Met de heren op stap…

Inmiddels is hij er redelijk aan gewend. Maar hij zou geen echte Amazone zijn door er eerst een groot drama van te maken. Dus we starten met een (kleine) achtervolging onder en over zijn kooi voor ik hem eindelijk zover heb om op te stappen. Met Draak op mijn arm draai ik mij om naar de eettafel waar zijn reistas al staat te wachten. Er wordt nog wat spastische met de vleugels geklapt en er volgen zenuwachtige “ik-wil-niet” geluidjes maar ik doe of ik hem niet zie of hoor. Als ik hem voor zijn reistas zet lijkt hij zijn hele toneelspel vergeten: “Oh kijk nou mijn reistas, JOEPIE!! Ik mag mee!” Zonder verder gemor stapt hij in en roept naar de rest van de lui in de kamer: “DAG TOT STRAKJES!!” Je moet het even weten, maar Amazone’s hebben een onuitputtelijke trukendoos en zijn cum laude afgestudeerd aan de HTS (de Hoge Toneel School). 

Ik ben vrij vandaag en omdat het lekker weer is kan Groene Draak prima mee op stap. In zijn reistas hoeft hij niet bang te zijn om onderweg opgevroten te worden door hongerige roofvogels of honden. We zijn de straat nog niet uit of zijn gefluit en geroep begint al. Ik zing of fluit vaak hardop wanneer Draak mee is en we kunnen hele conversaties hebben over drie keer niks. Maar voor mensen die niet zien dat ik een papegaai in mijn rugzak heb zitten, is dit een rare gewaarwording. Die zullen wel denken… 

We fietsen door de polder met als eindbestemming: Poownie. Om daarna met de twee heren een wandeling te maken. Poownie is aan het opknappen van zijn peesblessure en geregeld maken we een wandelingetje. Ik moet eerst met Draak door het weiland om hem op te halen. Het blijft lachwekkend om te zien hoe de andere paarden reageren. Een pratende “rugzak” is niet iets wat ze dagelijks meemaken. Sommige zijn onder de indruk en staan even te snuiven terwijl Poownie zijn neus in de tas duwt om Draak gedag te zeggen. Tenminste, ik denk graag dat ie dat bedoelt.

Poetsen is niet echt Poownie’s ding, net als wandelen trouwens. Maar zoals hij er nu uitziet kan echt niet. Ik haal snel een borstel over zijn vacht terwijl Draak ons trakteert op wat muzikale klanken. We zijn de dijk nog niet uit of de eerste wandelaar krijgt Draak in de gaten en begint spontaan een praatje. Eerst met mij maar al snel wordt de aandacht verlegt naar de inhoud van de rugzak. “Wat ben jij mooi!!” Zegt ze. Gevolgd door een “Dank je wel!” van Draak. Achter mij staat er één druk te stampvoeten en te snuiven. Poownie is het er niet mee eens: “Wat een onzin!! Het is niet meer dan een groen gevederde pinata die toevallig kan praten! Kunnen we nu verder?!” 

De rest van de weg leggen we in stilte af. De terugweg is een ander verhaal. Poownie ruikt stal en krijgt het op zijn heupen terwijl Draak ieder woordje uit zijn repertoire ten gehore brengt. Het moet er, op zijn minst, bijzonder hebben uitgezien. Een uur later staan we weer in de wei. Draak mag nog even zijn vleugels strekken voor we terug fietsen. En als afscheid volgt er nog een fotomomentje. Een half uur later zit hij weer op zijn stok. De rest van de avond komt er geen geluid meer uit zijn snavel. Moe maar voldaan. 

 

Paard en papegaai samen aan de wandel.

 

Voor de liefhebbers: Groene Draak heeft zijn eigen insta-account.

 

***

Mijmeringen in de ochtend…

Het is weer een van die ochtenden dat ik besluit lopend naar het werk te gaan. Park in de mist tijdens de herfst. Het is vochtig en hoewel er zon was voorspeld kan het ook ieder moment met bakken uit de hemel komen. Op hoop van zegen vertrek ik. Iets vroeger dan anders, zodat ik op mijn gemak kan wandelen. Tenminste, zolang het droog blijft. Het daglicht heeft nog niet veel aan terrein gewonnen. Omdat het wat heiig is doet het park, met zijn half kale takken mysterieus aan. Normaal kom ik hier, op dit tijdstip, redelijk wat mensen met hun hond tegen. We beginnen elkaar zelfs al te (her)kennen. Maar vandaag niet. Het heeft wel wat, zo’n alleen op de wereld gevoel.

Al snel zit ik in mijn wandel ritme. Het lukt mij eindelijk om net als vroeger, tijdens het hardlopen, mijn eigen bubbel te creëren. Ik wordt niet afgeleid door al het andere verkeer. Ik sta op de automatische piloot en mijn gedachten gaan alle kanten. Straks staar ik weer een hele dag naar mijn beeldscherm en word mijn hersenpan gevuld met kantoor-geneuzel, dus laat ik mijn gedachten nu lekker los. Ik noem het een wandelende meditatie.

Het alleen op de wereld gevoel is van korte duur. Zodra ik het park uit ben word ik ingehaald door een sliert aan fietsers. Alsof het dorp leeg stroomt, er komt geen eind aan. Het is gedaan met de rust. Gillend, zingend en kletsend gaan ze op weg naar school. Dezelfde school waar ik meer dan 20 jaar geleden (Jezus is dat al zo lang geleden??? 😱) ook naar toe ging. Maar ik zit in mijn bubbel. Val niet op. Als ze mij überhaupt al zien, ben ik een bejaarde ziel op weg naar wat dan ook.

Ooit fietste ik dus ook zo. In een groep, door weer en wind. Meer dan 20 jaar terug dus. (au) Terwijl ik het mij herinner als de dag van gister. Onze klas bestond uit een gemêleerd gezelschap. We hadden twee Holland’s next top models, een aantal techno-nerds, zwikje gabbers, een Sjonnie en Anita stelletje en het doorsnee volk. Toegegeven, het was nooit saai bij ons in de klas.

Ik herinner mij een meisje dat vaak alleen zat. Ze had een klein iel stemmetje. Wit sluik haar en zat altijd te dagdromen. Een soort Luna Leeflang uit Harry Potter. Ik weet ook zeker dat ze dingen zag die aan mij voorbij gingen. Ze was een studiebol die aan een half woord genoeg had terwijl ik na zes bijlessen nog steeds niet begreep waar we het nu over hadden. Een tijdje heb ik geprobeerd vriendschap met haar te sluiten. Maar we zaten totaal niet op dezelfde lijn. Ik kwam waarschijnlijk wat “simpeltjes” over haha.

Nu de sliert met fietsers eindelijk voorbij getrokken is daalt de stilte weer neer in mijn bubbel. Ooit zei iemand tegen mij: “Geniet van je schooltijd want het is de leukste van je leven!” Wat heb ik toen hard gelachen! Nu ik er op terug kijk was het misschien niet de aller leukste van mijn leven. Maar wel heel onbezorgd. De wereld lag aan mijn voeten en ik ervoer een vorm van vrijheid, van onsterfelijkheid. Iets wat ik terugzie in Zoonlief. Dat gevoel mis ik wel eens.

Nog een paar honderd meter en ik ben op mijn eindbestemming aangekomen. Zalig zo’n wandeling. Ik vind het bijna jammer dat ik er al ben. Want, voor nu, is het weer gedaan met mijn mijmeringen in de ochtend.

Een gaaien meeting…

Een paar weken geleden rolde er een uitnodiging op de deurmat. Of Draak en ik zin hadden om mee te doen aan een wandeling. De uitnodiging kwam van My Own Little Zoo en familie. Ik heb ze via social media leren kennen, toen ik iets opzocht over amazone papegaaien. Ik kwam er al snel achter dat ze een groot hart hebben voor kromsnavels. Vooral voor de moeilijk te hanteren, verwaarloosde en mishandelde gevallen. Een groot deel van hun leven (en huis) staat in het teken van deze vogels. Om ze een beter, liefdevoller bestaan te geven op een vogel-waardige manier.

De wandeling werd vanuit hun eigen woning georganiseerd. Eenmaal in de straat wist ik precies waar ik moest zijn. Een grote knuffel papegaai was vastgebonden aan het tuinhek. Hoewel we elkaar pas één keer eerder gezien hebben, tijdens een wandeling vorig jaar, werden Draak en ik met open armen ontvangen. Ook maakte ik kennis met een aantal andere digitaal bekenden. Door de hele tuin stonden klimbomen en papegaaien-standaards opgesteld. Ook voor de gaaien-gasten. Zodat onze gevederde vrienden op hun gemak konden zitten, terwijl de baasjes onder het genot van een hapje en drankje met elkaar konden kletsen.

Op internet had ik al een hoop van hun geredde en geadopteerde vogels leren kennen. Ik vroeg mij af hoe ze al deze vogels zouden huisvesten. Het antwoord daarop kwam snel. Ik kreeg van Laura een rondleiding met bij iedere vogel een verhaal en de reden waarom ze geadopteerd zijn. De rondleiding begon binnen in het slaapvertrek en de speelkamer. Twee kamers helemaal ingericht voor het welzijn van de vogels. Ze hebben allemaal hun eigen slaapplek. Daarnaast zijn beide kamers voorzien van klim- en klauterbomen, schommels, touwen en knaagtakken. Monkey town is er niks bij.

De tour ging door op het terras, waar inmiddels een heel hoop papegaaien zaten. Een bond gezelschap. We liepen door naar de volières en buitenverblijven waar de overige papegaaien ondergebracht waren. Ze komen iedere dag buiten voor hun dosis daglicht en frisse lucht. De gaaien die met elkaar kunnen opschieten zitten samen. Wat tot nu toe leuke en unieke vriendschappen heeft opgeleverd. We eindigden bij de “quarantaine” ruimte, waar hun nieuwste aanwinst was ondergebracht. Wanneer de testresultaten niks geks uitwijzen mag hij kennismaken met de rest van de vogels. Ze doen dit met liefde en zorg. Maar man, wat een werk! Hier gaat zoveel tijd en energie inzitten.

Halverwege de middag was het tijd voor de wandeling met een groot gedeelte van de groep, inclusief gaaies. Nog geen 100 meter lopen en we stonden midden in het bos. Al pratend waren we zo een uur verder. Erg leuk om elkaar en de vogels op deze manier beter te leren kennen. Onderweg hadden we aardig wat bekijks. Dit zie je natuurlijk niet dagelijks. Bij terugkomst mochten we nog mee eten ook. Een van de bezoekers had een heerlijke Surinaamse maaltijd gekookt. Veel later dan gepland reden we, geheel onder de indruk van deze gezellige dag, terug naar huis.

We mochten kennismaken met een heel bijzondere en liefdevolle familie. Wanneer je met zoveel passie, liefde en geduld de zorg op je neemt van mishandelde, verwaarloosde en soms onhandelbare papegaaien, is het niet zomaar een hobby. Dit is een roeping. Ik kan niet anders dan respect voor deze familie hebben!! En hopen dat er snel nog eens zo’n gezellige wandeling volgt natuurlijk…

**Volg My Own Little Zoo op FB en Instagram

 

Papegaaien tijdens een wandeling bij My Own Little Zoo