De kracht van kou…

Een stukje verder dan waar wij vakantie vieren ligt Erpfendorf. Drie huizen, een kerk en een mesthoop. Meer is het niet. Wanneer je de hoofdstraat binnen rijd is het alsof je terug gaat in de tijd. Eenvoud en rust. Wat ze daar ook hebben is een Kneippanlage. Dat is een natuurlijke wellnessplek in de buitenlucht, gebaseerd op de inzichten van Sebastian Kneipp, een 19e-eeuwse priester en natuurgenezer. Hij ontdekte dat koud water een helende werking heeft en ontwikkelde een methode waarbij water, beweging, kruiden en balans in het dagelijks leven centraal staan. Wat ooit begon als een manier om zijn eigen gezondheid te herstellen, groeide uit tot een levensfilosofie die vandaag nog steeds miljoenen mensen inspireert.

De Kneippanlage ligt verstopt achter de charmante kerk St. Barbara. Zodra we daar het pad aflopen, stappen we in een kleine oase van rust. Er is een voetenbad gevuld met ijskoud bronwater, een blotevoetenpad vol verschillende structuren en geuren, en bankjes die uitnodigen om even stil te worden. De kruidentuin met munt, salie en tijm prikkelt mijn zintuigen terwijl ik stap voor stap verder ga. Alles om me heen ademt eenvoud en natuur: de bergen, de frisse lucht en het heldere water nodigen me uit om even helemaal te relaxen en los te laten.

We lopen om het bad heen en maken het ons gemakkelijk. In het park is verder helemaal niemand. En dat terwijl het hoogzomer is met een strakblauwe lucht en een graadje of 28. Dit is de ideale locatie om te relaxen en af te koelen te gelijk. Veel beter dan het overdrukke en volle zwembad met gillende en krijsende kinderen in het dorp. Hoewel je niet moet denken dat je even heerlijk kunt plonzen in het kneippbad. Want dat is nu juist net niet de bedoeling en wil je ook helemaal niet want te koud.

De bedoeling van kneippen is verrassend eenvoudig, maar juist daarin zit de kracht. Je stapt met blote voeten in koud bergwater en tilt je knieën hoog op, alsof je een ooievaar nadoet. Door de kou trekken je bloedvaten even samen en daarna verwijden ze zich weer. Dit stimuleert de doorbloeding, geeft je immuunsysteem een boost en laat spanning uit je lijf wegstromen. Zodra je het water uitstapt, voel je warmte en energie door je benen stromen. Het contrast van koud water en de (pijnlijke) prikkels van het blotevoetenpad maakt dat je lichaam wakker schud en je pijngrens wordt opgezocht, zich herpakt, alsof je een natuurlijke reset krijgt. (Maar eerst drie keer een error want &☠️*$☠️%$ koud!!)

We liggen nog geen 5 minuten of het park stroomt vol met wielrenners. Ze houden een korte pauze en een enkeling waagt zich in het koude water. Na een kwartier verdwijnen ze weer en laten ons in rust achter. Er blijft een oudere vrouw achter die rondje na rondje loopt. Dit heeft ze vaker gedaan. Ik kom in eerste instantie niet verder dan de eerste twee treden van het trappetje. 

Waarom het zo verfrissend is? Omdat het niet alleen lichamelijk werkt, maar ook mentaal. Het koude water maakt je direct wakker, haalt je uit je gedachten en brengt je helemaal in het moment. Je voelt (niks meer), je ademt, je ervaart (vreselijke kou). Het is alsof je lichaam en geest samen besluiten: we beginnen opnieuw. In de eenvoud van een paar stappen door het water ontdek ik telkens weer hoe de natuur de beste therapeut kan zijn. Had ik al gezegd dat het water koud was? 

Het einde van een tijdperk…

Het pand waar ik werkzaam ben, staat iets meer dan 2 km van mijn huis en beslaat vier verdiepingen. Ik heb op iedere verdieping en in elke hoek wel eens mijn bureau mogen neerzetten. Hoewel ik dit niet mijn tweede thuis zou noemen, voelde ik mij hier wel altijd thuis. Toen het nog geheel ons “eigendom” was en we er met 125 man in zaten. Maar ook toen, beetje bij beetje, andere divisies en afdelingen verplaatst werden naar Amsterdam, Maarssen en later naar Hilversum, en wij soms nog maar met twee man in het hele pand aan het werk waren.

Een jaar lang hebben wij als enige het gebouw bezet. We hadden een hele verdieping en de complete begane grond voor onszelf. Inmiddels wordt er niet altijd meer op kantoor gewerkt en hadden we een overschot aan ruimte. We gingen terug naar een kwart van het pand en zijn een bedrijfsverzamelgebouw geworden.

Met vijf bedrijven in één pand voelt niemand zich verantwoordelijk, de pandbeheerder al helemaal niet. Het gebouw is ronduit smerig, het onderhoud is achterstallig, en verloedering ligt op de loer. De klimaatbeheersing is al jaren een drama. Gezondheidsklachten na een dag werken nemen met rasse schreden toe. Geen goede reclame. Tijd om te verhuizen.

Iets dat mij toch wel een beetje aan het hart gaat. Voordat dit pand uit de grond getrokken werd, stond hier het bedrijf waar mijn vader jarenlang met veel plezier heeft gewerkt. Om het nog specialer te maken: mijn eerste werkplek bevond zich op exact dezelfde locatie als de ruimte waar mijn vader vroeger de orders aannam en verwerkte. Als ik naar buiten keek, zag ik dezelfde omgeving die mijn vader ook altijd gezien heeft. Soms, als ik door de krochten van ons pand liep, op zoek naar een doos briefpapier, rook ik een vlaag van de staal- en stoflucht die altijd om mijn vader heen hing als hij gewerkt had. Als ik dan mijn ogen dichtdeed, zag ik hem heel levendig voor me in zijn blauwe overall en veiligheidsschoenen.

Herinneringen zijn om te koesteren, maar wij moeten door. Dus besloot de baas dat we aan de overkant van het water, bij onze zusterorganisatie, konden intrekken. Plek zat, en van alle gemakken voorzien. Het afgelopen jaar is er meermaals geruimd: overbodige spullen werden van de hand gedaan. Hoe dichter we op de verhuisdatum kwamen, hoe leger ons kantoor werd. Uiteindelijk is zo’n beetje de hele inventaris via een opkoper opgehaald, en ons nieuwe kantoor werd van nieuwe meubels voorzien. De baas vond een verhuisservice wat overbodig. Zoveel is het niet meer, en als we allemaal effe de schouders eronder steken…

Nou, verrassing: het was wél veel. En heel vies. Kasten en tafels van hun plek halen die al honderd jaar niet verplaatst of schoongemaakt zijn… bah. We zijn met een groepje twee dagen bezig geweest. Met slepen, sjouwen, weggooien. Inpakken en weer uitpakken. Schoonmaken en poetsen. Ik was kapot. En nog steeds staat niet alles op zijn plek of is even schoon.

Maar eerlijk is eerlijk: de nieuwe werkplek voelt fijn aan. Het is een lichte omgeving, met airco die het doet. We hebben een receptie, kantine, vaatwasser en een binnentuin. Het is een plek waar je ook zonder schaamte klanten kunt ontvangen. Einde van de maand geef ik de sleutels terug. Een klein gebaar, maar met grote betekenis: na bijna 18 jaar sluit ik hiermee een bijzondere tijd af op deze locatie.

Boven alles, sedum…

Jarenlang heb ik erover gezeurd. Niet één keer, niet twee keer, maar ontelbare keren. Ik wilde een sedumdak. Waarom? Omdat het mooi is. Omdat het slim is. Omdat ik er gewoon heel blij van word. Vriendlief? Die vond het maar niks. Wat moet je daar nu mee? Maar na al die tijd was hij blijkbaar klaar met mijn enthousiaste pleidooien. Dus… hier zitten we dan. Met ons eigen sedumdak.

Oorspronkelijk was het plan om dit groene wonder op de schuur te plaatsen. Tot we ons realiseerden dat we eigenlijk geen idee hadden of de schuur dat überhaupt zou overleven. En een schuurdak dat instort onder het gewicht van mijn duurzame project leek mij nou niet bepaald de bedoelde vorm van ecologische vooruitgang. Dus toen de aanbouw een nieuwe dakbedekking nodig had, greep ik mijn kans: dát werd de plek voor mijn groene oase.

We hebben het laten aanleggen door een bedrijf. Niet per se omdat we het zelf niet konden, maar meer omdat het idee van een vakman ons een gerust gevoel gaf. Achteraf? Hadden we het prima zelf kunnen doen. Maar goed, sommige dingen wil je gewoon graag goed geregeld hebben, en nu ligt het er strak bij. Nou ja strak? Het kan een paar maanden duren voor het helemaal is opgevuld en je de naden en randen niet meer zo duidelijk ziet. 

Het begin is er en het groeit ook nog eens iedere dag een beetje meer. We bekijken het regelmatig, bijna alsof we de groei kunnen versnellen door er met bewondering naar te staren. Ik bedoel, wie had ooit gedacht dat ik zoveel liefde kon opbrengen voor mosachtige vetplantjes op een dak? Maar eerlijk is eerlijk: het is prachtig om te zien hoe het zich verspreidt en alles steeds groener wordt.

Wat het nog mooier maakt, is dat een sedumdak niet alleen mij blij maakt, maar ook tal van praktische voordelen biedt. Zo helpt het bij isolatie, waardoor ons huis in de winter warmer en in de zomer koeler blijft. We denken dat we dit bij de afgelopen eerste warme periode al gemerkt hebben. Het was gewoon fris binnen. En vooruitlopend op de energierekening, laten we eerlijk zijn: alles wat helpt tegen torenhoge energierekeningen is een winnaar. Daarnaast is het een natuurlijke waterbuffer. Wanneer het regent, zuigen de plantjes het water op en laten ze het langzaam weer los. Geen plassen, geen overtollige afvoerproblemen. Gewoon een slim systeem dat de natuur op haar eigen tempo laat werken. In een woonwijk waar wateroverlast soms een issue is, voelt dat als een kleine overwinning.

Niet te vergeten: het brengt meer biodiversiteit! Oké, het moet nog wel even groeien en bloeien voor het zover is. Maar uiteindelijk vinden bijen, vlinders en andere nuttige insecten hier hun plek, wat goed is voor de natuur én stiekem gewoon gezellig oogt. En misschien wel het leukste voordeel: het maakt ons uitzicht een stuk aangenamer. Een groen dak geeft een levendige uitstraling. Veel beter dan de grijze saai tegels die er eerst lagen. 

En, tot slot, het moment waar ik zo lang op gewacht had: vriendlief heeft toegegeven dat het eigenlijk best mooi is. Misschien zelfs een béétje handig. Misschien. Maar daar hoor je mij verder niet over opscheppen. Ik geniet gewoon van mijn stukje groen boven ons hoofd.

Verandering met impact…

“Op zondagochtend, net iets over tienen ontvangen we het bericht dat alles goed gegaan is. We hebben nu een officiële go om maandag te starten. Duimen jullie mee?” Zo eindigde ik mijn blog ergens in maart. Inmiddels zijn we alweer aardig wat weken verder. Daarmee ook alweer een stuk verder in het project. Het omzetten van de oude naar de nieuwe omgeving was toch wel even spannend. Iedereen die aanwezig kon zijn was er of stond stand-by. Ik had namelijk heel wat problemen en telefoontjes verwacht. De groep waarvan ik stiekem de meeste reacties had verwacht bleef overigens helemaal stil.

Een enkeling had wat vragen maar de meeste reacties die we, direct na het live gaan mochten ontvangen waren allemaal positief. Er kwam hier en daar zelfs nog mooie feedback terug. En de groep waar ik de meeste reuring bij had verwacht koppelde enkel aan mij terug dat ze al langer op zo’n manier van werken zaten te wachten en eigenlijk niet konden wachten op de verdere uitrol hiervan. Dat gaf mij niet alleen goede moed, maar er viel ook wel een last van mijn schouders. Er waren er zelfs al een aantal die hadden aangeboden om mee te helpen brainstormen bij het volgende deel dat omgezet moet worden. Hoe tof is dat?!

Het project bestaat uit meerdere fases. Eerder zei ik al dat we dit niet allemaal tegelijk om kunnen zetten. Om een goede werking van onderdeel “A” te garanderen moest onderdeel “B” als eerste om. Toen dat eenmaal liep mocht ook de pilot-groep van start met onderdeel “A”. De groep bestond uit zzp-ers die zichzelf hadden opgegeven voor dit deel en wel van een uitdaging houden (lees: niet snel in paniek zijn als iets niet verloopt zoals zou moeten.) Ze mochten vier weken lang aan de slag met eveneens een nieuwe werkwijze. Dit keer van papier naar digitaal. Sneller, efficiënter en veiliger. Van deze groep ontvingen we waardevolle feedback waarmee we mooie verbeteringen konden doorvoeren.

De evaluatie na de pilot-periode was zo positief dat we de tweede groep, van de drie in totaal, voorzagen van materiaal. Ze gingen vlot van start en ook nu kregen we weer fijne feedback en mooie complimenten.

Inmiddels had de derde en tevens laatste groep al moeten starten. Maar zoals altijd het geval is wanneer er geld uitgegeven moet worden aan producten gooit de afdeling inkoop roet in het eten. Vanwege contracten die ons moederbedrijf heeft afgesloten, kunnen we niet zomaar bij elk bedrijf iets aanschaffen. Op hogerhand wordt nu overleg gevoerd hoe dit op de juiste wijze wel gedaan kan worden. Ik heb daar de kennis niet van in huis en blijf mij daarom lekker bezighouden met alles waar ik wel invloed op kan uitoefenen.

Zo kwam het dat we bij het opruimen van een bepaalde ruimte nog wat oudere materialen tegen kwamen. Deze hebben we afgestoft en zijn door IT vorige week voorzien van de juiste programma’s. De tablets zijn onderweg naar onze laatste groep. Vanaf halverwege mei zal dan iedereen voorzien zijn van de nodige materialen en kunnen starten met onderdeel “A” van ons project.

Als ook daarbij alles goed verloopt dan zijn we voor de start van de zomer helemaal om. En dat betekent dat het eerste onderdeel van het project geslaagd is.

De eindstreep is in zicht…

Deadlines zijn er om gehaald te worden. Alsof dat op zich al niet voldoende is, doen wij dat met de nodige hobbels. Een audit van drie dagen, het inwerken van een nieuwe collega, en het uitvallen van het complete systeem. Dit soort zaken maken het gewone werk al bijzonder ingewikkeld en helemaal wanneer de eindstreep van je project in zicht is maar er nog wat zaken afgestreept moeten worden. De baas daagt ons uit: “You can do this!” is wat ze roept om het daarna aan ons over te laten hoe we hier invulling aan geven.

Het project omvat meerdere onderdelen. Het is te groot en niet logisch om alles wat we willen aanpakken tegelijk van start te laten gaan. Na grondig research is besloten om de twee meest ingrijpende zaken uit te lichten en daarmee als eerst van start te gaan. Wanneer deze twee draaien is het eenvoudiger om ook andere zaken toe te voegen. Vorig jaar zijn we gestart met een pilotgroep die heel positief heeft uitgepakt. Er moest hier en daar nog wel wat geschaafd worden. IT moest aan de bak en er moest toestemming komen voor de aanschaf van nieuw apparatuur voor alle freelancers.

En nu is het moment aangebroken dat we echt de spreekwoordelijke puntjes op de I gaan zetten. De laatste week voor we live gaan staat op het punt om aan te breken. Ik herschrijf de handleiding die ik eerder voor de pilotgroep in elkaar heb gezet. Mijn collega biedt aan er een instructievideo van te maken, compleet met voice-over. Hoe tof is dat!! Voor mensen die niet zo digitaal zijn aangelegd is het erg fijn om te zien en horen wat de nieuwe werkwijze gaat worden. We krijgen dan al snel complimenten uit diverse hoeken. Een schot in de roos dus. 

Zelf ga ik er voor zitten om diverse teksten samen te stellen voor de mailing die eruit moet. Een aantal klanten moet weten van de nieuwe werkwijze. De knop gaat in één keer om en dat heeft consequenties als je met ons platform werkt. De freelancers hebben we vanaf het begin al meegenomen in dit project. Tijdens de freelancer-dag, vorig jaar, hebben ze zelf mogen experimenteren met een bèta versie. Maar de klanten zijn alleen nog maar door middel van een nieuwsbrief en telefoongesprek op de hoogte gesteld. We organiseren meerdere digitale meetings en vragenuurtjes. Mijn andere collega stelt hiervoor een presentatie samen.

IT zorgt op zijn beurt voor de nodige aanpassingen zodat we de laatste week alles nog een keer grondig kunnen testen. Alle collega’s moeten hiermee aan de bak, want het roer gaat compleet om. Ook de documentatie die we mailen moet aangepast worden. Dat heeft nogal wat voeten in aarde en zoals altijd met deadlines, komt dit stukje in het laatste uur van de werkweek af. Voor aanstaand weekend staat nog één echt testmoment gepland voor we maandag live gaan. Mijn collega bied aan dit voor haar rekening te nemen. 

Op zondagochtend, net iets over tienen ontvangen we het bericht dat alles goed gegaan is. We hebben nu een officiële go om maandag te starten. Duimen jullie mee? 

Overwinnen & groeien…

Deel 1 lees je hier.

Na een best drukke week zit ik deze zaterdag op een veel te vroeg tijdstip in de auto. Ik ben onderweg naar kantoor waar ik naast twee collega’s ook nog wat spullen wilde ophalen voor onze freelancers-dag. Als alles en iedereen is ingeladen en de tomtom gestart is tuffen we richting Utrecht waar we in een zalencentrum een ruimte hebben gehuurd. Gelukkig is het rond dit tijdstip niet zo heel druk op te weg dus kan ik aardig doorrijden. Rond 0900 uur komen we als eerste aan. De spullen worden uitgeladen en vervoerd naar het juiste lokaal. We krijgen zelfs nog een ontbijtje aangeboden van de dames achter de receptie. 

De rest van de collega’s druppelen langzaam binnen en we kunnen starten met het opzetten en uitstallen van al onze spullen. Ik heb nog geen last van zenuwen en kijk zelfs uit naar het stukje dat ik mag presenteren. De tijd tikt gestaag voorbij en dan komen ook al onze freelancers één voor één binnen. Het gros van de mensen spreek ik alleen telefonisch of per mail. Een enkeling zie ik wel eens op kantoor. Des te leuker om ze nu dan ook in het echt te zien en een gezicht bij een stem te kunnen plaatsen. Ik hoor dat dit wederzijds is. 

Iedereen is voorzien van drinken met een versnapering en de eerste presentatie wordt gestart door onze directeur. Zoals verwacht volgt er een kleine discussie en worden er vragen gesteld. We zijn aan tijd gebonden en ik zie de minuten wegtikken op de klok. Aangezien ik de laatste in rij ben kan ik mijn presentatie niet helemaal zo uitvoeren als ik in gedachten had. Ik schrap uit voorzorg een aantal passages. Collega twee krijgt nu het woord. Bij mij word er op dat moment een gezonde dosis zenuwen opgebouwd.

Wanneer ik aan de beurt ben zit ik zo hoog ik mijn ademhaling dat ik mijn eigen stem niet eens herken als ik mijn presentatie start. Na een paar minuten moet ik mijzelf herpakken om niet flauw te vallen. Ik doe net of ik mijn tekst kwijt ben, haal diep adem en ga verder waar ik gebleven ben. Langzaam voel ik mijzelf weer landen. We gaan in groepen uiteen om aan de slag te gaan met de workshop, onze eerste fase van het project. Samen met collega’s loop ik door alle groepjes om te helpen en vooral om feedback te verzamelen. Zij moeten immers met dit product aan de slag en er valt nog heel wat te verbeteren. 

Na een uur zien we elkaar weer in de zaal waar ik de reacties en commentaren heb verzameld op een flip-over. Het ijs is gebroken, de spanning is weg. Ik kan en durf helemaal mijzelf te zijn en vertel honderduit over het project, de leuke en iets minder leuke reacties en vooral de feedback waar we zeker iets mee kunnen. Ik had nog wel veel meer willen vertellen, maar de tijd zit er op. We worden verwacht in het restaurant voor een lunch. 

Rond de klok van 1500 uur kom ik totaal gesloopt en helemaal leeg weer thuis. Ondanks dat heb ik een leuke en enerverende dag achter de rug. Vol met nieuwe ideeën om mee aan de slag te gaan zodat ons project nog beter aanslaat op de werkvloer. En bovenal een nieuwe (presentatie) ervaring rijker. 

The story continues…

In april schreef ik dat het met projecten altijd anders loopt dan je in eerste instantie had gepland. Niet dat ik er zoveel ervaring mee heb. Sterker nog, dit was mijn aller eerste echte zakelijke project ever. Maar de baas zegt dat ik er maar aan moet wennen. Het gaat altijd anders. jammer! Juist omdat het mijn eerste project was wilde ik het graag geïmplementeerd te krijgen. Door al het onderzoekswerk dat ik er in gestoken had zag ik namelijk de grote meerwaarde hiervan. Op deze wijze zouden we nog meer mensen kunnen bedienen en zelfs in het buitenland. Hoe tof is dat?! De baas wilde niet direct afscheid nemen. Ik mocht het project in de ijskast zetten waar het voorlopig (nog) mag blijven staan. 

Inmiddels zijn er wat personele verschuivingen geweest en is ons team bijna weer op volle sterkte. Voor de zomervakantie kregen we groenlicht voor project twee. Met hernieuwde energie hebben mijn collega en ik dit opgepakt. Het eerste stuk hadden we al zo goed als uitgedacht dat we direct door konden naar stuk twee van dit project. We bedachten een nieuwe efficiëntere flow in plaats van de huidige werkwijze, en stelde dit voor bij IT. Die zag dit ook wel zitten en hij ging als een razende Roeland aan de slag. 

Nog voor de grote zomerstop aanbrak had hij iets in elkaar gezet waar wij mee konden testen. En omdat we in deze periode toch niets anders konden doen dan dat besloot ik direct een pilot in te lassen. Ik vroeg een paar freelancers aan te sluiten en met ons deze fase in te gaan. Het leuke is dat iedere freelancer anders over dit project denkt. Direct de eerste week hadden we al wat fijne verbeter-voorstellen te pakken. Tevens liep ik tegen een volgend punt op. Niet iedereen is even handig wat digitalisering betreft of is even laaiend enthousiast als ik ben. En dat is toch wel een dingetje. 

“Wen ook daar maar aan!” Was wat de baas zei. Dus besloot ik om onze freelancer-dag, een dag waarbij alle freelancers bij elkaar komen om bij te praten en bijgepraat te worden, te gebruiken om ons project te promoten en iedereen te laten ervaren hoe het werkt. Ik ben mij er ter degen van bewust dat er een aantal digibeten tussenzitten die het liefst op de oude voet verder gaan. Dus krijgt iedereen een eigen inlog zodat we ze al vroeg in het proces mee kunnen nemen. Herhaling is immers de beste leermeester. 

En dat is direct ook de reden waarom ik mij nu bezig houd met het in elkaar zetten van een presentatie die ik daarna ook nog zelf mag geven. Er wordt in totaal een man of 50 verwacht. Aaaaaah… ik kan dit, ik kan dit, ik kan dit… en dan is het natuurlijk des te leuker als je het gros van de mensen kunt laten inzien waarom we tot deze veranderingen zijn gekomen. Ik hoop dan ook dat ik ze kan enthousiasmeren. Dat verandering niet altijd eng of vervelend hoeft te zijn. En ja daar zal voor sommige eerst een (kort/klein) leertraject aan voorafgaan. Daar staat wel tegenover dat sommige herhalende (of vervelende) taken ook voor hen tot het verleden behoord. Duimen jullie met mij mee?!

Morning has broken…

Twee jaar geleden schreef ik onderstaand blog. Inmiddels ga ik alweer heel wat maanden zonder Poownie door het leven. En als ik dan dit soort logjes teruglees, realiseer ik mij weer wat een zalige tijd we met elkaar hebben gehad ♥️

Het is één van de zondagen waarop het mijn beurt is om het ontbijt op te dienen op stal. Dat betekend vroeg uit de veren. Alhoewel, wat is vroeg? Maar als de wekker uiteindelijk om half 8 afgaat heb ik toch wat moeite om mijn warme bed uit te komen. Ik hijs mijzelf in mijn paardenkloffie, smeer wat brood voor een verlaat ontbijt en met mijn ongekamde haren in een knot op mijn hoofd rijd ik naar stal. Vriendlief in dromenland achterlatend. 

Onderweg komt de zon langzaam op. Zoals altijd weet ik dat het geen straf is om rond dit tijdstip in de polder te zijn. Dit is nog voor het moment waarop de wereld ontwaakt. Vanuit diepe rust met alleen de wind door de bomen en het roepen van de vogels is het heerlijk om zo wakker te worden. De lucht is sprankelend fris en voelt als een verkwikkende douche. Boven de velden en het water hangt een sluier van mist. De zon heeft nog niet echt in kracht gewonnen om de “witte wieven” te verjagen. Het liefst zou ik nu een lekkere lange wandeling willen maken. Maar first things first. 

Poownie staat al bij het hek te wachten. Of dat speciaal voor mij is durf ik in twijfel te trekken. De wetenschap dat de eerste “bedienden” die verschijnt hem van zijn voeremmer voorziet is aannemelijk groter. Als ik mijzelf eenmaal op het terrein binnen heb gelaten staan er opeens 4 paarden keurig op een rijtje te wachten. Het is er maar 1 die hinnikt en dat is Poownie. De rest kijkt zwijgent toe als hij zijn emmer met slobber in ontvangst neemt. 

De paarden hebben goed hun best gedaan. Alle ruiven, die bij ons verspreidt over de gehele paddock staan, zijn leeggegeten. Tijdens de ochtenddienst voeren we minder als bij een avonddienst. Nu zie ik ook waarom. Op Poownie na staat zo’n beetje de hele kudde in de dut-stand. Ze lijken wel verzadigd van het eten in de nacht. Ook als ik mijn ronde loop om alles te vullen komt er niemand achter mij aan. Dat is tijdens een avonddienst wel anders.  

Als ook mijn mestdienst erop zit is het tijd voor een bakkie cappuccino. Dankzij een gulle stalgenoot kunnen we tegenwoordig koffie drinken in de keet. Als ik eenmaal met mijn koffie in het zonnetje zit merk ik pas hoe warm ik het gekregen heb. De damp slaat onder mijn jas vandaan. Het magische wintersportgevoel komt in mij op. Blauwe lucht, zonnetje en een gedempte stilte. Alleen geen strakke witte pistes dit keer.

De haan van de buren kraait. Boven in de boom zitten een paar halsbandparkieten te kwetteren en ik? Ik geniet nog steeds van de rust. Op wat wandelaars en hardlopers na is er verder geen mens in de polder te zien. Ik heb mijn koffie op en bedenk mij geen moment. Ik roep Poownie. Die weet inmiddels wat er te wachten staat. Hij duikt nog een keer in de ruif voor een hap hooi en komt dan mijn kant op. Hij neemt zijn halster in ontvangst en loopt alvast naar het hek terwijl ik de paddock verder afsluit. Hij mag nog een uurtje grazen terwijl we ondertussen van de stilte en het zonnetje genieten.

Onderweg…

Op momenten dat ik even niks te doen heb scroll ik door een aantal accounts van personen die personal coach, trainer of bodybuilder zijn. Deze groep volg ik namelijk al enkele maanden. Niet dat ik onderweg ben om een bodybuilder te worden. Ze geven handige tips welke oefeningen het gewenste effect hebben. Door effectief in plaats van veel te trainen. Duidelijke en in begrijpbare taal uitleg te geven over hoe een calorie te kort werkt. De plussen, de minnen en de valkuilen te tonen. En hoe je zonder veel te eten toch goed kunt eten zonder honger te hebben. 

Lekker eten en afvallen tegelijk, terwijl je ondertussen gemotiveerd blijft en energie genoeg hebt om ook in de avond nog te sporten. Klinkt te mooie om waar te zijn. Ik ben er achter dat dit wel kan! Inmiddels ben ik al ruim 4 maanden onderweg. Wat begon met niet lekker in mijn vel zitten na terugkomst van de vakantie heeft geresulteerd in waar ik nu sta. Ik ben pas vier maanden onderweg en nog lang niet op mijn eindbestemming. Het wordt almaar leuker. Ik ontdek steeds iets nieuws en zie op meerdere fronten resultaat. Zelfs vriendlief heb ik (een soort half) op sleeptouw meegenomen op mijn weg.

Terugkijkend ben ik hier al mee begonnen toen ik intermittent fasting ontdekte. Ik leerde wat dit deed met mijn lichaam en geest. Bizar wat een verschil het maakte. Hoeveel rust er voor terugkwam. Geen hangry (snaai)buien meer. Nu ben ik een stapje verder gegaan. Ik rekende uit hoeveel calorieën ik per dag nodig had om op gewicht te blijven en zorg sinds die tijd dat ik daar onder zit. Dan komt er uiteraard een nieuwe uitdaging bij kijken. Want alleen leven op een blaadje sla en een plakje komkommer wekt juist hangry-buien in de hand. 

Dus scroll ik geregeld door deze accounts om nieuwe maaltijd-ideeën op te doen. Niet alles vind ik lekker. En ik ben ook wel een luie kok. Dus niet te veel poespas. Ik geef er graag mijn eigen twist aan. Wel is het fijn om op deze wijze aan (gezonde) ideeën te komen. Zo ben ik al aan diverse lekkere tonijn- pasta- en groentesalades geholpen. Maak ik geregeld courgette wraps. Mijn collega gaf het voorzetje voor de quinoa welke ook geregeld verwerkt wordt in salades en maaltijden. En vanmiddag sta ik in de keuken om burrito’s te maken. 

Zo simpel maar nog niet eerder geprobeerd, besluit ik direct alle wraps maar te gebruiken. Kan het thuisfront meeproeven en de rest is mealprep voor later in de week. De vulling houd ik easy peasy: gehakt, roerei, tomaat, mais, wortel en een plakje cheddar. Het oprollen van de wrap is nog even een dingetje maar na nummer 3 begin ik er handiger in te worden. Ik bak ze heel even aan in de pan en schuif ze, nadat ze zijn afgekoeld, de vriezer in. 

De volgende dag testen we onze eerste homemade burrito voor de lunch. Het is een prima en voedzame lunch waarmee we tot laat in de middag vol zitten. Dit is duidelijk een blijvertje. Hoewel ik ze in het vervolg nog iets pittiger zal maken en meer groente zal toevoegen, je kunt ze immers vullen met alles wat lekker is, moet ik mij inhouden om er niet nog een te pakken.

Het loopt altijd anders…

Lees hier alle voorgaande delen…

Projecten kosten geld. Dat weet iedereen. Dus toen ik er achter kwam dat ons systeem niet geheel hufterproof was voelde ik op mijn klompen aan dat we geld moesten uitgeven om het een en ander te laten verbouwen. Voorzichtig breng ik deze informatie bij de baas. De reactie valt mij mee. Sterker nog, ik krijg een budget mee en mag zelf gaan onderhandelen met IT. 

De onderhandeling staat voor dezelfde week gepland. En ik ben maar wat blij dat ik er niet alleen voor sta. Mijn eigen ITer is ook aanwezig en dat is maar goed ook. De thermen vliegen mij links en rechts om de oren en ik heb niet bepaald de tijd om de betekenis van alles op te zoeken. Er volgt een re-cap in Jip en Janneke taal, speciaal voor mij, en ik mag een klap op de knop geven. Onderhandelen blijkt uiteindelijk niet eens nodig. De aanpassing kost ons een “appel en een ei”. 

Nu dit stukje van het project is uitgezet is er voor mij even niets te doen. Dus kan ik al mijn tijd inzetten voor project twee. Want deze draait ook alweer een paar weken. Mijn collega en ik doen dit samen en dat werkt super fijn en vooralsnog vullen we elkaar ook heel goed aan. Ze heeft veel meer kennis op het gebied van projectmatig werken en het schrijven van projectplannen. Daar leer ik weer van. Het projectplan was dan ook vlot geschreven, een tijdspad werd uitgezet en voor beiden kregen we direct na inleveren een akkoord. Als eerste stond “informatie vergaren” en “veldwerk” op de planning. 

Er werd gezegd dat de concurrent mogelijk al een stuk verder was dan wij. In het kader van beter goed gejat dan slecht bedacht, besluiten we een “kijkje in hun keuken” te nemen. We schrijven ons alle twee in bij een andere organisatie en gaan undercover. Hun hele proces lijkt verdacht veel op ons huidige proces. Tenminste, bij mij. Mijn collega loopt echter wel tegen een aantal noemenswaardige punten op die bijzonder afwijkend zijn. Maar we willen een upgrade, geen downgrade. Dus laten we die snel los. Beide zijn we heel benieuwd hoe de vervolgstappen door de concurrent uitgevoerd worden. 

Hoewel kennis vergaren en afkijken de bedoeling is van ons veldwerk wil ik toch stiekem ook wel heel graag aan het einde van de rit mijn “papiertje” halen. Het duiveltje op mijn schouder zegt dat dit heus wel hand in hand kan gaan. Beantwoord de vragen en ondertussen houdt je oren en ogen goed open. Dus als ik daar zit kan ik een glimlach niet onderdrukken. Het is te grappig. Ik voel mij net een Alberto Stegeman of een Kees van der Spek. Uiteindelijk komen we er achter dat de concurrent nog helemaal niet zo ver is als waar wij naar toe willen. Maar het papiertje is voor ons alle twee binnen!

Het veldwerk heeft in die zin dus niet heel veel bijzonders opgeleverd. Wel weten we dat ons bedrijf in een paar opzichten voor op schema loopt. Het veldwerk kunnen we in ieder geval afvinken van ons lijstje. 

Maar dan komt het vervelende bericht. Kort na elkaar vallen er onverwachts een aantal collega’s uit. Dat betekend dat eerst project één en al snel project twee een lagere prioriteit krijgen. De komende weken moeten we alle zeilen bijzetten om niet alleen de toko maar ook ons zelf overeind te houden… 

Wordt vervolgt…