Carnivore goes vegan…

“Kom maar door met die datums” kregen we over de app. Op de datums die doorkwamen kwam een nee, nee en heel verrassend nog een nee. Iedere keer was er wel weer een agenda van één van de dames die roet in ons etentje gooide. Het leek bijna een onbegonnen missie om iets in te plannen. Het duurde ook even maar uiteindelijk lukte het eind december om een datum te prikken voor begin februari.

Vorig jaar zijn we een aantal keer met de dames van stal uit eten geweest. Het is leuk om elkaar ook in een ander omgeving te zien. Met normale kleding en zonder hooi in het haar. Of zoals met de afgelopen stormen, verwaaid haar. Je hebt eens wat andere gespreksonderwerpen dan enkel paard. Daarnaast is het ook gewoon super gezellig. En wij zijn wel te porren voor wat gezelligheid tijdens het eten.

“Ik stel voor om jullie eens mee te nemen naar een veganistisch restaurant!! Werd er door een van de dames geopperd. Overigens al ergens in september vorig jaar. Maar toen bleek de toko waar we ons oog op hadden laten vallen compleet vol geboekt. Aangezien een datum afspreken niet bepaald vlot gaat besloten we de boel niet om te gooien maar gewoon een ander restaurant te kiezen. Wat in het vat zit verzuurt immers niet…

Dat vat werd dus begin februari geopend. De gelegenheid: Rozey in Rotterdam. Een restaurant met een all you can eat concept en waarbij enkel vegetarische en veganistische gerechten geserveerd worden. Als carnivoor, (met name steak en BBQ liefhebber) een leuke uitdaging. De menukaart zag er alvast goed uit. Voldoende om uit te kiezen en de smaakpapillen te kunnen testen. Verder is er geen tijdslimiet dus je kunt tot praktisch sluitingstijd blijven zitten. Iets wat wij (uiteraard) ook deden.

Het was even zoeken naar een parkeerplek en uiteindelijk besloten we de auto maar achter te laten in een van de parkeergarages. Waar we later op de avond een klein kapitaal mochten neerleggen om hem weer mee te mogen nemen. De slagboom eruit rijden was misschien goedkoper. Op de een of andere manier had ik een compleet andere voorstelling van het restaurant. Bij de naam Rozey denk ik aan warm en knus. Maar toen we het overvolle restaurant binnenstapte bleek dat niet echt het geval.

Het restaurant heeft een frisse, hippe maar iet wat industriële uitstraling. Echter zouden ze wel wat aan de verlichting mogen doen. We werden de hele avond verblind door de spotjes boven ons hoofd. Dat mocht de pret niet drukken. Nadat de eerste drankjes op tafel stonden gingen we los op diverse voorgerechten. Gevolgd door zo’n beetje alle hoofdgerechten. Wetende dat er ook nog plek moest zijn voor alle toetjes… Een klein nadeel was dat ze begin van de avond al door de “Kentucky-fried-bloemkool” en het Jackfruit heen waren. Tot groot ongenoegen van een van de dames. Gelukkig was er volop keus en moest ik na mijn 2e toetje passen voor de aller laatste ronde. Ik zat bomvol.

Ik had het niet verwacht maar was aangenaam verrast. De gerechten waren smaakvol en veelzijdig. Ik heb heerlijk gegeten en het (echte)vlees geen minuut gemist. De draadjesvlees bitterballen en saté waren overigens bijna niet van echt te onderscheiden! Om over de zalige cheesecake nog maar niet te spreken. Ons stal-uitje was wederom prima geslaagd. Nu eens verzinnen waar we de volgende keer heen gaan..

 

diverse vegetarische gerechten van Rozey

 

***

Count your blessings… #6

Inmiddels is het alweer bijna 1.5 jaar geleden dat Poownie en ik van stal zijn verhuisd. Zijn vorige stal was niet meer dan drie km van mijn huis vandaan. Hoewel hij een verzorgster had moest ik er wel praktisch iedere dag naar toe. We moesten zelf zorgen voor het voeren van de paarden, schone stallen en in de zomer voor een schoon weiland. Het terrein rondom de paddock en stal moesten we ook zelf schoon houden. Daar stond tegenover dat we zelf mochten bepalen hoe we dit indeelden. Er stonden, de laatste twee jaar dat wij daar stonden, helaas maar twee paarden. De taken verdelen kon dus niet echt. Dagelijks was ik pas rond 21.30 uur thuis. Door de weeks kwam hier ook nog eens mijn fulltime job bij. Inclusief het huishouden. Er bleef niet veel tijd over voor mijzelf.

Poownie maakte ooit deel uit van een kudde van vier. Door een besluit van de gemeente moesten twee stallen gesloopt worden. Zijn kudde werd hierdoor gehalveerd. Het contact met zijn enige overgebleven soortgenoot was ook niet om over naar huis te schrijven. Ik zag Poownie steeds ongelukkiger worden. Het weiland was met maar twee paarden best wel kaal. De paddock eveneens. En omdat ze niet goed met elkaar overweg konden, Poownie mocht alle klappen, trappen en happen opvangen, stonden ze heel de winter gescheiden op een eigen stukje. Ik kon hem op dat moment niet geven wat hij het liefste wilde. Contact met soortgenoten. Hem het gevoel terug geven ergens onderdeel van uit te maken werd voor mij lastig. Daarom besloot ik mijn eigen veilige haven, van maar drie km verder, op te geven en opzoek te gaan naar een nieuwe stal.

Niet veel later bleek er plek te zijn op een stal waar wij ons op de lijst hadden laten zetten. Geen drie km bij elkaar vandaan. Maar 23. De vraag was hoe we zouden integreren op deze nieuwe plek. Niet alleen hij, maar ook ik. Van maar twee paarden gingen we naar een stal met rond de 20. En daar horen natuurlijk ook 20 verschillende eigenaren bij. 20 verschillende karakters. 20 verschillende meningen. 20 verschillende… Je snapt mijn punt?! Mijn bezorgdheid over het integreren ebde vrij snel weg. Poownie was zo blij om na twee jaar zijn oude vriendinnetje weer te zien. Dat was mij al heel veel waard. Zelf kreeg ik het gevoel thuis te komen na een lange omzwerving gemaakt te hebben.

Poownie heeft het gevoel weer ergens onderdeel van uit te maken. Hij heeft vriendjes en vriendinnetjes. Samen staan ze de hele dag buiten en ’s nachts lekker op stal. En ik? Ik heb er zoveel meer vrije tijd voor terug gekregen. Iedere dag verplicht naar stal is niet meer nodig. Er wordt gemest, gevoerd, geveegd. De paarden worden voor ons buiten en binnen gezet. Ik hoef alleen maar te genieten van mijn hobby. Niet alleen voor dier, maar ook voor mens een heel fijne stal. Na een dag hard werken kom ik daar tot rust. En wat die 20 eigenaren betreft? We zien elkaar bijna nooit. En als we elkaar zien is het gezellig. Hoewel we het soms zelf moeten zetten, staat de koffie altijd klaar! Gezemel past niet op deze stal. Het zal er misschien heus wel zijn, maar daar krijg ik gelukkig bar weinig van mee. Verhuizen was de beste keus die ik heb kunnen maken.

Een toerke doen…

“Wat leuk om jou te zien, wat doe jij hier!!” Roept iemand met een wax hoed op en dito jas aan. Een van de dames herkent de cowboy en gilt enthousiast dat we een toerke gaan doen. “Een toerke doen?” Herhaal ik schaapachtig. “Ja joh, dat is Brabants!” Zegt mijn andere buurvrouw lachend. Haha een rit van 20 km vind ik niet bepaald een toerke. Gezien mijn fysieke gesteldheid zou ik het eerder een uitdagende onderneming willen noemen. Gelukkig was ik niet de enige van het stel die zich afvroeg hoe we ons aan het einde van de rit zouden voelen.

De Terheijdense Paardendagen werden dit jaar op 9 en 10 april georganiseerd. Dit paardenevenement is in en om Terheijden een hele happening. Terheijden is voor mij een onbekende plaats, net als het evenement. Er was van alles te doen. Naast de lente fair, werden er ook (mini)marathonwedstrijden gereden. Kon je zelf een ritje op de kar maken. Waren er verschillende demonstraties en ook aan de aller kleinste was gedacht. De zondag stond in het teken van de recreatierit. Eerder dit jaar werd mij gevraagd of ik ook zin had om mee te doen. Een buitenrit door het bos, daar had ik wel oren naar.

Niet iedereen op stal heeft de beschikking over een trailer. Het was daarom even puzzelen welk paard bij wie in de trailer kon. Uiteindelijk was er een indeling en konden alle 8 paarden mee, om zoals gezegd een toerke te doen. Gelukkig waren ook de weergoden ons goed gezind. Het was namelijk een prachtige zonnige dag. Een dag die al heel vroeg, maar goed begon. De staleigenaresse had voor koffie met wat lekkers gezorgd. Op een nuchtere maag  komen we niet zo ver. Daarna werd Poownie nog snel even door de wasstraat gehaald voor hij naast zijn nieuwe vriendin in de trailer stapte.

Het was nog geen 10 km van stal. Toch had ik het gevoel dat we in een compleet ander deel van Bos, hei, ruiterpadNederland waren. Voor mensen die daar bekend zijn: we zaten op de Vrachelse heide. Nog nooit van gehoord en al helemaal niet bekend. Dit stukje bos is een verademing vergeleken bij de randstadruiterpaden die Poownie en ik gewend zijn. De geur van dennenbomen deed mij meevoeren naar zomerse avonden en uren wandelen door bos en over hei. Helaas waren wij niet de enige die genoten van het mooie weer. Hordes fietsers, wielrenners (ook fietsers maar dan een stuk vervelender) motorrijders en honden waren ook van de partij. Gelukkig gunden een hoop van deze recreanten elkaar de ruimte tijdens deze heerlijke dag.

Bos, hei, buitenrit

De route was redelijk goed aangegeven. Volg de pijltjes. Dat bracht hier en daar wat verwarring, waardoor het even duurde voor we onze lunchplek gevonden hadden. We werden al opgewacht met een kop soep, heerlijke broodjes en wat te drinken. Na 1.5 uur gereden te hebben was ik blij dat ik mijn benen kon strekken. De pauze van een half uur werd afgesloten met een groepsfoto waarna de laatste etappe kon beginnen. Onderweg hielden we nog eenmaal een pitstop voor een fruithap, aangeboden door de organisatie. Ergens misten we een pijltje waardoor km 18 en 19 overging in 21 en 22. Maar ach, het was mooi weer en kei gezellig.

Dit soort teambuildingsuitjes met de dames van stal moeten we vaker doen. Daar was iedereen het over eens. De spierpijn viel gelukkig reuze mee. En als klap op de vuurpijl stonden we de volgende dag ook nog in de krant!!Krant, foto, terheijden, paardendagen

Je hebt wel eens van die avonden…

Het is nog licht wanneer ik op stal aankom. Alleen dat gegeven maakt mij al vrolijk. Als ik dan ook nog eens de lege parkeerplaats zie, word ik nog vrolijker. Niet dat ik mijn stalgenootjes niet mag. In tegendeel. Met 20 paarden zou je denken dat het iedere avond een drukte van jewelste is. Niets is minder waar. Bij ons op stal wordt alles gedaan. En juist daarom heb je niet de “verplichting” om iedere dag naar stal te moeten. Mesten, voeren, buiten en binnen zetten. De stal eigenaresse doet alles voor ons. Wanneer je naar stal komt kun je direct alle tijd en aandacht aan je paard schenken. Eigenlijk had ik tien jaar terug al naar deze stal moeten verhuizen.

Voorheen vond ik al die stalklusjes geen enkel probleem. Nog steeds niet eigenlijk. Ik heb 18 jaar lang dagelijks gemest, het terrein geveegd, heen en weer gereden om de paarden te voeren of binnen te zetten.  Maar het went toch wel erg snel nu dit allemaal voor mij gedaan word en ik direct alle aandacht aan Poownie kan schenken. Het is de afgelopen weken erg druk geweest zowel thuis als op de zaak. Ik kan dan extra genieten van de uren die ik hier doorbreng. Helemaal wanneer er dus, zoals deze avond, niemand aanwezig is.

Alle paarden staan nog in de paddock. Een buitenspeelplaats met eet- en drinkgelegenheid. Mijn aanwezigheid word al snel opgemerkt en ik krijg een vrolijk gehinnik als welkom. Het werkt aanstekelijk want uit diverse hoeken hoor ik nog meer gehinnik gevolgd door hoefgetrappel. De paarden zijn gewend om begin van de avond terug naar stal te mogen.  Ze denken dat ik ze kom halen en ik moet ze één voor één teleurstellen.

Poownie is behoorlijk in de rui. Dat betekend veel en overmatig verharen. Voor ik het weet zit ik er helemaal onder. Het geeft een voldaan gevoel wanneer hij weer schoon is. Jammer genoeg vind je de haren een jaar later nog in de voering van je jas terug. Er is ruim drie kwartier verstreken met tutten en poetsen. Tijd om Poownie te zadelen. We hebben verlichting in de rijbak, dus kunnen ook in de avonduren een rondje hobbelen. Dat hadden we al heel de week niet gedaan. Mijn vrees voor een paar flinke bokkensprongen was onterecht. Poownie liep de sterren van de hemel. Hij had er ook zin in vandaag.

Nog steeds is er helemaal niemand op stal of het erf. Afgezien van de eigenaresse die even daarvoor alle paarden heeft binnen gezet. Het enige dat ik hoor zijn wat fluitende vogeltjes en de takken van de bomen die ruisen op het beetje wind dat er staat. Het is zo vredig en stil. Heerlijk! Ik hoor de kerkklok van het dorpje even verderop en weet dat we inmiddels een half uur aan het rijden zijn. We stappen nog een paar rondjes voor we teruggaan naar stal. Voor Poownie met zijn neus de voerbak induikt laat ik hem eerst nog even lekker rollen in het zand. Een groter plezier, naast grazen en eten, kan ik hem daar niet mee doen. Om wat tijd te rekken haal ik nog even een borstel over hem heen. Zo kan ik nog even genieten van de serene rust terwijl de paarden staan te knagen op hun hooi. Je hebt wel eens van die avonden die vaker terug mogen komen. Dit was er zo een.

paard, rijden, rijbak, selfie