Obstacle run …

Uit de oude doos, maar hij blijft grappig.

In mijn ene hand heb ik een zak hooi van rond de 12 kg en in mijn andere een verrekte splinter. Die er ingeboord werd toen ik de laatste pluk hooi in de zak propte. De hooibaal, die om logistieke reden heel onlogisch is geplaatst, is alleen via een kleine hindernisbaan te bereiken. Om er bij te kunnen heb ik mij tussen twee andere balen in laten zakken. Hoe ik weer naar boven moet komen vraag ik mij nu dus af. Met wiebelige benen probeer ik mijn evenwicht te hervinden. 

Deze hooibalen zijn normaal zo stevig als een huis. Maar wanneer de touwtjes allemaal doorgesneden zijn en het ook nog eens die baal is waar ik overheen moet om aan het begin te komen dan kan dat best een uitdaging zijn. Na wat klim- en klauterwerk, een vloek links en een uitglijder rechts, lukt het mij om één zak, gevuld en al, mee het hok uit te slepen. Met het zweet op mijn voorhoofd duik ik het hok weer in. Er moeten nog twee zakken gevuld. Vanuit de paddock klinkt er gehinnik. Volgens sommige duurt het te lang….

Ken je die puinruim zakken, van die bigbags? Dat zijn onze hooizakken. Oké ze zijn iets kleiner, maar nog steeds flink aan de maat. Ik sleep zo’n zak achter mij aan en ga vol goede moed de hindernisbaan weer over. Onder het zeil door, op het krukje via de kleine baal, over een grote baal naar de achterkant van het hok. Ik laat mij vakkundig tussen de balen naar beneden glijden en vul opnieuw een zak. Ik zet mijn hand boven op de baal. Wanneer ik afzet zak ik met diezelfde hand tot aan mijn oksel tussen de inmiddels losliggende plakken hooi van diezelfde baal. Mijn goed gevulde hooizak, die ik al bovenop de baal had gekregen, raakt uit balans en dondert over mij heen het “ravijn” in. De hele zakken-vul-exercitie begin van vooraf aan. Uiteindelijk kom ik al hijgend, proestend en badend in het zweet uit het vervloekte hooihok. Aan iedere hand sleep ik een gevulde zak mee. En die verrekte splinter! 

Ik gooi een zak in de kruiwagen en sjok door de paddock naar achteren. Halverwege wordt mijn pad geblokkeerd door een skippybal van de paarden. Wat the f*ck? Het lijkt hier wel een obstacle run. Achter mij hoor ik hoefgetrappel en als ik mij omdraai staan er 5 pony’s vragend te kijken waarom het wederom zo lang moet duren… Hoewel ik niet met een stopwatch heb staan klokken heb ik er wel beduidend langer over gedaan. Ik slalom mijn kruiwagen om de bal, de mesthopen er achter en de kuil die een van de knollen uitgerekend hier heeft staan graven. Nog voor ik de kans krijg de zak te legen in de daarvoor bestemde ruif wordt er al aangevallen alsof ze dagen niks gevroten hebben. De hongerlappen. 

Echt kei-verrot, neusgaten vol met stof en compleet bezweet neem ik afscheid van mijn veelvraten en keer huiswaarts. Als er nog mensen moeten trainen voor één of andere hardloop, obstacle run of mudmasters gedoe?? Kom dan alsjeblieft mijn voerdienst overnemen. Wedden dat je in no-time een topconditie hebt?! De stoflongen en broekzakken gevuld met hooi en stro krijg je dan van mij, geheel gratis!!

Als Mozes niet naar de berg komt…

Toen ik poownie kocht was ie amper veulen af. Helemaal zwart met vier witte benen en een mooie bles. Hij was zo lief en schattig maar wel een echte pony, met bijhorende pony streken. Zoals ineens aan de andere kant van een hek staan, door er per ongelijk onderdoor te rollen of het hele hek uit zijn voegen te duwen door er onder door te kruipen. Maar ook uit zijn deken “glijden” ala Houdini. Nog steeds weet ik niet hoe hij dat voor elkaar kreeg. Geregeld vond ik Poownie en dek los van elkaar terug in de wei. Beide nog helemaal heel en alle gespen dicht. 

Hij vond het ook leuk om het op een rennen te zetten. Niet omdat hij schrok van de bakkabouters. Want geloof hem maar, die zaten er ECHT, maar gewoon omdat het kon. In de wei sprintte hij meestal bij mij vandaan, ook omdat het kon. Maar als ie eens aan kwam galopperen stopte hij op tijd. Als hij schrok sprong hij om mij heen, of van mij af. Hij deed (en doet) letterlijk geen stap verkeerd. 

In al die tijd dat ik Poownie ken, en dat is inmiddels 25 jaar, heeft ie mij nog nooit expres van zich afgeworpen, gebeten of geschopt. Dat hij in een galop struikelde en mij in zijn val meenam naar de grond of dat hij pardoes een paar keer achter elkaar op mijn tenen heeft gestaan vergeten we! Poownie heeft een hart van goud. 

Ons weide seizoen laat door omstandigheden, helaas, nog even op zich wachten. Dus ik besloot dat het tijd werd om een stapje harder te lopen voor Poownie. Iets extra’s op zijn oude dag, omdat ie het verdient. Voor alle hiervoorgenoemde feiten EN omdat hij nu eenmaal Poownie is!!

Naast al het lekkers, speciaal eten en per dag een dozijn aan knuffels, poetsbeurten en liefde sta ik nu dus ook het gras voor hem te maaien. Want tja, als Mozes niet naar de berg komt… 

Overigens kwam ik niet zelf met dit briljante idee. Hij kwam van de stalbaas. Ze had een elektrische heggenschaar aangeschaft. Speciaal voor het knippen van onkruid en gras. Af en toe krijgen de paarden wat extra’s zoals brandnetel, kleefkruit, rietstengels en ander groen.

De eerste paar keer schaamde ik mij kapot. Welke koekwous staat midden in de polder nu gras en onkruid te maaien?! Maar inmiddels heb ik er schijt aan en maai mij iedere dag een slag in de rondte. Als een ware gras expert loop ik de graszoden en waterkant af. Opzoek naar die allerbeste mals ogende pol. En geloof mij, je gaat echt heel anders naar het gras kijken. Het is niet meer het simpel stukje groen verende grond. Op mijn smaakpapillen na ervaar ik zo’n beetje het zelfde wat Poownie moet voelen, zien en ruiken als hij gras eet. Bijzonder, dat dan wel weer. 

Inmiddels weet hij wat ik ga doen als ik met schaar en “voerzak” van stal vertrek en staat mij al hinnikend op te wachten. Vervolgens meng ik al mijn kostbaar verworven groene stengels in een zak met hooi. Poownie, staat als enige van de kudde ’s nachts apart en mag dan zonder hooinet op de ruif (want geen voortanden meer) eten. Heel de nacht heeft hij de tijd om die zak met hooi en gras door te spitten (= bezigheidstherapie). Zijn avondmaaltijd is in jaren niet zo smakelijk geweest.