Macaroni Goreng…

Aangestoken door de kookkunsten van mijn nichtje begon ik aan het bereiden van een minirijsttafel. Een paar gerechtjes geïnspireerd op onze gezellig avond met een vleug van nostalgie. Tot onze eigen tevredenheid smaakte het prima. Zo prima dat er geregeld een vervolg kwam. Om hier en daar toch wat bij te schaven of net even anders aan te pakken. Al doende leert men. 

Deze week stond er pasta op het menu. Maar eigenlijk was ik daar wel een beetje op uitgekeken. Ik vroeg mij af of ze hier misschien ook een Indische variant op hebben. En welja, ik kwam uit bij de Macaroni Goreng. Of te wel, gebakken macaroni.Totaal niet lastig om te maken. Anders, dat dan wel weer. Vriendlief keek mij bedenkelijk aan. Moeten we dit niet gewoon bij het oude vertrouwde laten, met tomaten en saus enzo?? 

Ik besloot van niet. Dus ging ik aan de slag. Ik kookte elleboogjes, goot ze af en spoelde na met koud water. Besprenkelde alles daarna met wat olie. Volgens het recept had dit sesamolie moeten zijn. Maar bij gebrek aan werd het olijfolie. Ondertussen maakte ik een boemboe van een ui, 2 (grote)tenen knoflook en een rode peper. Voegde daar een theelepel trassi (je hele huis stinkt maar zonder kan echt niet!) laos, ketoembar en sambal aan toe. Omdat ik gekozen had voor een (mini) nasi/bami groentepakket hoefde ik niks meer te snijden. Wil je liever verse groente? Dan zou je een kool, wortel, prei en taugé kunnen gebruiken.

Nu de voorbereiding klaar was kon de wok op het vuur. Ik fruitte de boemboe tot het zacht en de uitjes glazig waren. Het gehakt rulde ik gaar. Een rare gewaarwording. Want gehakt maak ik meestal in een andere pan klaar. Ik voegde nog een half bouillonblokje toe en toen kon de groente er bij. Gevolgd door een flinke scheut ketjap. De boel werd ondertussen goed geproefd. Hier en daar werd nog wat sambal en extra ketjap toegevoegd en toen kon de macaroni erbij. 

Terwijl ik de eieren bakte kon de macaroni een worden met alle andere ingrediënten in de wok. Eigenlijk had ik het al een dag van te voren klaar moeten maken. Dan smaakt het nog lekkerder. Vriendlief, die tot dan toe nog steeds een beetje sceptisch tegenover dit gerecht stond kwam op de geur af. Die was meer dan de moeite waard om van de bank af te komen. Toen het hele gerecht goed op temperatuur was konden we aan tafel. 

In plaats van geraspte kaas en tomatenketchup kreeg dit gerecht een komkommer in zuur met een spiegel ei als garnering. De eerste paar happen waren we stil. Aller eerst omdat we beide onze mond verbranden en daarna om het eens goed te kunnen proeven. De smaak was anders maar zeker niet verkeerd. Sterker nog, ik ben veel meer gecharmeerd van deze variant, dan de Hollandse pasta gemengd met een vleug Italië. Ik zeg een blijvertje op het menu!! 

“Zou je de macaroni ook in coco’s melk kunnen koken?” Vroeg vriendlief nadat zijn bord schoon op was. Nu was het mijn beurt om bedenkelijk te kijken. Ik wil best van de gebaande paden af, maar macaroni met bounty smaakt gaat mij iets te ver. Wel kwam ik een gerecht tegen waarbij sereh gebruikt wordt. Dit is een goed idee om bij een eerst volgende pastamaaltijd eens te proberen. 

Rijsttafel…

Een tijdje terug was ik te gast bij mijn nichtje. We zouden daar gaan BBQ-en. Maar omdat het weer omsloeg en er voor heel de dag 100% regen zou vallen vroeg ze ons of we er bezwaar tegen hadden dat het diner werd aangepast naar een “home-made Indische rijsttafel”. Daar hadden wij zeker geen bezwaar tegen. 

Eenmaal binnen rook het er al helemaal bekend. Voor een deel naar “vroeger”, wanneer we als kind bij oma over de vloer kwamen. Voor een deel naar eigen recept. Vol bewondering keek ik naar wat ze allemaal op het aanrecht had staan. Er stonden al diverse potjes en pannetjes te pruttelen. Een deel was reeds bereid en een deel werd klaar gemaakt terwijl we gezellig aan het kletsen waren. Ik kreeg spontaan grote trek bij alle geuren. Als dit mijn thuis was geweest zou ik herhaaldelijk met mijn jatten in de pan gezeten hebben om alvast voor te proeven. Ik hield mij in. 

Alle gerechten kwamen uit een prehistorisch kookboek dat de tand des tijds had doorstaan. Iedere stap in het hele proces werd keurig gevolgd en dat leverde uiteindelijk een zeer smaakvolle maaltijd op. Zo smaakvol dat ik mij gerust 30 tot 35 jaar terug in de tijd waande. Aan tafel bij opa en oma tussen al mijn ooms en tantes. 

Ik realiseerde mij dat ik de kookboeken van mijn moeder niet meer tot mijn beschikking heb. Als ik ze al zou hebben, liggen ze ver achterin op zolder weggestopt. Aan internet had ik ook niks. Daar wordt een gerecht al Indisch genoemd als er een sjalot en een scheut ketjap in gaat. Overigens diverse keren geprobeerd maar ik miste steevast de Indische bite die ik bij de gerechten van oma en mijn moeder wel altijd proefde. En nu dus ook, aan tafel bij mijn nichtje.

Ze schoot te hulp door een aantal bladzijdes uit het boek voor mij te kopiëren. Online vond ik nog twee sites waar volgens authentieke wijze recepten werden klaargemaakt. Ik maakte een combinatie van de diverse gerechten en besloot er mijn eigen draai aan te geven. Maar eerst moest ik langs de toko om de missende ingrediënten te kopen. 

Juist de ontbrekende kruiden zijn de smaakmakers die ik bij mijn eigen gerechten dus altijd miste. Denk hierbij aan sereh, daoen salam en kemiri noten. Daar wordt in de “simpele online keuken” met geen woord over gerept. Oké toegegeven, de kokosmelk of blokje santen en kruitnagel door de rijst had ik zelf nog wel kunnen bedenken. 

En in plaats van het bakje boemboe van Conimex besloot ik nu ook die maar helemaal zelf te maken. Dus stond ik de avond van te voren de boel al fijn te stampen in mijn pas aangeschafte vijzel. Nou dat is niet helemaal waar. Ik masseerde de sjalotten, nootjes, trassi en andere kruiden met liefde tot een egaal mengsel voor de marinade van het vlees. Want naast de juiste kruiden is het de liefde die de finish in touch geeft.

De volgende dag stond ik ’s middags al weer vroeg in de keuken. Met iedere minuut die verstreek kwamen er meer geuren vrij. Een goede voorbode voor de smaak van straks. Mijn zwoegen werd beloond. Ik had het voor elkaar gekregen om een minirijsttafel op te dienen. Hier en daar moet nog wat geschaafd worden om de smaken te verfijnen. Maar mijn (o)ma zou trots op mij zijn!

Krontjong…

“Sorry, waar hield hij van?” Vraag ik mijn tante nogmaals. “Je Opa hield van Krontjong muziek”. Eerst lig ik in een deuk om de term. Haha wat is dat nu voor naam voor muziek?! Daarna gaat er vaag een belletje rinkelen maar het is nog te ver weg om het te herkennen. Het belletje wordt luider zodra mijn oom via internet wat muziek opzoekt. Verdraaid, ik herken het van vroeger. Van heel lang geleden weliswaar, maar toch herken ik het. “Vooral de elektrische gitaar vond je opa geweldig. Het was maar goed dat hij daar het geld niet voor had, anders had hij die zeker gekocht. In plaats daarvan tokkelde hij geregeld op zijn ukelele en speelde hij op zijn mondharmonica.”

Geweldig toch? Weer een stukje geschiedenis waar ik niets van afwist. Dit keer ben ik met mijn andere tante om de tafel gekropen om wat meer familiegeschiedenis op te rakelen. Dat mijn ooms en tantes van muziek houden wist ik wel. Maar dat ook mijn opa een voorliefde had voor muziek wist ik helemaal niet. De ukelele en mondharmonica zijn zelfs nog in de familie. Toen mijn tante voordeed hoe mijn opa er bijstond wanneer hij op zijn ukelele aan het tokkelen was moest ik lachen. Ik zag hem namelijk zo voor mij.

De volgende dag, wanneer ik het huis voor mij alleen heb, besluit ik mij onder te dompelen in de lievelingsmuziek van mijn opa en oma. Ik struin rond op Youtube tot ik geen krontjong muziek meer kan horen. Echt er komt geen einde aan. Van het ene liedje val ik in het volgende en voor ik het weet ben ik een hele middag verder. Internet leerde mij dat de naam Krontjong afkomstig is van de Indonesische naam voor een combinatie van een vijfsnarige gitaar en een tamboerijn of voetbelletjes. De gitaar komt oorspronkelijk uit Portugal. De Portugezen brachten dit mee naar Batavia nog voor het van Nederland was. De muziek van deze mensen was afkomstig uit verschillende delen van Portugal. In de loop van de tijd kreeg dit steeds meer Maleise en uiteindelijk ook Nederlandse woorden en uitdrukkingen.

Ik word een beetje weemoedig van het luisteren naar deze muziek. Ik verlang naar een tijd die ik nooit gekend heb. Naar het land en leven van mijn opa en oma. Ik kan er niks aan doen dat ik niet kan mee praten over “vroeger”. Ik heb heimwee naar een tijd die ik niet ken en nooit heb meegemaakt. Hoe meer ik daar aan denk hoe gekker dit klinkt. Maar toch kan ik het niet anders omschrijven. Natuurlijk speelt ook “het verhaal” mee. Een stuk geschiedenis van mijn familie dat ik samen met hen op papier aan het zetten ben.

Juist daardoor wordt ik steeds weer mee getrokken naar vroeger. Heen en weer geslingerd tussen toen en nu. Naar lang vervlogen tijden. Wat ik heerlijk vind, daar niet van! Ik geniet er van om te horen hoe het vroeger was. Juist omdat ik daar niet over mee kan praten. Ik zuig de informatie op als een spons en vind het geweldig om naar oude foto’s te kijken. Maar het maakt het gemis ook een stukje groter. En daarom is het fijn dat ik nu weet wat Krontjong muziek is. Want bij het horen van deze muziek ben ik er toch een beetje bij. Maak ik deel uit van wat ooit was en nooit meer zal zijn…

Youtube staat vol met krontjong muziek. Ik weet niet helemaal zeker of Manise van Rudi van Dalm ook onder “krontjong” valt. Het geeft mij in ieder geval het gevoel van “vroeger”.

Geschiedenis komt tot leven…

In de week dat mijn vader overleed, begon mijn tante verhalen over vroeger te vertellen. Het ophalen van herinneringen deed iedereen goed. Ik moest bij sommige verhalen heel hard lachen. Andere verhalen brachten mij tot tranen. Ik had ze nog nooit gehoord en heb ademloos naar haar geluisterd. Haar herinneringen waren zo gedetailleerd. Ze wist namen, plaatsen, datums en zelfs tijden op te noemen van gebeurtenissen uit lang vervlogen tijden.

Toen de uitvaart achter de rug was en wij weer in iets rustiger vaarwater beland waren kwamen mijn tante ik nog eens voorzichtig op deze mooie herinneren terug. We liepen namelijk met hetzelfde idee rond, maar wisten niet zo goed hoe we dit in het vat moesten gieten. Tot we er gewoon een middag voor zijn gaan zitten. Mijn tante begon te vertellen vanaf haar familiewapen Hamar aller eerste herinnering. De periode dat ze samen met haar ouders (mijn opa en oma) in Indonesië woonden. De geboorte van haar eerste broertje (mijn vader) en de reis naar Nederland. Ze vertelde ook over het leven in het pension en de geboortes van broers en zussen. Ik zoog alle verhalen op als een spons en werkte dit later uit tot een lopend verhaal. In de tussentijd kreeg ik van mijn oom een foto met daarop ons familiewapen. Die blijken wij namelijk ook te hebben.

Maar toen overleed mijn moeder. Hierdoor had ik niet veel energie meer voor dit project. Ik plaatste de uitwerking van ons idee tijdelijk in de kast. Daar bleef het tot mijn oom, de jongste broer van mijn tante, kort geleden kwam te overlijden. Alle herinneringen en heel veel meer, kwamen naar boven. Niet alleen bij mijn tante maar ook bij haar broers en zussen. Wederom hoorde ik verhalen die ik nog nooit had gehoord. Wat zou dat prachtig zijn om deze verhalen ook op te nemen in het “herinneringen boek” van mijn familie.

Mijn tante en ik besloten er weer voor te gaan zitten. Als oudste van het gezin heeft ze de periode rond de bevalling van al haar broertjes en zusjes meegemaakt. Dat staat inmiddels, naast de reis uit Indonesië naar Nederland, ook op papier. Nu zijn we bezig met het wel en wee van vroeger. Het werk van mijn opa en oma. Het huis en de indeling van de kamers. Want waar laat je negen kinderen? En hoe zat het met huisdieren? School? Vriendjes en vriendinnetjes? Gingen ze naar de kerk? Hoe organiseerde opa en oma dat in hemelsnaam?

Mijn tante toverde een oud fotoboek uit de kast. Voor het eerst zag ik daar mijn overgroot ouders. Samen poserend in misschien wel hun achtertuin. Die foto raakte mij. Ik stam van deze mensen af maar ik heb ze nooit gekend. Ik zag de jonge versie van mijn opa en oma, hun trouwfoto’s en feestjes met (onbekende) familieleden en vrienden. Babyfoto’s van mijn vader en schoolfoto’s van ooms en tantes.

We hebben nog wat avondjes te gaan voor alles goed en wel op papier staat. Ook wil ik nog heel graag wat gesprekken met andere ooms en tantes inplannen. Hoe kijken ze terug op hun jeugd en wat zijn hun vroegste herinneringen? En wat dacht je van het uitpluizen van de fotoalbums? Het is een project waar aardig wat tijd in gaat zitten, maar wat erg leuk is om te doen! De geschiedenis komt weer een beetje tot leven. Niet alleen voor mijn ooms en tantes maar zeker ook voor de tweede en derde generatie. Zelf voel ik een verbondenheid met mensen die ik niet gekend heb en loopt er een onzichtbaar draadje naar een land waar ik nog nooit geweest ben.

Foto Hamar, familie Hamar, opa en oma

Roti wat?

Ik ben nou niet bepaald een keukenprinses. En daarmee druk ik mij nog heel zacht uit. Ik heb een bloedhekel aan koken. Ondanks dat vriendlief en ik elkaar afwisselen in de keuken blijft het een saaie, vervelende en tijdrovende klus die ik liever uit handen geef. Maar goed, een mens moet nou eenmaal eten. Als ik ooit een loterij zou winnen zou ik het geld gebruiken om een kok te kopen. Hij mag iedere dag het lekkerste van het lekkerste voor mij klaar maken. Een kok die het leuk vind om uren achtereen in de keuken te staan, terwijl ik het met bloed, zweet en tranen bereidde avondmaal binnen 20 minuten naar binnen prop. Toen ik mijn vriend leerde kennen noemde hij mij wel eens een nep of albino pinda. Je bent (half) Indisch maar je verbrand in de zon en koken? Daar doe je niet aan… Dat eerste heb ik te danken aan een über Nederlandse moeder, rossig haar en blauwe ogen. Waar ik dat tweede aan te danken heb? Te veel keuzes in het leven denk ik…

Voor koekjes, muffins en taart wil ik wat koken betreft wel eens een uitzondering maken. Een heel kleine uitzondering en dan eigenlijk ook alleen als ik het af kan met kant en klare pakken a la Dr. Oetker. Dat is net zoiets als iedereen kan schilderen van Ravensburger! Simpel, makkelijk en snel.

Mijn tante werd afgelopen week 50 jaar. Dat moest gevierd worden. Om de dag voor mijn tante een nog specialer tintje te geven dan het al had besloten we om verschillende Indische hapjes te (laten) maken. Mijn nichtje vroeg mij om Roti Kukus te maken. Rottie wat?? Hoor ik sommige lezers al denken. Roti kukus. De betekenis van kukus is stomen. Het is dus een gestoomde Indische cake. En werkelijk om je vingers bij op te eten. Het ziet er niet uit als het de stomer in gaat. Eigenlijk ook niet als het de stomer weer uit komt. Maar de smaak maakt alles goed. Het is helaas niet een recept ala Dr. Oetker, maar echt heel moeilijk is het nu ook weer niet.

Daar stond ik dan in de keuken met alle potjes, pannetjes, keukenmixer en al wat nodig was om tot onderstaand eind resultaat te komen. Voor de zoete kauwers onder ons: er gaat 500 gram suiker in. Dus ben je op dieet dan zou ik mij verre van dit heerlijke gerecht houden!

Wat gaat er nou precies in en wat heb je nodig:

  • 4 eiwitten
  • 8 eidooiers
  • 500 gram witte suiker
  • mespuntje zout
  • 1 dl spa rood/ 7-up of ander bruisend bron water
  • 500 gram zelfrijzend bakmeel
  • zakje vanillesuiker
  • 2/3 eetlepels Droste cacao poeder
  • 1 stoompan
  • 1 schone (oude) theedoek

Er zijn heel veel verschillende recepten voor dit gerecht en het is bij heel veel, zo niet alle Indo families bekend. Ik heb het recept van mijn moeder, die het weer van haar (schoon)moeder heeft, aangehouden.

Hoe maak je dit klaar:

Splits de eieren. Mix de eidooiers samen met de witte suiker, vanillesuiker en het zout tot een egaal mengel. Voeg beetje voor beetje het zelfrijzend bakmeel toe. Het is nog beter om dit te zeven zodat er geen klontjes ontstaan. Voeg het spa water toe als het beslag te dik wordt. Het moet er luchtig uit zien. Hoe luchtiger het beslag, hoe lekkerder het eindresultaat. Klop de eiwitten stijf en schep dit door het beslag. LUCHTIG… Dus niet mixen!! Verdeel het beslag nu over twee schalen. Voorzie één van de schalen van de cacaopoeder.

Nu komt het:

Deze cake gaat niet in de oven maar in een stoompan. Voorzie de stoompan (de pan met de gaatjes, voor de niet keukenprinsessen onder ons) van de natte (uitgewrongen) theedoek. Spatel het beslag om en om in de stoompan. (laagje wit, laagje bruin enz.) Zorg dat de pan niet meer dan de helft vol zit met beslag. Het hele zwikkie gaat namelijk nog rijzen. Plaats een deksel op de pan, de uiteinden van de theedoek kunnen onder het handvat van het deksel geplaatst worden (anders vliegt de boel in de hens, ik spreek uit ervaring!!) Breng het water in de onderste pan aan de kook en laat alles ongeveer een uur op matig vuur staan. Controleer wel regelmatig het water in de onderste pan. (zorg er voor dat de bovenste pan niet onder water staat)

Als het goed is zul je gaan voelen dat de pan steeds zwaarder wordt. Let op: kijk pas in de pan als het uur voorbij is. Anders bestaat de kans dat hij in zakt. Steek een satéprikker in de cake om te kijken of hij gaar is. Blijft er beslag aan plakken dan moet je cake nog even blijven stomen.

Als je het goed gedaan hebt zal de cake zich aan de bovenkant openen in de vorm van een bloem, ster of hoe ver je fantasie dan ook reikt … 

Eetsmakelijk!!

 

 

 

 

 

 

 

 

Saya belajor Bahasa Indonesia

Ik vind het leuk om aan iets nieuws te beginnen, een nieuw doel, een nieuwe uitdaging. Over het algemeen moet iets mij niet al te veel moeite kosten, moet het niet te duur zijn en moet ik het zelf, soms met een beetje hulp van iemand, kunnen uitvoeren.

Mijn doel in 2010 was leren snowboarden. Dat doel kunnen we meer dan geslaagd noemen en de wintersport is inmiddels een vast onderdeel van mijn leven geworden (waarvoor dank aan mijn familie). Nu we niet meer ieder weekend op de indoor berg in Zoetermeer of De Uithof in Den Haag te vinden zijn blijft er wat tijd over voor een nieuwe uitdaging. Een keuze maken uit de vele leuke dingen die het leven biedt is vaak al een opgave op zich.

Ik liep al enkele jaren met het idee rond om een tweede (of eigenlijk een derde als je Engels ook mee zou tellen) taal te leren. Duits, Spaans en zelfs Arabisch heb ik overwogen. Maar de stap om mij daadwerkelijk in te schrijven was wel erg lastig. De school te ver weg, de cursus te duur of niet op een tijdstip dat het mij uit kwam. Kortom, iedere keer was er wel een goed excuus om er toch maar vanaf te zien. Tot mijn nichtje naar de Hogeschool Rotterdam ging. Als extra vak volgde ze in het begin van de lente Bahasa Indonesia. De taal die onze voorouders spraken maar waar wij niets van begrepen behalve als het om eten ging natuurlijk. Ayam, gadogado, telor.

Het leek haar leuk om mijn tante en mij dit ook te leren. Ik greep de mogelijkheid om een taal te leren die terug te voeren is naar de roots van mijn vader en diens vader en moeder met beide handen aan. Dus kan ik jullie nu vertellen: “Saya belajor bahasa Indonesia.” Of te wel: “ik leer Indonesisch.”

Inmiddels hebben we al verschillende lesjes gehad en naast het gezellig bijkletsen leren we ook nog wat bij. Mijn nichtje mag er dan misschien lief, schattig en knap uitzien, maar wat doceren betreft is ze een echte bikkel. Nauwlettend houdt ze de tijd in de gaten en voert ons streng doch rechtvaardig door de grammatica en woordenlijstjes heen. We hebben een cd-rom die we thuis moeten beluisteren zodat de uitspraak goed blijft hangen. Zelf heeft ze het vak op HBO niveau gevolgd maar gelukkig houdt ze rekening met onze toch iet wat vergrijsde hersencellen. De hoofdstukken worden in tweeën gesplitst en voor we aan het volgende gedeelte beginnen herhalen we het voorgaande.

Toen mijn vriendin, die helemaal verzot is op alles wat met Indonesië te maken heeft, dit te horen kreeg sloot ze ook aan bij de groep. Ook haar man liet deze kans niet onbenut. Nu zitten we dus één maal in de week met vijf man om de tafel. De ene keer hier de andere keer daar. Hoewel het ons niet iedere keer lukt om braaf ons huiswerk te maken, wat vaak gepaard gaat met de mededeling dat er dan strafwerk op zal volgen, blijft er toch van iedere les wel iets hangen. Het is erg leuk om nu al woordjes te herkennen en kleine (met de nadruk op kleine) gesprekjes te kunnen voeren met elkaar. Nu alleen nog opzoek naar mensen die ook Bahasa Indonesia spreken om onze nieuwe skills in de praktijk uit te proberen.

Liefhebbers??