Geweldige week…

Ze zijn nog geen twee minuten open of ik sta al binnen. Terwijl mijn neusharen bij iedere ademhaling lijken te verschroeien, ontspand mijn lichaam zich meer en meer. Wat een zaligheid om op deze manier de dag af te sluiten. Hoewel afsluiten niet het goede woord is. Want we moeten nog eten en daarna hebben we nog een hele avond. Ik heb dus nog even. Er is verder niemand in de sauna aanwezig. Ik heb het hele zweterig houten hok voor mij alleen. Ongestoord laat ik mij door de warmte meenemen naar de afgelopen dagen.  

Wat een zalige week was het. We hebben alle weer type’s voorbij zien komen. Regen, mist, sneeuw en gelukkig ook blauwe lucht en zon. Uiteraard was ik weer veel te warm gekleed. Het woordje winter in onze wintersportweek doet geen eer aan waar wintersport normaal voor staat. Het woordje sport daarentegen wel. Want hoe later op de dag we kwamen hoe meer we moesten werken om überhaupt beneden te komen. Hele delen van de piste waren in korte tijd veranderd in een heuvelachtig landschap. Geregeld had ik het gevoel aan het wakeboarden te zijn in plaats van aan het snowboarden. 

En toch he, ik val in herhaling als ik zeg dat ik deze vakantie weer wat grenzen verlegd heb! Ondanks de niet zulke goede sneeuw- en weercondities is het ook dit jaar weer gelukt. Dit was by far de beste snowboard week voor mij ooit!! De twijfel die ik aan de start van mijn aller eerste afdaling van deze week had, want totaal geen voorbereidingen getroffen, was zo vet ongegrond dat ik er nu eigenlijk een beetje om moet lachen. 

Oké mijn leercurve staat, vergeleken bij zoonlief, in standje slak. Ik leer wel, maar niet zo snel. Snowboarden doe ik maar 1 keer per jaar een weekje. En toch gaat ie ieder jaar ietsjes omhoog. Dat, en alles er omheen uiteraard, maakt het snowboarden nog leuker. Want ieder jaar leer ik iets, verleg ik grenzen of lukt iets wat voorgaande keren niet ging. Daar teer ik de hele vakantie op en zelfs de eerste paar maanden na de vakantie. 

Dus toen ik deze week mn board onder bond en als een razende Roeland de berg af sjeesde zonder de controle te verliezen was niet alleen ikzelf verbaasd. Ook de rest stond er van te kijken. Het leek wel of een jaartje “rust” mijn lichaam had goed gedaan. Ondanks de slechte condities van de piste heb ik heel de week zalig geboard. Kun je nagaan hoe het zou gaan als we de perfecte condities hebben…

Het was weer een week vol pret. Waarin we te veel hebben gegeten en gedronken, te weinig hebben geslapen en dubbel zoveel lol hebben gehad. Een week met niet alleen spierpijn in mijn benen maar ook in mijn buik van al het lachen. We hebben samen geboard, geskied, geshopt, gewandeld, gegeten, herinneringen opgehaald en herinneringen gemaakt, een sauna en een drankje gepakt en spelletjes gespeeld. Een week van onbezorgd plezier maken met elkaar. 

Na 25 minuten is er een einde gekomen aan mijn sauna sessie. Het is tijd om te gaan douchen en de koffers te gaan pakken. Morgen begint de reis naar huis. Ik kijk nu al uit naar volgend jaar.

Pilates…

Ik heb nooit kunnen weten dat ik yoga zo ontzettend fijn zou gaan vinden. Na een paar weken begonnen de oefeningen hun vruchten af te werpen. Mijn rugpijn werd minder. Mijn lichaam werd losser maar ook steviger. Na een paar maanden zelfs wat leniger. Steeds meer voel ik de connectie met mijn hele lichaam in plaats van losse lichaamsdelen. Zoals ik hier al schreef: “Namaste”  start ik vaak in de ochtend. Dit zijn stiekem de fijnste sessies.  

Yoga en Pilates worden geregeld in een adem genoemd. Hoewel sommige houdingen overeenkomen is er een verschil. De intensiteit van de oefeningen bij Pilates ligt hoger. Het is meer gericht op het trainen van de spieren. Nieuwsgierig geworden naar oefeningen zocht ik, net als bij mijn yogalessen, op youtube naar een fijne Pilates les. 

De filmpjes worden stuk voor stuk door afgrijselijk lenige mensen gegeven. Je zou er bijna een complex van krijgen. Van “Adrian” heb ik geleerd dat het niet de houding zelf is maar dat het effect van de houding op je lichaam vele malen belangrijker is. Dat het dus niet overeenkomt met het perfecte plaatje is geen probleem. De lenigheid komt vanzelf, mits je lang genoeg volhoudt natuurlijk. 

Ik vind iemand die net als Adrian uitlegt wat ze doet, hoe ze het doet, waarom, waarmee en op welke wijze. Ik wil nu immers graag weten waarom ik doe wat ik doe. En start, in plaats van mijn yoga les, een full body workout beginnersles Pilates. Uit veiligheid kies ik voor een half uur in plaats van een uur. Met de gedachte dat Pilates net zoiets is als yoga kom ik al snel bedrogen uit. Zelfde houdingen, beheersbare en gecontroleerde bewegingen. Maar dan… 

Oké, de aanvang is praktisch het zelfde. Na 1 minuut merk ik de verandering al. De warming-up is nl intensiever. Gelukkig zegt ze bij iedere oefening ook wanneer ik in- en uit moet ademen. Want dat doe ik prompt verkeerd om. Als ik al ademhaal, want de choreografie van de verschillende houdingen heb ik niet direct door.

Geen downward facing dog of childpose na de eerste twee verschillende buikspieroefeningen. Nee, we gaan door naar een derde en vierde ronde met een iets andere pose en houding. Tussendoor zegt ze nog wel dat ik alles op mijn eigen tempo moet doen. Gelukkig maar want mijn buispieren staan ondertussen in de fik. Er volgt een pauze van nog geen 30 seconden met wat rekwerk en daarna door naar buikspieroefening vijf. 

Na tien minuten ben ik al kei kapot maar de buikspieren zijn nu in ieder geval goed opgewarmd. Voor de komende 3 weken!! Nu komen de billen, benen en heupen. “Nog acht” Roept ze. Na die acht wordt er een oefening aan vastgeplakt met acht herhalingen. Daarna nog één. Dit herhaalt zich een stuk of acht keer. Ik weiger op te geven. Trillend van de inspanning plof ik neer. Maar dan hoor ik dat ook de andere kant van mijn lichaam nog moet!! Waar ben ik aan begonnen?!

De hele volgende dag wordt ik herinnerd aan mijn 30 (thank god geen 60) minuten Pilates. Spierpijn!! Maar het is de beste spierpijn die ik in tijden heb gevoeld. Inmiddels combineer ik beide want Pilates en yoga gaan prima hand in hand. Ik hoop over een tijdje niet alleen leniger, maar ook wat gespierder door het leven te gaan.

Obstacle run…

In mijn ene hand heb ik een zak hooi van rond de 12 kg en in mijn andere een verrekte splinter. Die er ingeboord werd toen ik de laatste pluk hooi in de zak propte. De hooibaal, die om logistieke reden heel onlogisch is geplaatst, is alleen via een kleine hindernisbaan te bereiken. Om er bij te kunnen heb ik mij tussen twee andere balen in laten zakken. Hoe ik weer naar boven moet komen vraag ik mij nu dus af. Met wiebelige benen probeer ik mijn evenwicht te hervinden. 

Deze hooibalen zijn normaal zo stevig als een huis. Maar wanneer de touwtjes allemaal doorgesneden zijn en het ook nog eens die baal is waar ik overheen moet om aan het begin te komen dan kan dat best een uitdaging zijn. Na wat klim- en klauterwerk, een vloek links en een uitglijder rechts, lukt het mij om één zak, gevuld en al, mee het hok uit te slepen. Met het zweet op mijn voorhoofd duik ik het hok weer in. Er moeten nog twee zakken gevuld. Vanuit de paddock klinkt er gehinnik. Volgens sommige duurt het te lang….

Ken je die puinruim zakken, van die bigbags? Dat zijn onze hooizakken. Oké ze zijn iets kleiner, maar nog steeds flink aan de maat. Ik sleep zo’n zak achter mij aan en ga vol goede moed de hindernisbaan weer over. Onder het zeil door, op het krukje via de kleine baal, over een grote baal naar de achterkant van het hok. Ik laat mij vakkundig tussen de balen naar beneden glijden en vul opnieuw een zak. Ik zet mijn hand boven op de baal. Wanneer ik afzet zak ik met diezelfde hand tot aan mijn oksel tussen de inmiddels losliggende plakken hooi van diezelfde baal. Mijn goed gevulde hooizak, die ik al bovenop de baal had gekregen, raakt uit balans en dondert over mij heen het “ravijn” in. De hele zakken-vul-exercitie begin van vooraf aan. Uiteindelijk kom ik al hijgend, proestend en met het zweet tot in mijn bilnaad uit dat vervloekte hooihok. Aan iedere hand sleep ik een gevulde zak mee. En die verrekte splinter! 

Ik gooi een zak in de kruiwagen en sjok door de paddock naar achteren. Halverwege wordt mijn pad geblokkeerd door een skippybal van de paarden. Wat the f*ck? Het lijkt hier wel een obstacle run. Achter mij hoor ik hoefgetrappel en als ik mij omdraai staan er 5 pony’s vragend te kijken waarom het wederom zo lang moet duren… Hoewel ik niet met een stopwatch heb staan klokken heb ik er wel beduidend langer over gedaan. Ik slalom mijn kruiwagen om de bal, de mesthopen er achter en de kuil die een van de knollen uitgerekend hier heeft staan graven. Nog voor ik de kans krijg de zak te legen in de daarvoor bestemde ruif wordt er al aangevallen alsof ze dagen niks gevroten hebben. De hongerlappen. 

Echt kei-verrot, neusgaten vol met stof en compleet bezweet neem ik afscheid van mijn veelvraten en keer huiswaarts. Als er nog mensen moeten trainen voor één of andere hardloop, obstacle run of mudmasters gedoe?? Kom dan alsjeblieft mijn voerdienst overnemen. Wedden dat je in no-time een topconditie hebt?! De stoflongen en broekzakken gevuld met hooi en stro krijg je dan van mij. Geheel gratis!!

Sprookjesachtig mooi…

Het heeft heel de avond en nacht gesneeuwd. En niet die lullige kleine witte vlokjes die smelten zodra ze de grond raken. De vlokken die in Nederland meestal naar beneden vallen. Nee, dit is het echte werk. De sneeuw heeft zich als een dikke zachte deken over het hele landschap gedrapeerd. Als er in het dal al zoveel is gevallen, hoeveel zou er dan op de berg terecht zijn gekomen? Dat is de eerste gedachte die in mij opkomt als ik vanuit mijn slaapkamer naar buiten kijk. Ik kan mij bijna niet inhouden en voel mij als een kind dat op schoolreisje gaat. Uitgelaten en enthousiast. 

Maar eerst gaan we met de hele groep ontbijten. Het is half 8 als we aanschuiven in het restaurant en ons te goed doen aan al het lekkers. Ik eet veel te veel maar houd mijzelf voor dat het een actieve dag gaat worden. Zonder brandstof wordt het niks! Nog geen uur later staan we allemaal buiten, gehuld in onze warme sportieve kleding. Op naar de skilift voor onze eerste afdaling. 

Onderaan de lift nemen we afscheid van de twee tantes, die zichzelf vermaken in het dorp. Er volgt nog een groepsfoto en daarna gaan we naar boven. Het weer is wisselvallig. Zo nu en dan sneeuwt het. Dit houd eigenlijk heel de dag aan. Het maakt de winterse gedachte wel helemaal af. Het is heerlijk om het board weer aan mijn voeten te voelen. Hoewel het zicht af en toe wat lastiger wordt. Her en der boarden we namelijk letterlijk tussen de wolken door. De tweede dag is een lichte kopie van de eerste. Maar de zon laat zich nu wel af en toe zien. Een mooi voorbode voor de 3e dag. 

Die breekt sneller aan dan ik wil. Onderweg naar boven vergaap ik mij aan het mooie uitzicht. De zon zet alles, zoals altijd, in een ander perspectief. Boven is totaal niet te vergelijken met beneden. De sneeuw van de voorgaande nacht heeft alles bedekt en het heeft een dempend effect. Alles lijkt zachter en mooier. We zijn vroeg boven en zo’n beetje de eerste. De heren kiezen voor het stijle stuk maar dat sla ik graag over. Ik besluit het bospad te nemen. Aan het einde van de route komen beide stukken weer samen. Zodra ik de bocht om ben, ben ik helemaal alleen. 

Het enige geluid dat ik hoor is de knerpende sneeuw onder mijn board. Het liefst zou ik hier stil gaan staan om alles extra in mij op te nemen. Het is werkelijk prachtig. Het besneeuwde landschap strekt zich voor mij uit. De paden voor mij zijn nog onaangeroerd en de bomen zijn gehuld in een mooie witte deken. Kennen jullie het sprookje Narnia? Waarbij Lucy via de achterkant van een kledingkast in een ander land terecht komt? Zo voel ik mij ook. Dit is een compleet andere wereld. Magisch en betoverend.

Gelukkig mag ik hier nog een paar dagen vertoeven. Want de rest van de week, op de laatste dag na, is nog even magisch als die eerste dagen. De temperatuur loopt langzaam op maar de bomen zijn tot zeker dag 5 mooi wit en de bospaden goed begaanbaar. Dus neem ik iedere afdaling nog eens en nog eens en nog eens. Het is hier sprookjesachtig mooi!

Wel of niet …

“We weten nog niet of we meegaan…” of “We kijken wel of we nog kunnen boeken…”  of “Misschien, we weten het nog niet zeker…”. Allemaal antwoorden waar ik geen ruk mee kon. Maar die mij wel steeds de hoop gaven dat het geen definitief NEE was. Iedere keer als we elkaar zagen of spraken vroeg ik er naar. Iedere keer kreeg ik van mijn oom en tante het zelfde antwoord. “Geen idee, we zien wel, misschien…”

We gaan al jaren met elkaar op vakantie en de groep is gewoon niet compleet als niet iedereen er bij is. Op het laatste feestje dat we hadden zei mijn neefje spontaan dat ie ging kijken of het hem ging lukken vrij te nemen. Want tja, zo’n wintersportweek is toch wel heel tof! Maar van mijn oom en tante kreeg ik alleen een vaag antwoord zoals hierboven al omschreven.

Na die week bleef iedere vorm van communicatie uit. Ik dacht nog dat ie het misschien gezegd had in een dronken- of sentimentele bui. Of omdat ie mijn gezeik zat was, dat zou natuurlijk ook nog kunnen. Ik hield op met zeuren en legde mij er bij neer dat dit een jaar zou worden met het kleinste groepje wintersporters ooit. Want zoonlief ging ook al niet mee.

Dit mocht de pret niet drukken en met de overblijvers bespraken we al wat we zouden gaan doen. Lekker boarden en skiën. Misschien zelfs een dagje naar een ander skigebied. Een middag met tante op stap die niet skiet. En uiteraard een paar keer relaxen in de sauna. Maar eerst moesten we nog op de plaats van bestemming zien aan te komen. 

De reis naar Oostenrijk, die rond 22.00 uur van start ging, verliep heel voorspoedig. Het was super rustig onderweg. De voorspelde regen en sneeuw bleef gelukkig grotendeels uit en er waren ook geen al te grote wegwerkzaamheden. Dit hebben we wel eens anders meegemaakt. Waar we ons wel de tandjes van schrokken was de hoge benzineprijs langs de weg. Na één keer tanken besloten we daarna alleen nog in de dorpjes naast de snelweg te gaan tanken.

Veel vroeger dan anders kwamen we op onze vaste vakantiestek aan. Neef en nichtje waren reeds gearriveerd en stonden vanuit de lobby naar ons te zwaaien. Iet wat stijf liepen we het hotel in. En daar stond Neefje-die-mee-zou-gaan-maar-niks-meer-liet-horen midden in de hal. “Surprise!!” Riep hij keihard. Voor ik het wist hing ik om zijn nek en kneep hem bijna fijn. Super tof!! Ik kon er maar niet over uit dat het hem gelukt was. De stinkerd had ons niks verteld.

Inmiddels waren we allemaal gearriveerd. Net toen we het ons in de lobby gemakkelijk wilden maken in afwachting van de sleutel van de kamer, stond ons nog een verrassing te wachten. Oom en tante kwamen tevoorschijn. “Surprise!!!” Werd er weer geroepen. Nu kon ik mij niet meer inhouden. Ik vloog ze beide om de hals en moest er zelfs een traan van blijdschap van laten. Al die tijd wisten ze al dat ze mee zouden gaan maar vonden het te leuk om ons voor de gek te houden. Ze moesten wel ruim voor ons aanwezig zijn zodat ze ons konden verrassen. En dat is meer dan gelukt!!

Namasté…

Als de pijn in mijn rug weg is moeten zaken echt anders!! Besloot ik toen ik languit op bed lag zonder ook maar een vin te kunnen verroeren want PIJN… “Hier” lees je wat ik bedoel. Na mijn vakantie ging het gelukkig alweer de goede kant op. Toen ik eenmaal zonder pijn op de grond kon zitten en weer kon opstaan was het tijd om daad bij het woord te voegen. 

Niet alleen meer in beweging komen maar ook veel meer rekken en strekken zou mijn lichaam goed doen. “De sportschool” liet ik wijselijk links liggen. Hoe graag ik ook aan mijn conditie wilde werken, eerst maar eens wat aandacht naar mijn onderrug. Internet staat vol met oefeningen en er zijn ook de nodige apps op de markt gebracht. Ik zocht het een en ander uit en ging die week nog aan de slag. 

Uiteindelijk blijkt het voor mij toch lastig om via een app te sporten. Steeds maar weer naar mijn telefoon kijken of ik iets goed doe werkt niet bepaald motiverend. Voor een heel hoop andere apps moet ik betalen. Daar zou ik dan nog niet zo veel moeite mee hebben als de kleine lettertjes, zoals bijvoorbeeld het opzeggen van zo’n abonnement, niet zo vaag zouden zijn.

Mijn zoektocht gaat verder op youtube. Daar kom ik, na een aantal kanalen doorgespit te hebben, uit bij een Amerikaanse die yogales geeft. Ze heeft voor 10 jaar aan materiaal op internet staan en ook een hele mooi yoga beginners lijn. Niet geheel onbelangrijk ze heeft ook een hele reeks met yoga voor de rug. Ik word helemaal enthousiast bij het zien van deze filmpjes. Met mijn soort van beperkte lichaam kan ik hier toch mee uit de voeten. 

Ik prop mijn oortjes in en laat mij door haar leiden. Ze legt heel goed uit wat ik moet doen en welke lichaamsdelen ik zou moeten voelen, of juist zou moeten ontspannen of aanspannen. Poses hoeven niet altijd mega correct uitgevoerd te worden, zolang ze doen wat ze moeten doen is het goed. Als iets niet lukt of kan, komt ze met vervangende poses en ook voor mensen met een (nog) niet zo’n lenig lichaam is het goed te doen.

Alles gaat heel beheerst en rustig. Controle is het sleutelwoord. Evenals aanvoelen wat het lichaam nodig heeft. Wist ik veel dat er een nieuwe verslaving op de loer zou liggen. Inmiddels zijn we ruim zes maanden verder en sta ik dagelijks op mijn yogamat. 

Een aantal keer per week start ik mijn dag met yoga. Die vind ik stiekem de fijnste. Het is zo lekker om na een paar uur slapen al rekkend en strekkend aan een nieuwe dag te beginnen. Je bloed te voelen circuleren en je spieren op te warmen. Mijn ademhaling die dieper en ruimer wordt, de bewustwording van elke vezel in mijn lijf. En dan het gevoel na een sessie, alsof mijn lichaam weer voorzien is van een nieuw soort brandstof. Soms voelt het zelfs alsof ik bij de masseur vandaan komt. Heerlijk!

Nee, snel is anders en ik raak ook niet mega bezweet. Toch voel ik na sommige sessies spieren waarvan ik het bestaan niet wist. Het fijne is dat ik yoga overal en op ieder tijdstip kan doen. Uiteindelijk vaart niet alleen mijn onderrug er wel bij…

Nog één te gaan…

Nu Poownie op de wei staat heb ik eindelijk weer wat meer rust. Voeg daar twee weken “vakantie” aan toe om bij te tanken en opeens heb je weer tijd om je andere hobby’s op te pakken. Het fotograferen bijvoorbeeld. Dit lag al stil sinds we terugkwamen van de wintersport. Ik had gewoonweg te veel op mijn bordje liggen dat ik moest gaan kiezen waar ik mijn tijd aan wilde, of in sommige gevallen moest, besteden. 

De competitie bij FC Dordrecht was reeds afgelopen en er stonden geen thuiswedstrijden of toernooien meer gepland. Maar zoonlief had nog wel wat in het verschiet. Met zijn eigen team en hij mocht aansluiten bij de selectie van het eerste om daar de laatste wedstrijden mee te draaien. Als klap op de voorpijl startte hij ook nog eens in de basis. Waardoor het voor mij extra leuk werd om platen te schieten.

In tegenstelling tot de Boys op het veld was ik niet helemaal in vorm. En dan met name de snelheid tijdens het spel. Dit keer had ik met mijn hand/oog/camera coördinatie maar 1 wedstrijd nodig om weer een beetje het ritme te vinden.

Het is zaterdag met lekker weer en er wordt gespeeld bij Zwarte Pijl in Rotterdam op echt gras. Daar wordt ik, met veel zon, erg blij van. Kunstgras en zinderende zonnehitte gaan meestal niet zo fijn samen. Door de luchtspiegeling boven het veld heb ik de grootste moeite om mijn platen mooi scherp te krijgen. Zeker wanneer de stuiterende, springende en sliding acties meer dan een paar meter van mij vandaag gemaakt worden. Maar daar zou ik nu niet zo heel veel last van hebben. 

Ik zoek mijn hoekje op het veld op en heb mij nog niet geïnstalleerd of de spelers komen het veld al opgelopen. Dit is alweer de laatste competitiewedstrijd van het seizoen. Beide teams hebben niet heel veel meer te verliezen behalve hun eer. Er hoeft niet gestreden te worden om de eerste plek en ’s Gravendeel moet toch al op voor een nacompetitie. Maar zich zomaar gewonnen geven doen beide niet.

Het eerste doelpunt dat valt is voor ’s Gravendeel. Zwarte Pijl laat het er niet bij zitten en komt in actie. Voor de rust is het 1-1. De tweede helft zou het er om gaan spannen. Het aftasten is nu voorbij en beide teams weten wat voor vlees ze in de “kuip” hebben. Het is ’s Gravendeel die uiteindelijk binnen tien minuten tijd nog drie ballen in het doel van de tegenstander weet te krijgen.

De boys vieren hun 1-4 overwinnen met muziek en een kratje bier. Zelf bezoeken we de kantine waar overheerlijke broodjes Pom en Javaanse bami te krijgen is. Met de punten op het scorebord, een volle buik en toffe platen keren we huiswaarts. Team ’s Gravendeel heeft weer wat positieve vibes voor hun nacompetitie. Hopelijk brengen ze het er net zo goed vanaf als deze wedstrijd in Rotterdam. 

© Foto Hamar

Back on track…

Terwijl de “echte” fotografen hier en daar nog een wedstrijd en training konden meepakken in de corona tijd vorig jaar, lag het werk voor mij als “hobby” fotograaf compleet stil. Af en toe ben ik er wel op uitgetrokken met mijn camera maar dat is toch anders. En ook nu merkte ik dus dat rust roest….

Het duurden toch wel even voor ik mijn draai langs het voetbalveld gevonden had. Ik schoot matige foto’s. Waar de actie scherp op de plaat moest zat ik er geregeld naast. Dus scherp op de verkeerde plaatsen in de foto. Of gewoon helemaal blur. Spelers maar half op de foto. Of gewoon niet… Wel de actie maar niet de bal. Of wel de bal maar geen speler. Om gek van te worden. Het leek wel of ik de snelheid niet meer bij kon benen. Alsof mijn vingers, die normaal de knoppen blindelings weten te vinden nu niet wisten wat ze moesten doen. 

Daarom was ik erg blij met de oefenwedstrijden die aan het begin van het seizoen in de planning stonden. Op deze manier had ik wat respijt en kon ik, net als de boys, ook een beetje in shape komen voor een nieuw voetbaljaar. Helaas moest ik daarbij wel een aantal spelers teleurstellen. Want ik schoot minder(e) platen dan anders. 

Ik besloot mijn plek naast het veld even om te ruilen naar achter het veld. Het voordeel van deze kant is dat je de spelers op je af ziet komen. Het maakt het voorspellen van de actie wat makkelijker en het volgen van de speler en bal ook. Hiermee nam ik voor mijzelf een aantal hindernissen weg. Een nadeel van deze zijde is de korte afstand tot het doel en de keeper. De capriolen die door de keeper uitgevoerd worden kunnen hierdoor niet altijd goed worden vast gelegd. 

First things first. Terug naar de basis. Wennen aan de snelheid en de actie’s op het veld. Dan weer werken aan toffe plaatjes van de keepers. Het duurde voor mij een wedstrijd of drie toen ik het weer een beetje in de vingers voelde terugkomen. Bij de vierde en vijfde wedstrijd zat ik zelfs weer helemaal in mijn eigen bubbel. En nu kijk ik de hele week reikhalzend uit naar zaterdag.

Na een paar weken durfde ik het weer aan om de achterlijn los te laten en voorzichtig wat naar voren te schuiven. Met een lens van 300 mm is mijn bereik hier en daar wat beperkt. Maar vanaf de zijlijn lukt het aardig om de acties op het middenveld redelijk vast te leggen. En de spelers weten het ook. Nog voor ik thuis ben heb ik de eerste berichtjes alweer ontvangen: “wanneer staan de foto’s online?” 

Het verbaasde mij dat ik dit zo vreselijk gemist had. Iemand die nooit iets van voetbal moest hebben, zegt nu dat ze het voetballen gemist heeft. Hoewel, het spelletje zelf niet echt. Meer de acties op het veld. De spelers. Hun enthousiasme en gedrevenheid wanneer ze zich vol overgave storten op de bal, het doel of hun tegenspeler. Die energie en chemie samen maken mijn foto’s. 

Met dank aan FC Dordrecht Jeugdopleiding…

Early bird…

Eigenlijk stond hij voor in mijn vakantie gepland. Net als een hoop andere nog-te-doen-bezigheden. Misschien dat het er daarom niet helemaal van gekomen is. Dat, en uiteraard mijn lekkere bed. Want hoewel ik al enige tijd mijn wekker ook op vrije dagen vroeg zet, is het wel verleidelijk om deze iets later te zetten dan op een werkdag. Maar omdat ik mij herinnerde dat ik een paar jaar terug zo genoten heb van mijn ochtend hardloopsessies, offerde ik mijn enige vrije dag van die week hiervoor op. 

Nou ja, opofferen? Ik deed het graag. Toen mijn wekker om 04.45 uur (in de ochtend!!) afging sprong ik figuurlijk gezien want letterlijk ging het iets langzamer, mijn bed uit. Mijn spullen had ik de dag ervoor al klaar gezet. Ik hoefde alleen mijn ontbijt nog maar te smeren. Griste nog snel een fles water uit de koelkast en ik kon op pad.

De klok tikt 05.30 uur aan als ik bij het water aan kom. Geen mens, geen hond, niemand. Ik hoor alleen de vogels. Niet veel later is het toch echt even gedaan met de rust. Ik ben mijn SUP aan het oppompen en dat gaat niet geheel geruisloos. Er staan gelukkig geen huizen in de directe omgeving. Uit voorzorg sta ik toch achter mijn auto zodat het geluid tot een minimum beperkt wordt. We willen geen overlast op dit tijdstip.

Het is 05.45 als ik met SUP en al het water in glij. Ik paddel naar het midden en houd dan stil. Het is alsof alles nog in diepe rust verkeerd. Op de vogels na, die kwetteren en fluiten nu om het hardst. Maar verder is het echt helemaal stil. Er staat geen stroming en er staat geen wind. De zon is al even wakker en slaat mij vanaf de horizon gade. Ze begeleid mij op mijn eenzame tocht over het water. 

Toen ik nog wekelijks aan hardlopen deed kon ik ook zo genieten van de vroege ochtenden. Er is geen enkel moment binnen de 24 uur die zo vredig en kalm aanvoelt als het ontwaken van de dag. Ik voel een innerlijke rust en daarmee een blijdschap over mij heen komen. Konden de dagen allemaal maar zo zijn. Wat een zalig gevoel is dit.

Er hangt hier en daar nog een flard mist over het water. Voor het mooie ben ik eigenlijk nog een half uur te laat. Dan had er meer nevel gehangen en had het wisselen van de nacht in de dag extra magisch geweest. Maar het beeld dat ik nu voor ogen heb is ook niet verkeerd. Ik besluit om te keren en nog een stuk met de opkomende zon in de rug de andere kant op te paddelen. 

Het laatste stuk is een lus en als ik hem helemaal uit zou varen heb ik er twee km extra opzitten. Halverwege besluit ik flink aan te zetten tot ik terug ben op mijn startpunt. Met SUPPEN gebruik je al je spieren dus heb ik direct een aardige work-out achter de rug. Als ik mijn SUP uit het water haal ben ik ruim een uur verder en staat er 5.5 kilometer ochtendgymnastiek op de teller. 

Een heerlijke start van mijn dag. 

RIB…

De vaste lezer weet dat ik het afgelopen jaar veel plezier heb gehad aan mijn Stand Up Paddleboard (SUP). Ik heb dan ook aardig wat uren op het water besteed. Vriendlief, die eerder had aangegeven dat SUPPen maar iets raars was, ging uiteindelijk toch overstag. Want na mijn eerste tocht alleen, waarbij hij vanaf de kade toe moest kijken en enkel foto’s kon maken, wilde hij eigenlijk ook wel mee. Niet op een SUP uiteraard. 

De week erop gingen we samen op pad. Hij in zijn kano en ik op mijn SUP. Helaas gooide een terugkerende schouderblessure roet in het eten. Een kwartier paddelen stond garant voor een week last en ongemak. Dat ging hem niet worden. De oplossing dacht hij gevonden te hebben in een rubberboot. Opblaasbaar en wanneer niet in gebruik opgeruimd in de kast. Maar zo relaxt als ik mijn SUP vaarklaar maak, zo frustrerend was het om die boot in elkaar te zetten. Het oppompen was één ding, maar de losse bodemdelen erin krijgen was een ander verhaal. De boot ging terug naar de winkel, die toegaf er zelf ook problemen mee te ondervinden….

Via via kwam hij aan een RIB. Niet helemaal inflatable zoals mijn SUP want hij heeft een vast bodemgedeelte. Maar wel een zitje met opbergplek. Opvouwen en in de kast is er dus niet bij. Er kwam dan ook een trailer aan te pas. En een stallingsplek want in de tuin ging hij niet passen. Tja, je moet er wat voor over hebben om mee het water op te kunnen. 

Dat we nog heel wat te leren hadden merkten we de eerste keer dat we gingen varen. Ik was als de dood dat de auto te ver de helling af zou rijden. De remmen het begaven of de boot de trailer niet af (of niet meer op) zou willen. We hebben wel even staan pielen hoe we een en ander netjes, beheerst en zonder schelden voor elkaar kregen. Maar eenmaal in het water was het reuze gezellig. 

Dat smaakte naar meer. We zochten naar locaties waar je eenvoudig met de boot het water in kon. Hier in de buurt zijn een aantal plekken waar je gratis gebruik mag maken van de helling. Voor de betere en mooiere locaties moet je uiteraard betalen. Wanneer de boot dan eenmaal lag, blies ik mijn SUP op. De boot werd voorzien van allerhande versnaperingen en warme kleding. Want daar was nu toch plek voor en zo hoefde ik mijn SUP niet vol te bepakken. En off we go. 

Een ander bijkomend voordeel was dat ik op deze manier veel verder kon paddelen dan wanneer ik alleen zou gaan. Als ik moe werd of de wind draaide kreeg ik van mijn eigen “bezemboot” een sleepje terug naar de haven. Samen hebben we heel wat avonden op het water doorgebracht. We bezochten geregeld onze eigen “achtertuin” maar we gingen ook naar Kinderdijk. Waar op dat moment verder niemand op het water te vinden was. Ook stond er een langere tocht op de Giessen gepland. Maar zoals je hier kunt lezen maakte ik een fout door een sluis over het hoofd te zien. 

Mochten we deze winter niks te doen hebben dan gaan we opzoek naar hellingen waar we in het nieuwe jaar gebruik van kunnen maken. Want samen is het gewoon veel gezelliger.

 

SUPPEN langs de molens van Kinderdijk