Early bird(s)….

Het is 0400 uur in de ochtend en ik ben klaar wakker. Mijn wekkers, want uit voorzorg heb ik er drie gezet, zouden pas een half uur later af gaan. Ik heb een belangrijke afspraak op de planning staan en blijkbaar ben ik bang dat ik door al mijn wekkers heen slaap. Nog voor ze afgaan sluip ik de kamer uit om mijn spullen te pakken, broodjes te smeren en een thermoskan koffie te vullen. Dit keer ben ik de eerste van ons huishouden die wakker is. Zelfs voor onze eigen vroege vogel, Groene Draak, is het te vroeg om goedemorgen te zeggen. Hij duikt nog even in zijn veren terwijl ik mijn tas verder inpak.

Rond 0600 uur rijd mijn oom de straat in. We gaan vandaag samen op pad en hebben hopelijk een date met wat bijzondere vogels. Gelukkig weet hij de weg in dit boerenlandschap en navigeert ons in rap tempo naar onze parkeerplaats. Vanaf daar is het even zoeken hoe we verder moeten. Het eerste bruggetje over. Door het hek naar rechts. Een tweede bruggetje over en dan de rechter sloot aan de linker kant volgen. Vooral niet verkeerd lopen anders moet je het hele eind weer terug. 

Ik ben blij dat ik kaplaarzen aan heb. Met de regenval van afgelopen nacht is de wei drassig. Ondertussen gloort er licht aan de horizon. Ik ben de sompige wandeling opslag vergeten als ik de deur van de fotohut open. We mogen niet met onze baggerlaarzen naar binnen dus ik verruil mijn vieze stampers voor schone schoenen. Maar eerst doe ik nog een rondje “om de plas” om wat meelwormpjes uit te delen. Ik laat graag zien dat we met goede bedoelingen komen.

Al snel worden we begroet door een van de vaste bewoners van dit perceel. Wij zijn alvast blij hem te zien. De torenvalk vliegt heen en weer tussen hekje, paaltje en boomstronk. Hij weet heus wel dat wij hier zitten, maar trekt zich er allerminst iets van aan. Op zijn gemak peuzelt hij de meelwormpjes op. Begint daarna uitgebreid aan een poetsbeurt en fladdert vervolgens weg. Dit nemen ze ons in ieder geval niet meer af.

Er is een kakofonie aan vogelgeluiden om ons heen. Niet alleen zitten er heel veel vogels in deze wei maar ook in de aangrenzende percelen. Na enige tijd verschijnt er niemand minder dan de Grutto. Onze reden voor het bezoek aan deze hut. Zo sierlijk als hij is wandelt hij op de waterplas af. Wat een mooie vogel. Na wat poses aangenomen te hebben vliegt hij weg. We zien hem verderop in de wei foerageren. Jammer genoeg net te ver bij ons vandaan.

De torenvalk steelt niet veel later wederom de show door met een eigen gevangen prooi, eerst een muis en daarna een kuiken voor onze neus te gaan lunchen. “Jij met je meelworm!” Zowel het mannetje als het vrouwtje verschijnen voor onze lens. We krijgen nog een voorstelling van hun paringsritueel, deze zat blijkbaar bij de prijs inbegrepen… Maar daarna wordt het stil. Tijdens het wachten genieten we volop van de vogelgeluiden om ons heen en de duikvluchten van de kieviten die als ware acrobaten achter elkaar aan vliegen. 

Ondanks de wat mindere water en -weidevogels voor de hut heb ik toch weer intens genoten van deze fotodag.

© Foto Hamar

Steenuilen schieten…

Het duurde drie jaar voor het lukte. De eerste keer was het seizoen net voorbij en dus te laat. Het tweede jaar was het seizoen nog niet begonnen maar was ik wel te laat met reserveren en was de hut vol geboekt. De derde poging werd dankzij corona door mijn neus geboord. Maar eind mei van dit jaar lukte het dan toch. Ik stond oog in oog met een steenuil. 

De steenuil is het kleinste uiltje in Nederland en is niet veel groter dan een merel. Vergeet de kerkuil of de grote oehoe. Dit uiltje is de schattigste rover onder de vogels die er is.. Hij ziet er groter en forser uit dankzij zijn volle verenkleed. Die grote opvallende felgele ogen doen het hem. Die wilde ik heel graag eens vastleggen op de gevoelige plaat. Dus was de keus om een vogelhut die zich richt op de steenuil te huren snel gemaakt. Het duurde alleen wat langer voor we terecht konden. 

Maar toen was het eindelijk zover. Einde van de middag toog ik samen met Oom B. ook fervent fotograaf, naar België. Om 1800 uur werden we verwacht. Samen met nog een aantal fotografen hadden we ons verzameld op de afgesproken parkeerplaats. Van daar uit moesten we nog wel een stukje lopen naar de “hut”. Dat stukje bleek toch nog een kleine 1.5 km stappen te zijn. Gelukkig mochten we onze fotogear met de auto van de hut-eigenaar mee geven. Nu maar hopen dat hij er niet vandoor zou gaan… 

Gelukkig stond hij op de plaats van de hut al op ons te wachten. In totaal waren we met vijf man/vrouw. Oom en ik hadden het geluk in de vaste hut te mogen. De andere fotografen kregen ieder hun eigen fototent, die al opgesteld stonden. We kregen de tijd om ons te installeren. De eigenaar legde nog wat uit over de setting, wat we wel en vooral niet moesten doen en liet ons toen tot 21.00 uur aan ons lot over. 

De vraag was of er een uiltje genegen was om langs te komen. Ik had amper de instellingen van mijn camera gecontroleerd of het vrouwtje kwam al aangevlogen. Ze wist heus wel dat wij daar in het hutje zaten. Je kunt de natuur niet sturen maar soms werkt omkopen wel. Er lag hier en daar wat eten en daar liet ze zich graag voor fotograferen. Zeker wanneer er net kuikens uit het ei gekropen zijn. Door de aanhoudende kou en regen is het broedseizoen iets verlaat. Daar had ik met het reserveren geen rekening mee gehouden. Geen vliegende jonkies dus. In dat opzicht hadden wij ff vette pech. 

De setting was niets meer dan een stukje grond op een boerenbouwland. Achter ons zat een duiventil en stonden wat bomen. Daar bevond zich tevens het nest.. Op de setting zelf waren een paar palen in de grond geslagen, hier en daar een zit mogelijkheid en wat attributen. Simpel maar doeltreffend. Met de juiste instellingen en een goede lens creëer je een mooie zachte achtergrond. Hierdoor is er geen bouwland of simpel bosje meer te zien. 

De hele avond heb ik verrukt achter mijn fototoestel doorgebracht. Mij niet eens de kans gunnend iets te eten of te drinken. De tijd vloog voorbij maar wij hebben, ook zonder kuikens, van iedere minuut genoten.