreid over kantoor en thuis. De helft van Nederland was ook nog lekker vrij en dat zorgde voor de nodige rust aan de telefoon. Het waren heerlijke werkdagen. Ik kreeg taken lekker vlot af en kon op die manier mijn 2-do lijst achter elkaar afvinken. Alsof ik in een flow aan het werk was. Zelfs taken die stiekem al even lagen te wachten kon ik die week mooie afmaken. Hopelijk is dit een voorbode voor de rest van het jaar. 

Mijn weekend start met veel regen en veel te koud weer. Oké het is winter en dan hoort het dit weer te zijn. Maar als warmte liefhebber voel ik mij toch altijd een beetje ontheemd in deze natte en vieze dagen. Zowel de vrijdagmiddag en avond als de zaterdag bleef het maar regenen. Als ik zaterdagmiddag verkleumd van stal thuis kom is de warme douche een zaligheid. Veel tijd heb ik niet want tegen 17.00 uur worden we op het eerste feestje van het nieuwe jaar verwacht. Een nieuwjaarsreceptie bij mijn schoonouders. 

Het contrast met het troosteloze weer buiten en de gezellige sfeer binnen had niet groter kunnen zijn. Het is behaaglijk warm, er hangen sfeerlichtjes en overal staan kaarsjes. Hierdoor voel ik mij in een mum van tijd rozig worden. En dan heb ik nog niet eens van de champagne gedronken. Veel tijd om in mijn cocontoestand (niet te verwarren met corona toestand) te verkeren heb ik niet. Er zijn al familieleden binnen en niet veel later is de rest ook gearriveerd. 

We toasten met champagne op het nieuwe jaar en mijn schoonouders verklaren het buffet voor geopend. Er staat van alles en voor ieder wat wils. Onder het eten passeren de gebeurtenissen van het afgelopen jaar de revue. We halen herinneringen op aan lang geleden en praten over de plannen van dit nieuwe jaar. Zoals altijd gaan we later dan verwacht pas weer naar huis. 

Het tweede feestje van dit jaar heb ik direct de dag erna. Mijn zusje, al heel lang een volwassen vrouw, maar voor mij nog steeds mijn zusje, is jarig. Hoewel ze het niet echt viert maar wel een hele grote doos gebak in de koelkast heeft staan, zijn een aantal vrienden en familieleden welkom. Vroeg in de middag reis ik af naar Bergen op Zoom. Ik had wel naar haar verjaardag gevraagd maar niet expliciet laten weten dat ik kwam. Het was dus een (hopelijk) leuke verrassing toen ik opeens voor de deur stond.

Eenmaal daar snapte ik waarom de gebaksdoos zo vreselijk groot was. Er zaten maar een paar koeken in. Maar die hadden wel een doorsnee van een kleine 20 tot 25 cm, zo niet groter. Het waren de bekende “Groffen Koeken”. Of de “platte tiet” voor de doorsnee inwoners van Bergen. Tiet of niet, de smaak is super. De koek is groot, rond, gevuld met banketbakkersroom en afgewerkt met chocolade fondant. Mier zoet en zoveel lekkerder dan taart. Na deze “koek” eenmaal weggewerkt te hebben zat ik tot het avondeten vol. 

Ik ben bijtijds weer thuis zodat ik de avond rustig in kan luiden. Nog even een moment voor mijzelf voor de werkweek weer start.