Vergeef mij, dat ik je achterlaat… (Deel 2 van 2)

Deel één lees je hier: Vergeef mij, dat ik je achterlaat.

Veel eerder dan verwacht werd ik gebeld door de uitvaartbegeleidster. De vrouw had de dag ervoor in bijzijn van haar man en ouders haar laatste adem uitgeblazen. Ik ben er stil van. Kortgeleden had ik nog met haar om de tafel gezeten. Ze vertelde mij over de ziekte en haar naderende einde. Ze vertelde vol liefde over haar driejarige dochtertje. Het deed mij pijn te weten dat ze haar trots niet kan zien opgroeien. Dat ze er niet voor haar kan zijn wanneer ze haar moeder nodig heeft. Voor haar dochtertje wilde ze een rouwalbum. Zodat ze later, wanner ze het zou begrijpen, terug kan kijken op de uitvaart van haar moeder. Afgezien van mijn persoonlijke ervaring had ik nog nooit een persoon bij leven gekend waar ik nu een uitvaartreportage voor mocht maken. Dit overlijden raakte mij meer dan anders.

Ik sta voor dezelfde deur als een paar weken geleden. In tegenstelling tot de vorige keer is er nu een strakblauwe lucht met zon. Het contrast had niet groter kunnen zijn. De uitvaartbegeleidster laat mij binnen. In de woonkamer tref ik de familie. Haar man. En de vrouw zelf. Ze ligt in een witte kist. Zo sereen. Het is alsof ze ieder moment wakker kan worden. Maar haar mooie helderblauwe ogen heeft ze voorgoed gesloten. Achter mij hoor ik voetstapjes. Als ik mij omdraai kijk ik in twee helder blauwe ogen. Die heeft de jonge dame van haar moeder geërfd. Er vormt zich een brok in mijn keel. Het meisje begint te lachen en neemt hiermee direct de spanning weg. Ik lach terug. Kleine kinderen zijn ontwapenend. Zelfs op een uitvaart. Misschien juist op een uitvaart.

Voor haar zal ik vandaag foto’s maken. Naar de laatste wens van haar moeder. Ik pak mijn spullen om aan de slag te gaan. Ik maak foto’s vanuit verschillende hoeken. Niet alleen van de vrouw in de kist. Maar ook van de kamer, de berg met kaarten, de familie en het meisje. Een moment, voor altijd gevangen. De uitvaartbegeleidster komt binnen en het is tijd om de kist te sluiten. Een heel intiem en verdrietig moment. Er rollen heel wat tranen. Ook bij het kleine meisje die haar vader, opa en oma nog nooit zo intens verdrietig heeft gezien. Ze begrijpt wel dat haar moeder nu voorgoed gaat slapen. Dapper vind ik haar, wanneer ze samen met haar vader de knoppen van het deksel op de kist dicht draait.

Er volgt een wandeling naar de begraafplaats waar de vrouw zelf haar laatste rustplaats heeft uitgezocht. Dicht bij huis. Maar toch zo ver weg… De familie flankeert de kist. Op haar verzoek is iedereen fleurig gekleed. Het ziet er op het eerste gezicht dan ook niet uit als een uitvaart. Zodra de herdenkingsdienst erop zit lopen we over de begraafplaats. Aangekomen bij het graf zie ik twee trossen ballonnen hangen. Zodra de kist de grond inzakt mag het meisje deze ballonnen voor haar moeder loslaten. Ze zullen haar de weg wijzen naar de hemel. Over de kist, die inmiddels niet meer zichtbaar is, tref ik de blik van het meisje. Ze kijkt mij recht aan. Over haar wang rolt een traan. Daarna lacht ze mij weer vrolijk toe.

Eenmaal in de auto, wanneer ik alleen ben, laat ik mijn emoties de vrije loop. Soms is het leven oneerlijk. Zo oneerlijk!! Ik huil, net zolang tot er geen traan meer vloeit.

Verwerken kost tijd… #2

Na het overlijden van mijn vader voelde ik mij heel onrustig. Mijn lichaam en geest zaten niet op één lijn. Wat moest ik toch met dat verdriet? Terwijl mijn eigen gezin en familie er voor mij waren, voelde ik mij verlaten en alleen. Het voelde alsof er een stuk uit mijn lichaam was gehaald zonder dat ik wist waar. Onder woorden brengen hoe ik mij voelde? Dat lukte al helemaal niet. Hij zou dat jaar 60 geworden zijn. Dat is toch geen leeftijd om dood te gaan? Ik was boos, gefrustreerd en heel verdrietig. Afgezien van het overlijden van één van mijn huisdieren had ik nog nooit een rouwproces van zo dichtbij en zo intens meegemaakt.

Van lieverlee kwam het punt van accepteren. Beseffen dat het echt zo is. Dat de rest van het leven doorgaat. Ook dat van mij. Maar dan zonder vader. Het moest een plekje krijgen, werd mij verteld. Dat plekje kon mij gestolen worden. Het is zo’n ruim begrip. Wat moest ik daar nu mee? Alsof je het kunt parkeren in je achtertuin?! Die periode voelde mijn lichaam aan alsof het constant onder stroom stond. Alsof ik een tikkende tijdbom had ingeslikt die ieder moment kon afgaan. Ik wilde rennen tot ik er zelf dood bij neerviel, maar had er simpelweg de kracht niet voor.

Op een druilerige wintermiddag reed ik langs de begraafplaats. Zonder er bij na te denken parkeerde ik mijn auto en liep het terrein op. Niet dat mijn vader daar lag. Hij was naar eigen wens gecremeerd. Mijn overgroot oma ligt daar wel. Nu ik er aan terug denk weet ik niet eens wat ik daar dacht te vinden. Misschien hoopte ik op wat rust. Een klik in mijn lichaam en geest waarna ik alles, of in ieder geval iets, kon loslaten. Ik wist alleen niet precies waar ze lag en heb meer dan een uur gezocht. Ik zag vele graven en las verschillende opschriften maar heb haar niet gevonden. Ik voelde mij nog leger en ellendiger dan daarvoor. Huilend liep ik terug naar mijn auto. Wat dacht ik nu te bereiken?

Er zijn geen boekjes met handleidingen die aangeven welke stappen je moet volgen bij verdriet. Daar komt ook nog eens bij dat iedereen zijn verdriet op een eigen manier verwerkt. Er tegen vechten had geen zin. Ik liet het maar over mij heen komen en besloot per dag te kijken hoe het ging. Toen ik er aan had toegegeven kon ik het ellendige gevoel beter handelen. Er ging wel wat tijd overheen. Of het verdriet ook al een plekje had gekregen kon ik nog niet zeggen. Maar, ik wist er mee om te gaan.

Op een zonovergoten middag, een paar maanden later, reed ik langs de begraafplaats. Ik parkeerde mijn auto en liep het terrein op. In mijn hand één witte roos. Vastbesloten om het graf van mijn oma te vinden. Ik kwam langs verschillende graven en las de teksten. Liep voorbij de grote eik. Bukte bij een graf om een gevallen vaas overeind te zetten. Halverwege het pad draaide ik mij om. Daar lag ze. Gevonden zonder te zoeken. Mijn overgroot oma. Het gemis van mijn vader was groter dan anders, maar de pijn was niet langer schrijnend. Hoewel het nog steeds op mijn schouders drukte en ik zijn verlies met mij mee sleepte, was het dragelijk. Vanaf dat moment wist ik, ik kom er wel…

Vergeef mij, dat ik je achterlaat…

De regen komt met bakken uit de hemel. Het is donker en somber buiten. Zodra ik mijn auto voor de deur van het afgesproken adres geparkeerd heb, blijf ik nog even zitten. Het is een trieste dag en ik moet iets gaan doen waar ik als een berg tegenop zie. Ik haal een paar keer diep adem en stap uit. Ik hoef gelukkig niet lang te wachten voor de deur open gaat. De eerste voorstelronde vind plaats in de gang. Als ik achter de man des huizes aanloop word ik in de woonkamer begroet door een schaterlachende peuter. Aan tafel zit haar moeder met de kleine meid op schoot. Zodra onze blikken elkaar treffen kijk ik in een paar prachtig helderblauwe ogen. Ze zet het meisje op de grond en geeft mij een trillende hand.

Haar man vertrekt naar de keuken om koffie voor ons te zetten terwijl wij alle tweeliefde, moeder en dochter, achterlaten, plaats nemen aan de grote tafel. De woonkamer ligt bezaait met speelgoed, duploblokken en knuffelbeesten. Deze jonge dame komt wat dat betreft niets te kort. Toch trekt mijn maag samen. Ik krijg een brok in mijn keel en voel een pijnlijke steek. Het leven is soms zo oneerlijk. Zonder dat iemand hier iets aan kan doen, gaat het belangrijkste in haar prille leventje haar binnenkort ontnomen worden. Haar moeder.

Alsof ze mijn gedachte kan lezen begint ze te vertellen. Over de diagnose die gesteld is net na de geboorte van haar dochtertje. De slopende ziekte, het verloop hiervan en wat nu nog rest. Ondertussen staat de dampende koffie op tafel inclusief wat lekkers. Maar ik krijg geen hap door mijn keel. Haar ogen beginnen te stralen zodra ze over haar dochtertje begint te praten. Ze is haar lust en, zolang het nog duurt, haar leven. De reden waarom ik gekomen ben is niet alleen een kennismaking met de familie. Maar ook om te kijken of ik iets voor hen kan betekenen op de uitvaart van deze vrouw.

Haar man pakt een dik boek uit de kast en legt het voor mij neer. Het is hun trouwalbum met prachtige sfeervolle foto’s. De foto’s die gemaakt moeten worden op de uitvaart moeten dezelfde stijl en sfeer hebben als hun trouwfoto’s. Ik heb de vraag nog niet gesteld of de man geeft al antwoord. De trouwfotograaf heeft nooit eerder een uitvaart gefotografeerd en had hun een rouwfotograaf aangeraden. De vrouw begint weer te vertellen. “Als ik er straks niet meer ben, wil ik dat mijn dochter een naslag werk heeft. Een trouwboek en een rouwboek. Voor later, zodat ze kan zien hoe het was.” Ze zucht. “Haar vierde verjaardag zal ik naar alle waarschijnlijkheid niet meer mee gaan maken.” Haar man pakt boven tafel haar hand en knijpt er zachtjes in. Even zijn we allemaal stil.

Ik ben ontroerd door haar verhaal. Ze kijkt letterlijk de dood in ogen en toch kan ze zo krachtig vertellen. Want dat heeft ze gelukkig nog, haar kracht en haar wil om te genieten van de tijd die rest. Het moet een verschrikkelijke gedachte zijn om te weten dat ze er straks niet meer is terwijl haar kindje haar zo hard nodig heeft. Bij het afscheid kijk ik haar nog eenmaal aan. Haar helder blauwe ogen zal ik bij onze volgende ontmoeting niet meer zien…

Dit blog verscheen eerder op: Familieberichten.

Tot ooit…

Vanaf je geboorte wandelt hij onzichtbaar met je mee. Hij slaat toe wanneer het hem uitkomt. Hier en daar. Bij jou, bij mij. Hij kent geen genade. Smeekbedes worden niet gehoord. Bij de een kondigt hij zichzelf aan. Voor de ander is hij er totaal onverwachts. Vroeg of laat. Jij en ik, we komen er niet onderuit. De dood maakt voor niemand een uitzondering.

Afgelopen week kwam hij weer, geheel onverwachts, bij mijn familie binnen vallen. Dit keer voor mijn oom. Zijn werkplek leek hem de juiste plaats om toe te slaan.
BAM. Uit het niets…
Hij liep binnen zonder te kloppen en nam hem mee zonder een groet.
Geen afscheid en vaarwel.
Geen knuffel en een zoen.

Lieve Ray
Met slechts 47 levensjaren is jouw reis veel te vroeg begonnen
Wij gaan je vreselijk missen
Tot ooit…

Afscheid, de weg, hemel, dood

Dat mag gevierd worden…

Ik heb nog geen twee passen in de tuin gezet of de voordeur gaat al open. Een gezellige bedrijvigheid komt mij tegemoet zodra ik het huis binnen stap. Ik hoor gelach, geroezemoes en een hoop kinderstemmetjes binnen in huis. Hier had ik mij niet op voorbereid. Het lijkt eerder op een verjaardag dan op een condoleance. Ik maak kennis met de familie en word daarna naar de kamer gebracht waar de kinderstemmetjes vandaan komen. Daar moet ik mij een weg banen door een vijftal met helium gevulde ballonnen die de deur barricaderen. De uitvaartbegeleidster had mij al verteld dat dit een bijzondere familie was en ik mag dit nu aan den lijve ondervinden.

Onder het raam staat een witte kist. In de kist ligt Oma die geflankeerd wordt door een vijftal kleinkinderen met stiften in hun handen. De leeftijd varieert van 4 tot een jaar of 14. Vandaag mogen ze de kist van Oma voorzien van hun eigen boodschap. Een van de koters ziet mij en mijn camera en weet zichzelf even geen houding te geven. Zijn sproeterige gezicht straalt blijheid uit maar zijn ogen vullen zich al snel met tranen. Om het ijs te breken begin ik een gesprek met hem en ik vraag welke mooie boodschap hij mee wil geven aan Oma.

Dat werkt. Hij droogt zijn tranen en trekt mij mee naar de kist. Ik zak door mijn knieën en ben nu net zo groot als hij. Hij toont mij zijn tekening: een zon, een bloem en een vogel. Want waar Oma naar toe gaat schijnt altijd de zon, bloeien er altijd bloemen en leven de dieren vrij. Ook de andere kinderen willen laten zien wat ze voor moois voor Oma hebben gemaakt. Teksten, tekeningen, gedichtjes of een simpel zinnetje als: Ik mis u nu al. Als de kinderen eenmaal over hun verlegenheid heen zijn vertellen ze honderduit.

Vol belangstelling luister ik naar hun verhalen. Langzaam wordt mij duidelijk dat de vrouw in de kist niet zomaar een Oma is. Voor deze kinderen was ze een super Oma die voor ze klaar stond en waar altijd iedereen mocht blijven eten en slapen. Waar griezel- en verkleedpartijtjes gehouden werden. Ze hielp zelfs mee met boomhutten bouwen. De teksten en tekeningen op de kist raken mij. Hoe eenvoudig ook. Dit is hun manier van afscheid nemen. Van de familie heb ik toestemming om alles op de foto te zetten, toch vraag ik dit ook aan de kinderen. Ze hebben er geen moeite mee en wijzen mij trots hun geschreven teksten nogmaals aan.

Als alles op de foto staat loop ik naar de keuken waar ik ontvangen word door Opa. Hij vertelt hoe de uitvaart, die morgen plaats zal vinden, er uit gaat zien en wat hij verder nog op de foto wil hebben. Ik ben nog steeds onder de indruk van de gezellige sfeer in huis. Hij moet lachen en zegt: “Oma gaan we zeker missen! Maar de dood hoort bij het leven en dat mag gevierd worden!” Als ik even later het huis verlaat voel ik mij niet gelaten of verdrietig maar moet ik ook lachen. Als uitvaartfotograaf maak ik best heel bijzondere en verdrietige dingen mee. Deze familie heeft gelijk. Ondanks het verdriet en gemis hoort de dood wel bij het leven, en ook dat mag gevierd worden…

Dit blog verscheen eerder op: familieberichten.nl 

Dankbaar…

In de zomer van 2014 werd ik gebeld door een mevrouw. Ze vertelde dat haar ex-man de dag ervoor was overleden. Het regelen van zijn uitvaart zou voor haar rekening komen. Er waren namelijk geen kinderen of andere familieleden die hierin nog iets konden betekenen. Ook de vriendenclub, die ooit zo groot was, was geslonken tot nog maar drie man. Via de uitvaartbegeleider was ze bij mij terecht gekomen. Ze vroeg mij of het mogelijk was om een aantal foto’s te maken. Niet van de hele dienst, alleen van de opbaring. Hem zelf, de kist, zijn kleding en misschien nog een bloemstuk als dat er al was. De kist zou namelijk gesloten worden door de uitvaartbegeleider zonder bijzijn van de mensen die hij achterliet.

Als ik de parkeerplaats oprijd staan de twee medewerksters van het rouwcentrum mij al op te wachten. Het is 19.30 uur in de avond en er is verder helemaal niemand. Ze zijn speciaal voor mij geopend. Ik word naar een ruimte gebracht die iets groter is dan mijn eigen woonkamer. Een van de dames sluit achter mij de deur. In het midden van de ruimte tref ik mijn afspraak, gekleed in een prachtig pak, één rode roos in zijn hand en liggend in een zwart gekleurde kist.

Ik loop naar de strak afgewerkte kist en laat mijn handen rusten op het voeteneinde. Deze man zou ieder moment zijn ogen kunnen openen. Alsof hij slaapt. De energie in de ruimte voelt bruisend aan. Het is zo anders dat het mij niet lukt om direct mijn camera te pakken. Dus neem ik plaats op één van de bankjes recht tegenover de kist. Ik laat zomaar een aantal minuten aan mij voorbijtrekken terwijl ik deze onbekende man gezelschap houd. Dan wordt het tijd om aan het werk te gaan. In de minuten die volgen zet ik hem zo waardig mogelijk op de foto.

Bijna een jaar na de uitvaart word ik gebeld door de ex-vrouw. Ze vertelde dat het een mooi dienst was geweest. Ondanks dat ze al 15 jaar uit elkaar waren kon ze zijn overlijden niet naast zich neer leggen. Er bleef maar iets aan haar knagen. Na een paar maanden besloot ze de foto’s er bij te pakken die ik twee dagen voor de uitvaart op haar verzoek had gemaakt. Dat was de reden waarom ze belde. Ze had niet verwacht dat het terugzien van haar ex-man, met zijn ogen dicht, liggend in een kist, met de kleding aan die ze zelf had uitgezocht, haar de rust zou geven die ze zocht. Het besef drong nu echt tot haar door. Hij is er niet meer. Vanaf dat moment was het alsof de puzzelstukjes op zijn plaats vielen. De foto’s hadden een klein stukje bijgedragen aan haar rouwverwerking. Het stukje dat zo aan haar bleef knagen. Nu kon ze het voorzichtig een plekje gaan geven.

Na het beëindigen van ons telefoongesprek galmden haar stem nog een tijdje door mijn hoofd. Wat fijn dat ik met mijn werk deze vrouw heb kunnen helpen. Al was het maar een beetje.

uitvaartfotografie Hamar

Dit blog verscheen eerder op Familieberichten.nl

Zijn laatste reis…

Terwijl ik op de gang sta te wachten blijft de stroom met mensen maar toenemen. Ik vraag mij af hoeveel mensen er in dat kleine kamertje kunnen zonder dat men op elkaars tenen aan het dansen is. “Wij komen nog even langs om gedag te zeggen!” Zegt één van de oudere mannen tegen mij. De jongste telg van het gezin komt waggelend aangelopen met zijn speen nog in zijn mond. “Opa toe” roept hij waarna hij door zijn moeder wordt opgetild en ze samen in de kamer verdwijnen. Iemand in de aangrenzende kamer maakt een grapje en de rest moet er hartelijk om lachen.

Na tien minuten komt de stroom mensen in omgekeerde volgorde weer opgang. Het lijkt wel een polonaise. Uk met speen en moeder als eerste. Hij zwaait nog even over de schouder van zijn moeder naar de achterblijver. De laatste persoon, een jonge dame, komt de kamer uit en knikt mij vriendelijk toe. Ik pak mijn spullen en loop als enige naar binnen. Net over de drempel blijf ik staan. Even daarvoor was deze kamer gevuld met heel veel mensen. De ruimte bruist nog van hun levendige energie en ik moet dat even op mij laten inwerken. Nu zijn er nog maar twee mensen over. Hij, en ik.

Het contrast had niet groter kunnen zijn. Voorzichtig loop ik naar het voeteneinde toe. Ik zet mijn tas naast mij neer. Ik kijk naar het onbeweeglijke lichaam dat voor mij ligt, terwijl mijn vingers langzaam de rand van de houtenkist beroeren. Mijn blik gaat van de bloemen aan het voeteneinde naar zijn handen op zijn buik. In zijn handen heeft hij een trouwfoto. De foto is al erg oud. De randen zijn versleten en her en der zitten er scheuren in. Deze foto moet vast veel voor hem betekenen. Voor mij ligt Opa. Zoals de hele familie hem noemt. Opa heeft voorgoed zijn ogen gesloten.

Ik pak mijn fototoestel om foto’s van dit afscheid te maken. Terwijl ik buk zie ik de jonge dame van zojuist bij de deur staan. Ze glimlacht naar mij en komt de kamer in. Voorzichtig legt ze een lok van Opa’s haar goed en begint dan te vertellen. “Hij kon niet meer. Opa was op. Heel zijn leven was hij een jolig en vrolijk mens. Hij vond het fantastisch om andere mensen in de maling te nemen. Zeker zijn kleinkinderen. Het leven is één groot feest! Zei hij altijd. Opa zag nooit ergens de ernst van in. Behalve toen een paar jaar geleden zijn vrouw hem werd afgenomen. Alzheimer. Oma begon van alles te vergeten. Zelfs wie hij was. Maar als hij in haar ogen keek dan zag hij, diep van binnen, nog het vuurtje in haar branden van de persoon die ze ooit was. Na meer dan 65 jaar samen te zijn geweest kwam er door die ellendige ziekte een einde aan.”

Een traan rolt over haar wang. “Ik heb er vrede mee dat hij er niet meer is.” Zegt ze. “Tussen de grapjes door keek Opa uit naar zijn dood. Doodgaan betekende voor hem een weerzien met Oma. Een groter feest kon hij zich niet voorstellen. Terug naar de liefde van zijn leven. Maar oh, wat zal ik mijn Opa missen!” Even ben ik stil. Ik kijk nog een keer naar de foto in zijn handen en begrijp Opa zijn verhaal. De laatste jaren heeft hij de foto gekoesterd als een vervlogen herinnering. Naar iets wat ooit was en waar hij zo naar terug verlangde.

We hebben nog een half uur voor de dienst begint en ik vraag haar of ze mij zou willen helpen met het maken van de foto’s. Samen leggen we de bloemstukken goed. Draperen de linten met tekst. Voor ik aan de foto’s van Opa begin legt ze nog snel een plukje haar in model. Ze lacht als ze mij aankijkt. Opa was ook erg ijdel. Als we klaar zijn lopen we samen naar de aangrenzende kamer. Daar  wordt ook weer gelachen. Ik krijg een champagneglas in mijn handen gedrukt wanneer er een toost wordt uitgebracht. Een man voor in de ruimte heft zijn glas en zegt: “Opa’s laatste reis is begonnen. Op weg naar Oma.”

Ik kijk de ruimte rond. Iedereen heeft er vrede mee, nu Opa’s laatste wens in vervulling is gegaan. Afscheid nemen is niet altijd makkelijk. Iedereen doet dit op zijn eigen manier. Dit afscheid was helemaal in Opa’s stijl. Want zoals hij het zag, was het leven een feest en zijn reis naar Oma het grootste feest van allemaal.

Uitvaartfotografie Hamar

Haar laatste vlucht…

De onrust nam toe. Het was al bijna een jaar geleden dat mijn moeder was overleden en nog steeds hadden we geen mooie bestemming voor haar as kunnen vinden. De begraafplaats zelf was uitgesloten, evenals een urn bijzetten. Wij wilden terug geven aan de natuur wat de natuur ons heeft gegeven. Maar dan wel op zo’n manier dat we er allemaal met een goed gevoel op terug konden kijken. Het kiezen werd bemoeilijkt omdat er ook nog eens heel veel mogelijkheden zijn. Bij mijn vader was het helder. Hij wilde graag op zee uitgestrooid worden. Dit was, ondanks het verdriet dat wij hadden, een prachtige dag geworden. Zo iets wilden we dus ook voor mijn moeder, maar dan met een compleet andere invulling.

Omdat de onrust maar bleef aanhouden en ik aan zo’n beetje niets anders meer kon denken dan aan mijn moeder besloot ik met twee verschillende uitvaartbegeleidsters te praten. Ik wilde ideeën op doen, tips krijgen maar vooral gerust gesteld worden. Elk op hun eigen manier vertelde ze mij vooral geen overhaaste beslissingen te nemen. Als ik er nog niet klaar voor was, dan was het duidelijk nog niet het juiste moment. Net als een uitvaart kun je ook het uitstrooien van het as maar een keer doen. Weg is weg! Hierna lukte het mij om er wat afstand van te nemen en het onderwerp te laten rusten. Er zou zich vanzelf een moment voordoen waarbij mijn gevoel aan zou geven dat het goed was.

Ruim een half jaar na mijn gesprek met de uitvaartbegeleidsters kwam dat moment. Ik zocht iets op internet en kwam onbedoeld op de website van een laatste vlucht. Een website van Marleen en Andreas van Beek. Ze hebben zich gespecialiseerd in ballonverstrooiingen. De ballon wordt gevuld met het as (en helium)en stijgt tot wel 20 kilometer in hoogte. De druk in de ballon is dan zo groot dat hij uit elkaar klapt en het as in de straalstromen terecht komt. Je vind er niets meer van terug. Hoe vaker ik de site bezocht hoe meer mijn gevoel zei dat dit het juiste was. Ik overlegde met mijn zusje die er, gelukkig, het zelfde gevoel bij had als ik. Onze keuze was gemaakt.

Op dinsdag 17 september, de dag dat mijn vader 62 jaar zou worden, zou mijn moeder nog één keer een reis gaan maken om daarna eindelijk te kunnen rusten. Haar reis begon bij ons in de polder. Een plek waar ik haar heel graag nog eens mee naar toe had willen nemen. Maar dat is er helaas nooit van gekomen. De hele ochtend kwam de regen met bakken uit de hemel en het waaide ook nog eens heel hard. Niet iets om vrolijk van te worden. Om 12.15 uur reden we met familie van ons huis naar de polder. Marleen en Andreas waren daar al om de ballonnen te prepareren. Ik voelde met hen mee want het was nog geen minuut droog geweest. Gelukkig hadden ze een grote tent opgezet zodat ze droog konden staan.

Toen we aankwamen en de auto uitstapten werd het in eens een stuk lichter. De donkere wolken weken voor de zon. Een prachtige blauwe hemel scheen ons tegemoet. Het contrast was zo groot, dat ik er kippenvel van kreeg. Zoonlief had een klein gedichtje geschreven, evenals mijn tante en ik zelf. We bonden de opgerolde gedichtjes onder de ballon zodat ze die met zich mee kon nemen naar “boven”. Haar as was verdeeld in vier witte ballonnen. We waren allemaal onder de indruk van de grootte. Zoonlief kreeg een rood hart als ballon. Deze zou mijn moeder begeleiden op haar reis.

IMG_1068Voor we haar lieten gaan haalden we nog wat oude herinneringen op en spraken we een woordje tot haar zelf. Toen was het moment aangebroken. Zoonlief telde af en op het zelfde moment lieten we haar vrij. We hebben nog een minuut of tien staan kijken hoe ze hoger en hoger naar de hemel klom tot ze echt helemaal uit het zicht verdwenen was. Ik had het even moeilijk. Ik moest mijn moeder letterlijk loslaten. Een moment van bezinning en daarna accepteren dat ze er echt niet meer is.

We bedankten Marleen en Andreas voor de goede zorgen en liepen terug naar onze auto. Op dat moment trok het wolkendek weer dicht. Het was gedaan met de zon evenals de mooie blauwe lucht. Langzaam begon het te spetteren en niet veel later regende het.

Nu mijn moeder haar laatste vlucht heeft gemaakt kan ik zelf ook weer iets afsluiten. De cirkel is rond. Hoewel deze dag langzaam een plekje moet gaan krijgen, kijk ik er met een heel goed gevoel op terug. En de zon en blauwe lucht? Dat was vast een cadeautje van gene zijde …

Nog eenmaal…

Een laatste groet

Terwijl het een komen en gaan is van mensen sta ik zo stil mogelijk en probeer één te worden met het meubilair in mijn omgeving. Ik wacht op een teken van de uitvaartverzorgster, die nog druk in gesprek is met de familie voor wie ik gekomen ben. Foto’s maken tijdens het allerlaatste afscheid is mijn taak voor die middag. Ik wacht geduldig tot ze er klaar voor zijn.

Verdriet, angst, boosheid maar ook dankbaarheid en liefde. De lucht vibreert van de emoties in de kleine ruimte, om zich daarna te laten versmelten tot een grote onzichtbare bal. Een bal die zonder vaart te minderen op mij af komt denderen. Een bijzondere familie, dat had ik tijdens de kennismaking al in de gaten, en dat het wat met mij zou doen was te verwachten. Onbewust zet ik een stap naar achteren, alsof ik hiermee de emoties op afstand kan houden.

Twee mensen komen de kamer naast mij uitgelopen, gevolgd door de uitvaartbegeleidster. Ze knikt mij toe. Een teken dat ik naar binnen mag. Ik stap een onzichtbare drempel over en laat het geroezemoes aan geluiden achter mij. De serene rust die nu heerst doet mij huiveren. In het midden van de kamer staat de kist met daaromheen een zee van bloemen en kaarsen. Aan het hoofdeinde zit een oudere vrouw op een stoel. Ze kijkt mij met waterige ogen aan en perst een glimlach op haar gezicht. “Het leven is soms wrang” zegt ze en haar blik verplaatst zich van mij naar haar dochter in de kist. “Wat heb je nu aan een lang leven als je iedereen van wie je houdt achter je moet laten? Eerst mijn man, toen mijn zoon en nu mijn dochter. Allemaal getroffen door kanker.” Ik kijk de oudere vrouw aan en weet niet zo goed wat ik moet zeggen behalve dat ik het heel erg voor haar vind. Het verdriet om het verlies van iemand van wie je houdt is mij maar al te bekend. Maar een kind verliezen … Nee, daar kan ik niet over mee praten. Ik kan mij alleen maar een voorstelling maken van de emoties die nu door haar heen razen.

Ze schuift een stoel op en klopt met haar andere hand op de plek die vrij komt. “Wil je even bij mij blijven?” Vraagt ze. Getroffen door haar blik en de simpele vraag stap ik op de lege stoel af. Ze pakt resoluut mijn hand en even blijven we heel stil zitten. Een moeder zonder dochter, een dochter zonder moeder. “Straks sluiten we de kist. Maar ik wil haar nog één keer vasthouden. Nog één keer aanraken en ik wil haar nog één keer een kus geven. Wil jij dat voor mij vastleggen?” Vraagt ze zonder haar blik van haar dochter los te maken. Ik zeg dat ik dit heel graag voor haar wil doen.

Ik loop naar de andere kant van de kist om haar de ruimte en tijd te geven. In de kamer achter mij hoor ik verschillende mensen zachtjes praten. Het doet de vrouw niks. Ze is op dit moment alleen op de wereld. Zo ferm als ze mijn hand zojuist had gepakt zo teder raakt ze nu haar dochter aan. Ze streelt haar gezicht, haar haar en raakt vervolgens haar handen aan. Ik ben getuige van een bijzonder emotioneel moment en probeer zo waardig mogelijk mijn werk te doen. De vrouw buigt voorover en kust haar dochter voor een aller laatste maal op het voorhoofd. Er vormt zich een brok in mijn keel en even ben ik blij dat ik aan het werk ben. Ik concentreer mij volledig op de fotografie.

Alsof het afgesproken is komt de uitvaartbegeleidster de kamer in. Het is tijd om de kist te sluiten. De oudere vrouw kijkt mij aan. Met haar blik bedankt ze mij voor dit moment. Ik buig lichtjes mijn hoofd uit respect voor haar en haar dochter.

Niet lang hierna wordt de vrouw omringt door haar familie. Ik plaats mijzelf weer op de achtergrond om van daaruit mijn werk te doen. Samen met haar familie sluit ze de kist. De bloemen worden overgebracht naar de aula en de dragers staan klaar om de kist mee te nemen. De uitvaartdienst gaat beginnen. Een bijzondere en mooie dienst die mij nog lang bij zal blijven…

Een laatste groet…

Ik sta in een schemerige ruimte en een allesoverheersende stilte vult mijn oren. Om mij heen staan bloemen, heel veel bloemen. In het midden van de ruimte staat een kist. Het hoofdeinde van de kist wordt geflankeerd door twee kaarsen. De uitvaartbegeleidster vraagt of het zo lukt. Als ik hierop bevestigend knik verlaat ze de ruimte om zich bezig te houden met haar eigen taken. Ik blijf alleen achter met de man in de kist. Hij is niet van plan om ergens naar toe te gaan. Zijn taak op aarde zit er op en zijn volgende reis is reeds begonnen.

Voor de nabestaanden maak ik een uitvaartreportage zodat ze later, in alle rust, nog eens terug kunnen kijken op deze droevige dag. Voor de verwerking, ter herinnering of gewoon omdat ze hier behoefte aan hebben.

Zorgvuldig verplaats ik wat bloemstukken zodat de linten beter zichtbaar zijn. Ik hurk om een foto te maken en kan een rilling niet onderdrukken. De dood wacht niet, het klopt aan op onverwachte momenten. Voor jou, voor mij en nu voor deze man. Tot voor kort een echtgenoot, een vader, een opa.

Had mij drie jaar geleden verteld dat ik mij vandaag de dag bezig zou houden met uitvaartreportages en ik had je uitgelachen. Hoewel de dood mij altijd gefascineerd heeft moest ik er niets van hebben. De gedachten om alleen met een overleden persoon in één ruimte te zijn gaf mij de rillingen. Door zelf het nodige mee gemaakt te hebben, heb ik ook geleerd over drempels heen te stappen. En zie hier, ik sta nu alleen in de ruimte en kijk door het oculair van mijn toestel naar een man die tot voor kort nog midden in het leven stond.

Voor mij een fijne gedachte dat ik deze reportage voor de familie mag maken. Daar heb ik graag mijn eigen grenzen voor willen verleggen en de nodige onzichtbare drempels voor willen nemen.

Terwijl de familie op hun manier afscheid neemt van de man loop ik vast naar buiten. Daar tref ik zes dames aan die klaar staan om de kist te dragen van de aula naar de begraafplaats. Het draagstersgilde is iets waar ik tot voor kort geen weet van had. Iedere keer weer vind ik het bijzonder om dit te mogen aanschouwen. Hun filosofie is: “Ieder mens wordt voor zijn of haar geboorte gedragen door een vrouw. En wanneer dat leven over is, zijn het wederom vrouwen die hem of haar naar de laatste rustplaats dragen. Vrouwen dragen je het leven in en het leven uit”.

De mensen zijn in grote getale toegestroomd om hun laatste eer te bewijzen aan deze man. Als het nodige gezegd is, zijn lievelingsmuziekstuk als laatste wordt gespeeld en de dienst er vervolgens op zit gaan de deuren van de aula open. Het eerste waar mijn oog op valt is de blauwe lucht. Fijn dat de zon de wolken op deze trieste dag heeft weten te verjagen. De draagsters staan klaar om de man naar zijn laatste rustplaats te brengen. Achter de kist loopt zijn familie, gevolgd door vrienden, collega’s en andere bekenden. Bij zijn graf worden nog enkele woorden tot hem en zijn familie gesproken. De hele stoet met mensen loopt nog één maal langs de kist. Dan is het moment ook aangebroken voor zijn vrouw. Ze prevelt een paar woorden, een laatste groet, een afscheid. Met gebogen hoofd en omringt door haar familie loopt ze bij het graf van haar man vandaan om hem daar voor altijd te laten rusten…