Uit logeren…

Zoonlief werd vriendelijk gevraagd een week bij z’n ma door te brengen. Zodat wij ongegeneerd zijn kamer konden inpikken. “Jullie houden het wel schoon hé!?” Riep hij nog even quasi nonchalant voor hij vertrok. Hihi, schoon?? Het is er al jaar en dag een varkensstal. Dus voor ik mijn spullen verkas ga ik eerst maar eens grondig te werk. Al die tijd geen Corona opgelopen maar zou zomaar een stofallergie kunnen ontwikkelen na één nacht op die kamer. 

De reden van ons verkassen is een kleine verbouwing van onze eigen slaapkamer. Vorige week zijn alle meubels inclusief ons bed opgehaald zodat we dit weekend de boel konden witten en verven. Dankzij het klussen in het huis van zus weet ik dat we dit ook prima zelf kunnen. Volgende week komt ons nieuwe bed en dan is al het kliederwerk alvast achter de rug. 

Nou en daar lig je dan. In je eigen huis maar in een andere kamer en in een ander bed… Het voelt een beetje als een logeerpartij. Ik neem andere geluiden waar, ruik andere geuren. De topnoot is de schoonmaakgeur van zojuist met accenten van wasverzachter en een vleugje parfum van zoonlief.

De kamer is op zolder en heeft een schuin dak. Het regent onophoudelijk. Heerlijk geluid, net als vroeger bij mn moeder. Ik ben het geluid ontwend en het duurt daarom ook even voor ik mij kan laten meevoeren in het hypnotiserende ritme. Wel ben ik blij met het raam dat open staat. Heerlijk die koele lucht langs mijn gezicht terwijl de rest van mijn lichaam warm is ingepakt in mijn schapenwollen dekbed. Op onze kamer hebben we alleen een deur naar het “dakterras” dat wil vriendlief ’s nachts niet open want inbrekers…

Vriendlief komt pas veel later naar boven. Ik ben nog wakker en zie hem laveren tussen alle spullen op de grond en het kleine stukje tussen bed en muur dat ik vrij heb weten te krijgen. We missen 40 cm aan matras. Dat merk ik halverwege de nacht het meest wanneer vriendlief zich omdraait en daarbij eerst het kussen vol in mijn gezicht mept. Gevolgd door armen en benen die mij naar het randje van de afgrond duwen. In tegenstelling tot mij heeft hij er totaal geen moeite mee om te slapen in een ander bed of kamer. Ik duw hem voorzichtig terug en ben blij dat 1 vd 2 in ieder geval een goede nachtrust heeft. 

Inmiddels weet ik ook: haastige spoed is zelden goed. Ook al moet ik nog zo nodig plassen. Midden in de nacht de trap af betekend rustig aan!! Een aantal keer kwam de grond iets te snel te dichtbij. Note to self: gebruik de trapleuning waar deze voor bedoeld is. Niet als reddingslijn om naar te graaien wanneer je per abuis een traptree overslaat. 

Ach, ik klaag hier nu wel, maar je snapt dat het heel fijn is dat we een kamer met bed “over” hebben. Het had uiteraard ook anders gekund. Een week lang in de woonkamer op een luchtbed bivakkeren bijvoorbeeld. Dan was het niet uit logeren maar kamperen. Zonder marshmallows en kampvuur weliswaar. Dus zo slecht heb ik het nu ook weer niet. Wel ben ik heel blij als deze week achter de rug is en de verfspullen opgeruimd kunnen worden. Project “slaapkamer” is bijna af.

Als sneeuw voor de zon…

Het is koud, het regent, het is vroeg donker en ik heb de drukste werkweek achter de rug die ik in tijden heb gekend. Het omschakelen van zomer naar winter komt dit keer wel binnen. Ik sta nog net niet te klappertanden maar een rilling kan ik niet onderdrukken. Hoewel dit ook van de vermoeidheid kan zijn. Ik besluit om het voor gezien te houden en lekker vroeg mijn bed in te kruipen. 

Ik klop mijn kussen nog wat op en tover een dik fleeceplaid uit de kast voor over de voetjes, want het raam (met hor) heeft zo’n beetje heel de dag open gestaan dus koud…. Bij het “openslaan” van mijn boek, wat een onderdeel is van mijn avondritueel, begint het gelazer. Ik doe eerst of ik het zoemen rond mijn hoofd ingebeeld heb. Ik ben immers moe en wil eigenlijk mijn drukke dag rustig afsluiten. Maar na een hele zin gelezen te hebben irriteer ik mij al wezenloos. Dit gaat hem niet worden. 

Mijn boek leg ik naast mij neer. Die mug gaat hoe dan ook neer. Aan de herrie te horen zou je denken dat het minstens een compleet gezin is dat onderdak komt zoeken. Wat ik raar vind want in de kamer is het gevoelsmatig kouder dan buiten. 

Het zoemen houd aan dus het is wat lastig om hem nu te detecteren. Met mijn zaklamp op mijn phone creëer ik een soort scheerlicht. Het duurt niet lang of ik zie hem er doorheen stuiteren. Het is er maar een. En verhip, hij lijkt wel dronken. Met een oog houd ik hem in de gaten terwijl mijn andere oog op zoek gaat naar die verdraaide mepper. Zodra ik hem wat spastisch onder het bed vandaan heb gegraaid is de mug pleite. Als sneeuw voor de zon…

Ik maak een keer een ronde door de kamer. Zoals verwacht maar niet gehoopt is ie spoorloos. Ik sta ondertussen daadwerkelijk te klappertanden van de kou. Snel mijn warme bed weer in. Boek erbij en verder waar ik gebleven was. Maar verder dan een hele bladzijde kom ik niet want daar is het gezoem weer. 

Vriendlief lukt het meestal wel om met weinig licht een vliegend insect uit te schakelen. Dus haal ik mijn eigen “Ghostbuster”, die nog niets vermoedend beneden tv zit te kijken, er bij. Samen hossen we door de kamer. Hij de ene en ik de andere kant. Na een paar minuten zoeken wisselen we van plek. Maar ook nu is de mug spoorloos. 

Ik besluit het er bij te laten. Ik ben moe en wil mijn (nog steeds niet voorverwarmde) bed weer in. Ik pak mijn boek er voor de derde keer bij. De mug houd zich koest. Pas midden in de nacht hoor ik hem rond mijn hoofd zoemen. Ik mep een paar keer in het luchtledige om hem te verjagen. 

De volgende dag kan ik gelukkig geen muggenbult ontdekken. Wanneer ik beneden kom sluit ik de tussendeur achter mij. En wat zie ik tot mijn grote verbazing nog net ff naar binnen fladderen voor ik de deur daadwerkelijk dicht doe?! Dit keer ontkomt hij mij niet. Normaal gaat alles wat leeft naar buiten. Voor een mug maak ik een uitzondering. Met mijn vlakke hand plet ik hem tegen de muur. Het is in een keer raak. Als sneeuw voor de zon. 

Blijf je slapen?

“Hoeveel zeg je?” Van schrik spring ik van het bed terwijl vriendlief zich nog even op z’n gemak omdraait alsof ie niks gehoord heeft. “14.000€” zegt hij nogmaals. Ik staar de verkoper alleen maar aan. “Waarom?” gil ik hem bijna toe. “Met de hand gemaakt, uit Engeland, echt paardenhaar en schapenvacht en bla bla.” Meer hoor ik niet, ik zie alleen zijn mond bewegen. In nog geen 14.000 jaar dat ik dat ga uitgeven aan een bed. Vriendlief dacht er anders over. Niet alleen de verkoper had hem al bijna zover. Het bed, toegegeven het is echt een plaatje en zou zeker niet misstaan in onze slaapkamer, had hem nu al in zijn macht. Mochten we ons bedenken, er kon nog wat aan de prijs gedaan worden. “Ooh, dat dacht ik ook!!”

Inmiddels was dit al de vierde beddenwinkel waar we waren. Er is echt belachelijk veel keus. Ik zie door de bomen het bos niet meer. Verkopers hebben hun eigen manier van uitleggen maar ze spreken elkaar soms ook een beetje tegen. Daar kunnen mijn hersens, die hier geen verstand van hebben, niet goed tegen. Dit kan wel met zus maar niet met zo. Op een bepaald bed kan alleen maar dat matras. Ligt niet fijn zegt U? Tja dan moet U een ander bed nemen! Toen een verkoper vertelde dat ie alleen zijn bedden met toppers verkocht was ik klaar met hem en zijn toko.

Beddenwinkel 5 was voor deze week de laatste die ik wilde bezoeken. Ook hier veel verschillende bedden met dito matrassen. Maar we lopen wel direct tegen het bed aan dat we beiden mooi vinden. Jammer genoeg met topper, iets wat ik niet wil. Dan verschijnt er een verkoper. Of hij kan helpen? We gooien al onze wensen voor zijn voeten en wijzen daarna naar dat bed. “Daar kan praktisch elk matras op!” Deelt hij ons mee. Lucky us. 

Hij neemt ons mee door de winkel en laat ons niet alleen diverse soorten matrassen testen, iets wat we al bij diverse winkels gedaan hadden maar nooit echt een goed advies kregen, en legt uit aan de hand van plaatjes, doorsneestukken matras, lichaamsbouw en onze slaaphouding waar we goed aan doen. Hij neemt werkelijk alle tijd voor ons.  

We testen de simpele standaard tot het duurdere segment. Dat is maar goed ook. Want het Tempur matras dat zo geprezen wordt ligt echt voor geen meter, ik zak erin weg als in drijfzand. We testen en testen nog meer. Tot we bij een matras aankomen waar ik heel blij van wordt. Het matras is voorzien van pocketveren, diverse soorten schuimlagen en afgewerkt met een firm toplaag. Het matras is zacht genoeg om in weg te zakken en tegelijk voel ik de stevigheid van het geheel. Hierop voel ik mij letterlijk gedragen. Ook nu krijgen we uitleg over de drukpunten, verdeling van gewicht en de verschillende zones. De stroom aan informatie is eindeloos. Net als zijn geduld met ons. 

Terwijl wij mogen “proefslapen” haalt de aardige man een bakkie koffie voor ons. “Nou hier hoef ik niet langer over na te denken. Dat bed, wijs ik hem en dan met dit matras.”Vriendlief is het er gelukkig helemaal mee eens. Ik doe geen consessies aan mijn slaapcomfort, behalve aan de prijs. En ook daar kon zelfs wat aan gedaan worden.