Dit jaar maakte mij…

2025… wat een jaar.
Dit keer geen grootse entree, maar fases die stukje bij beetje aan me draaiden, tot ik ineens merkte: ik ben veranderd, in de beste zin van het woord. Het gebeurde niet in één keer. Het was een subtiele verschuiving, maar wel op álle vlakken. Ik voelde het in mijn werk, mijn opleiding tot energetisch coach, mijn (oefen)sessies, mijn eigen groei. Soms ging het soepel, soms stuiterend, alsof een les zich nét iets te graag wilde laten zien. Maar achteraf bleek alles precies in lijn te liggen met wie ik ben en waar ik naartoe beweeg. Met wat ik mocht loslaten en waar ik in mocht groeien.

Dit jaar heeft me verrast, uitgedaagd, wakker geschud, maar vooral: verdiept. In mezelf, in mijn werk, in mijn energetische gevoeligheid, eigenlijk op alle fronten. En als ik terugkijk, zie ik geen lijstje met gebeurtenissen… ik zie lagen. Lagen die zijn losgelaten, geopend, aangeraakt, geheeld.

En nu, aan het einde van dit jaar, voel ik vooral één ding: dankbaarheid. Voor de magie, de onverwachte wendingen, de mensen die op mijn pad kwamen én de stukken die me stevig aan het werk hebben gezet. Ik heb gelachen, gevloekt, gehuild, doorgezet, afgestemd, losgelaten en vooral… gekozen. Voor mezelf. Voor mijn eigen pad. Voor mijn manier van werken, zelfs als die anders is dan hoe het “hoort”.

Als ik terugkijk op dit jaar, zie ik niet alleen wat ik heb gedaan, maar vooral wie ik ben geworden: steviger, zachter, helderder. En ergens voel ik… dit is nog maar het begin. Voor nu las ik een korte blog-winterstop in en ga ik de rest van het jaar heerlijk genieten van dit gevoel en van alles wat nog komt.

Dank aan iedereen die hier meeleest en extra dank aan iedereen die de moeite neemt om een reactie achter te laten. Jullie zijn goud waard!!

Ik wens je een heerlijke, zachte en liefdevolle decembermaand. Tot in 2026…

Op koers in mijn leven...

Wie heeft vaarweer nodig?

Na onze pauze is de vloerbedekking aan de beurt. En dat is helaas geen vloerbedekking die je even snel schoonmaakt. De haartjes en pluisjes hebben zich vastgeklampt als een groep actievoerders op de A4. Ik kruip op handen en knieën over de grond. Mijn hand is inmiddels gevoelloos, mijn knieën doen zeer, en de herrie van de stofzuiger doet mijn oren bijna pijn. Ik vrees dat ik er een lichte gehoorbeschadiging aan overhoud. Het ding produceert meer decibel dan drie dagen Decibel Outdoor bij elkaar.

Het is 25 graden, bewolkt en de regen hangt dreigend in de lucht. Geen ideale dag om te varen, maar wél perfect om de boot eens flink onder handen te nemen. Aan het begin van elk vaarseizoen geven we hem altijd een grondige schoonmaakbeurt. Van binnen en van buiten moet hij er weer uitzien om door een ringetje te halen. De romp wordt elk jaar door de monteur gepoetst zodra de boot voor de winter het water uitgaat, maar van binnen… daar is het eerlijk gezegd nooit écht geschuurd of gepolijst.

Dit is inmiddels de tweede dag dat we druk in de weer zijn. Vandaag staat de binnenboel dus op het programma, en die krijgt een flinke opfrisbeurt. Vriendlief is fanatiek aan het poetsen met een polijstmachine en staat half over het stuur gebogen. Om hem heen liggen allerlei soorten polijstschijven, van super grof tot schapenvacht zacht. Het resultaat is verbluffend: onderdelen die we met geen sopje schoon kregen, glanzen weer alsof ze net uit de winkel komen.

Zelf heb ik eerder op de dag alle ‘ramen’ uit de boot geritst en grondig gepoetst. Net op tijd, want het begon met wat druppels en veranderde al snel in een plensbui. Nu alles weer terug op z’n plek hangt, zie je pas hoe vies die ramen waren. We hebben er zeker een uur extra daglicht bij, zo helder zijn ze nu.

Tijdens een korte koffiepauze luisteren we naar het zachte getik van regen op het dak. Buiten is het nat en grijs, maar binnen is het warm, comfortabel en stil. Nou ja, zolang de stofzuiger of poetsmachine niet aanstaat…

Toch zie je bij ieder stukje boot dat gepoetst, gezogen en gepolijst wordt een duidelijk verschil. Het opknappen geeft voldoening. Tussendoor barst er nog een onweersbui los en komt het opnieuw met bakken uit de hemel. Wij zitten gelukkig droog. De mensen in sloepjes die we halsoverkop terug zien varen hebben minder geluk, drijfnat van de regen. Gelukkig is het niet koud en kunnen ze er nog om lachen.

Het enige wat nu nog rest is het dek. Maar daarvoor is het te nat… en eerlijk is eerlijk, wij zijn ook gewoon een beetje moe. We sluiten ons harde werk af met een overheerlijke fastfoodmaaltijd van de beste snackbar die ik ooit heb geproefd. En zo voelt het naast het harde werken toch een beetje als vakantie in onze dobberende schone en bijna als nieuwe watercaravan.

Waar stilte spreekt en golven wiegen…

Ik lig op het achterplecht van ons bootje. De zon schijnt zacht op mijn gezicht. Voor me zie ik beboste oever, vol bomen die lichtjes bewegen in de wind. Het is als een schilderij van groen en leven. In de takken hoor ik vogels fluiten, roepen, kwetteren, allemaal met hun eigen geluid.

Het water klotst rustig tegen de kade en de romp van de boot. Geen haast, geen rumoer. Alleen de natuur om me heen. Alles is goed zoals het is. Ik hoef niets. Er hoeft niets opgelost, geregeld of gepland te worden.

Ik lig.
Ik luister.
Ik kijk.

En ergens tussendoor valt alles stil.
Niet leeg… Maar juist vol.
Vol zon, geluiden, geuren en rust.

Geen rollen, geen moeten, geen denken. Alleen maar voelen hoe het achter mij warm is van de zon, hoe het onder mij zachtjes wiegt, en hoe de wereld blijft bewegen… Zonder dat ik hoef te duwen.

Ik laat me dragen.
Door het water.
Door de stilte.
Door mezelf.

De boot beweegt zachtjes op de golven en ik dein zachtjes mee. Geen bestemming. Geen richting. Gewoon mee met wat er is.

En ik denk…Hoe fijn het is om even nergens naartoe te hoeven. Gewoon zijn waar ik ben. Met mijn snufferd in de zon en het kabbelen van het water samen met het gefluit van de vogels als achtergrondmuziek.

Een simpel moment.
Maar eigenlijk… precies genoeg.

Herfstige reflecties op 2024…

Het zal niet lang meer duren voor de herfst zich in volle hevigheid gaat laten zien. Stiekem hoop ik natuurlijk dat we getrakteerd worden op niet al te veel regen en wind. Maar dat er een einde is gekomen aan ons vaarseizoen is wel een feit. Als mooi weer mensen doe je ons geen plezier door er met vies weer op uit te trekken. Hoewel ik het wel heerlijk vind om aan boord te zitten als het regent. Dat maakt zo’n gezellig kletterend geluid. Vaarseizoen 2024 gaat helaas niet de boeken in als het jaar met de meest gemaakte vaaruren. 

Het seizoen begon met een dieptepunt. Merlin lag nog geen week in het water toen ze er weer uit mocht. Er bleek een onderdeel stuk te zijn waardoor het koelwater niet correct werd rondgepompt. Een hoop gepiep dat niet wilde stoppen en een oververhitte motor. Een euvel waar we vorig jaar ook al mee kampte maar dat niet correct was gefixt. Uiteindelijk duurde het nog tot juni voor ze terug in haar box lag en we konden varen. 

En zoals we allemaal weten was het begin van het zomerseizoen nogal nat. Toen het eindelijk mooier weer werd waren wij met vakantie. Gelukkig werden we daarna ook nog getrakteerd op fijne dagen. We hebben toen heel wat keren kunnen wakeboarden. Dit deden we in goed gezelschap en hebben er hilarische momenten, toffe foto’s en mooie herinneringen aan overgehouden. 

We deden meer. We gingen geregeld voor de zandbank voor anker om vitamientje D te laden en lekker te chillen. Schoonmoeder en een vriendin werden getrakteerd op een rondvaart met lunch aan boord. We raakten een anker kwijt, die brak spontaan af nadat hij te water ging. Ik besloot hem de week erop te zoeken met mijn SUP maar kansloze missie. En we spraken midden op het water af met vrienden die we al lang niet meer hadden gezien.

Toen vond er op de valreep nog een domper plaats. De accu had het begeven, uiteraard net toen we een chille middag achter de rug hadden en richting haven wilde varen. Gelukkig kon de havenmeester ons helpen. Hij voer naar ons toe met accu en startkabels. Heel verwonderlijk dat ie er mee ophield was het niet. De accu zat er al meer dan 8 jaar in. Dit probleem was sneller gemaakt dan gedacht en zo konden we er nog een paar keer op uit. 

In de laatste week, op de mooiste dag van de maand, is het zelfs gelukt om schoonpa, die vanwege gezondheidsredenen eigenlijk niet meer mee kon, aan boord te krijgen voor een aantal onvergetelijke uren te water. Jammer genoeg is het er niet meer van gekomen om te suppen met vriendinnen in de Biesbosch. Dat doen we volgend seizoen hopelijk beter!

We hebben net onze laatste maaltijd aan boord genuttigd. Overheerlijke frietjes met snacks. want die smaken nergens zo lekker als bij ons in de haven. Met volle buik hebben we het ruim leeg gehaald. Het voor- en achterdek zijn geboend. Alle handdoeken liggen opgevouwen achter in de auto. Al het overgebleven eten en drinken eveneens. De vlag is opgerold. De achtergebleven kledingstukken zijn gesorteerd. Het is altijd weer raar om het seizoen af te sluiten. We zien elkaar nog een keer, wanneer ze uit het water gaat volgende week, maar het gaat het zeker een maand of 6/7 duren voor we het water weer op gaan. 

Funtube, wakeboard en gezelligheid…

“We gaan toch zeker wel het water op deze zondag?” Piept zoon voorzichtig tussen onze conversatie door. “Met 30 graden is het niet uit te houden!” Hoewel wij het over iets compleets anders hebben dan de bezigheden van het weekend denk hij blijkbaar dat we die dagen al gevuld hebben met alle daagse klusjes. Want daar ging het eigenlijke gesprek namelijk over. Zodra hij een bevestigende knik van ons krijgt is hij gerustgesteld. “Gelukkig, want ik wil ook nog wat uitproberen met mijn wakeboard.” Roept hij nog voor hij naar boven vertrekt.

Als de zondag zich aandient is de groep aangevuld met nog twee mensen. Schoondochter en neef zijn ook van de partij. Oh god oh god, zoon en neef bij elkaar staat garant voor “het-kan-nooit-normaal!” Dus ik ben erg blij dat ik niet de enige dame aan boord ben. We hebben net voor de lunch afgesproken in de haven. Snel ritsen we alle “ramen” open, zetten koffie voor onderweg, worden er drankjes uitgedeeld en tovert neef een complete zak met echte Schiedamse “krozanten” uit zijn tas. Die mogen op deze tocht gewoon niet ontbreken. 

We scheuren vol gas naar een strandje in de buurt en gaan daar voor anker om eerst een eenvoudige lunch naar binnen te schuiven. We zijn niet de enige en al snel dobberen er een paar vakantiegangers op luchtbedden rondom de boot. Dit nodigt uit om ook het water in te gaan. Schoondochter besluit dit dan ook te gaan doen. Het water is eerst heel koud maar al snel erg lekker. De heren worden wat ongeduldig dus de tafel wordt opgeruimd terwijl het touw en wakeboard tevoorschijn gehaald worden. 

Het is leuk om links en rechts van ons ook andere watersporters te zien. Wakeboarden, waterskiën, kneeboarden, funtube, het komt allemaal voorbij. Zoon besluit eerst het water in te gaan. Hij heeft er helemaal zin in en heeft op youtube vast wat tricks zitten bestuderen want al snel zien we hem wisselen van been, wat niet helemaal soepel verloopt, en daarna worden de eerste sprongen weer ingezet. Neef duikt daarna het water in. Voor hem is dit de eerste keer. Maar als volleerd snowboarder gaat het hem na twee valse starts goed af. Na een paar minuten achter de boot oogt hij zelfs al wat relaxter. 

Nu de heren geweest zijn mogen de dames ook nog effe boarden. Het gaat er iets rustiger aan toe maar we halen er beide net zo veel plezier uit. Vriendlief besluit de funtubes op te blazen. Dan kunnen we ook zittend nog even uitwaaien achter de boot. Dit tot grote hilariteit van een andere boot (en ons zelf…), die expres voor ons wat hoge golven maakt. Zoonlief is de pineut en vliegt, zoals verwacht, maar door hem niet gehoopt met een niet elegante plons het water in. Zoon en ik besluiten als laatste samen te gaan boarden. Iets wat we nog nooit eerder hebben gedaan. Het lukt en is super tof!!

Totaal gesloopt, (ja ook de jonkies) gaan we op een rustige plek nog een uurtje voor anker zodat de spullen kunnen drogen en wij de tijd hebben om bij te tanken. Met een drankje en wat hapjes maken we het ons gemakkelijk. We eindigen de avond met een ordinair patatje, spierpijn en pijn in de kaken van het lachen. Wat een heerlijke ongedwongen en gezellige dag hebben we achter de rug. Zo mogen er meer zondagen zijn …  

What SUP 4, na een jaar…

“Heb je zin en tijd om mee het water op te gaan?” App ik naar mijn vriendin. Ik heb al meer dan een jaar niet gesupt vanwege een elleboog blessure. Overigens niet opgelopen met sporten maar tijdens het “poep scheppen” op de wei… Vriendin heeft ook al enige tijd een SUP maar had hem tot op heden nog niet uitgeprobeerd. Het werd dus tijd voor een rendez-vous op het water. “Ja ik kan!!!” Appt ze terug. 

Nu hopen we beide op een rustige avond. Zowel wat weer, als recreanten op het water betreft. Want zo’n eerste keer na lange tijd kan wat onwennig zijn. Voor haar is het wel fijn om de SUP te kunnen testen zonder alle rondvarende bootjes. Jammer genoeg zie ik de wind geleidelijk aan toe nemen. Maar zoals het er nu uitziet blijft het onder de 20 km per uur. Voor het mooie is dat eigenlijk net te hard. We weigeren alle twee om af te zeggen. Uit voorzorg mik ik wel een extra setje kleding in de auto. Het zonnetje laat zich in ieder geval wel zien en dat maakt al een hoop goed. 

Eerder dan afgesproken draai ik de parkeerplaats op. En ik ben niet de eerste. Er is daar een feest aan de gang compleet met patatkraam en hossende pubers. Maar gelukkig is er voldoende plek voor ons. Samen pakken we de tassen uit. Die van mij nogal stoffig, die van haar gloedje nieuw. Van vriendlief heb ik bij de aanschaf van mijn SUP een elektrische pomp cadeau gekregen. Dat leek mij eerst nogal overdreven. Maar het ding heeft zijn nut meer dan eens bewezen. De SUP met de hand oppompen is te doen. Maar, vooral de laatste beetjes lucht, zijn loei-zwaar. Nog steeds blij mee dus. 

Iets eerder dan gepland droppen we de SUPS in het water. Heel even moet ik mijn evenwicht vinden. Na een minuut voelt het alweer vertrouwd. We komen er te laat achter dat de peddel van vriendin nog niet strak genoeg aangedraaid is. Iets wat achteraf een simpele handeling blijkt te zijn. Maar voor dit moment wat lastig om de SUP te gebruiken zoals het zou moeten. Halverwege de route ruilen we van peddel zodat ze alsnog even een vaartje kan maken. 

Als we beide onze draai een beetje gevonden hebben besluiten we als eerst tegen de wind in te peddelen. Een groep “wildzwemmers” maakt ook gebruik van dit stuk en is het zelfde van plan. Gelukkig hebben ze allemaal een knaloranje boei om waardoor we ze niet over het hoofd zien. Het restaurant dat we passeren heeft een aardig gevuld buitenterras. We willen niet voor al te veel hilariteit zorgen en peddelen daarom stug door tot we redelijk uit het zicht zijn.

We gaan heel even voor “anker” in de luwte van de haven om de spieren rust te gunnen en wat bij te kletsen. Vervolgens peddelen we nog een stuk achter de zwemmers aan voor we omkeren. We zijn alweer bijna terug als het dan toch bijna verkeerd dreigt te gaan. Vriendin verliest haar evenwicht en in slowmotion zie ik haar al te water gaan. Gelukkig hersteld ze zich net op tijd en blijft op het board. 

Beide hebben we de testronde overleeft. Haar board is goedgekeurd en mijn blessure heeft zich (nog) niet opnieuw gemeld. Nu snel de agenda’s weer naast elkaar voor ronde twee.

Hijs het zeil #2…

Dit weekend hebben we de perfecte weercondities voor een aantal zeiluurtjes. Na mijn enthousiaste vaardag met collega’s beloofde vriendlief om mij de beginselen van het zeilen te “leren”. Ik bel de verhuurder van een paar dorpen verder of ie nog een bootje heeft liggen. Gewoon een simpel bootje, zonder al te veel poespas. Zo een die niet stuk te krijgen is… Vriendlief kan dan wel zeilen, ik moet nog leren en doe daarbij dingen die misschien niet helemaal verantwoord zijn. Geen zorgen zegt de beste man. Hij heeft nog wat liggen en we zijn meer dan welkom.

Bij aankomst worden we enthousiast begroet. Hij oogt vriendelijk en daar ben ik blij om. Want tja, geen idee hoe zijn bootje er na een paar uur met Boor aan boord uitziet natuurlijk. Hij verteld hoe we het beste de zeilen kunnen hijsen. Wat we wel en vooral niet moeten doen. Op wat termen na snap ik niet zo veel van zijn uitleg, hij zou net zo goed Grieks kunnen praten. Maar vriendlief knikt bevestigend. De motor wordt gestart en we krijgen de opdracht om naar de overkant te varen en tegen de wind in de zeilen te hijsen. 

Het is aan mij de taak om de boot tegen de wind in te houden tot vriend het zeil gehesen heeft. Daarna krijg ik uitleg. De giek, gaffel, schoten en vallen, het grootzeil, de fok en het roer. De giek kun je op je gaffel krijgen en daarmee kun je vallen!! Zeer belangrijk: Doet zeer! Blijf daarbij uit de buurt! Is dan ook mijn eerste gedachte. Maar zo zit het toch niet helemaal. Wanneer we een stukje het water opgaan trekt de wind aan en kan het feest beginnen. 

Vriendlief laat mij naast zien ook voelen wat er met de boot gebeurd. Ik krijg nu een beeld bij de termen die eerder voorbij kwamen. Het begint te leven en daardoor blijft het beter hangen. Al snel mag ik het roer en de schoot, das dus het touwtje waar mee je het zeil bediend, overnemen. Ik was nu zelf de baas over hoe hard of zacht we gingen. Het is heel leuk om daar mee te spelen en zelf te ervaren wat er allemaal gebeurd.

Na twee uur gieken, gijpen en vaart maken doe ik iets doms. Ik houd geen rekening meer met de wind maar zet wel mijn bocht in. Daar wordt ik direct voor afgestraft. De giek klapt van stuur- naar bakboord en de hele boot helt over. Even ben ik bang dat we overboord slaan en ik hoogst persoonlijk de boot tot zinken breng. Dat laatste schijnt niet zo makkelijk te gaan maar ik ben daar niet zeker van. Onder veel gegil want “PANIEK”, laat ik roer en schoot los. De spanning schiet van de lijnen en het zijl en we dobberen weer op het water. Naast wat water in de boot, een nat pak voor vriendlief en de schrik bij mij, is er niks aan de hand. Ik weet nu uit ervaring dat je geen “klapgijp” wilt meemaken. 

We varen nog wat heen en weer, hebben een eenvoudige lunch aan boord en na nog een uurtje varen gaan terug naar de haven. Ondanks mijn domme fout was het wel een hele toffe dag. Eentje die naar nog meer smaakt. Nu eens kijken waar ik een goede leerschool kan vinden, want die heb ik wel nodig… 

Hijs het zeil…

“Willen jullie om 07.30 uur verzamelen? Ik wil het liefst rond 07.45 uur wegrijden!” Is de reactie van een collega die morgenochtend dienst doet als taxichauffeur. Op de planning staat het jaarlijkse zeiluitje van onze zusterorganisatie en wij mogen mee. Het is in Biddinghuizen, dus de baas regelde een bus, en de accountmanager wilde wel rijden. Rond een uurtje of 09.00 rijden we de parkeerplaats van de haven op. Het enige minpuntje is het weer. Flink wat wind, donkere wolken en later op de dag wordt er nog een spat regen verwacht. Dat zou de pret niet mogen drukken. Met mijn 4 lagen kleding en een tas met korte broek en regenkleding kan ik de vier-seizoenen-op-één-dag wel handelen. 

Wat ooit begon als een uitje met 30 collega’s is uitgegroeid tot een evenement van formaat. Vandaag zijn er 103 collega’s verdeeld over de diverse activiteiten waaruit vooraf gekozen kon worden. Zeilen, sloepje, kanoën, skûtsjesilen en voor de landrotten een tour op de fiets. Mijn keus is gevallen op een dag zeilen. Dit heb ik namelijk nog nooit gedaan. 

Maar eerst koffie met gebak. Het is leuk om de mensen die ik alleen maar per telefoon of mail spreek nu in het echt te zien. De groepjes zijn eerder al samengesteld en in diverse appgroepjes verdeeld. Zo kon er vooraf afgesproken worden wat er met de lunch en tussendoortjes gedaan zou worden en wie wat mee zou nemen. De organisatie regelt veel, maar niet alles.

Zodra ik mijn groepje gevonden heb hoor ik dat mijn “kapitein” zeilinstructeur is. Ik val met mijn neus in de boter en hoor hem uit op alles wat ik wil weten. Zodra de zeilen zijn gehesen mag ik direct het roer overnemen. Ik krijg de opdracht om richting een eiland te varen waar we gaan aanmeren voor de koffie. Maar eerst mag ik voelen wat er gebeurd als de wind in de zeilen komt. Ik ben als de dood dat we omslaan. Maar dat schijnt niet zo makkelijk te gaan. Het duurt even maar dan durf ik mij er aan over te geven.

We meren aan voor koffie met koek en varen daarna door naar Harderwijk voor de lunch. Ondertussen krijgen we les in overstag gaan, oploeven, gijpen, voor de wind en andere zeiltermen. We komen allemaal aan de beurt om wat bijzondere verrichtingen uit te proberen. Ik wordt steeds enthousiaster en kan niet wachten om de snelheid op te voeren. Scheren over het water en gedragen door de wind. Hoe tof zal dat zijn?! Rond een uur of drie meren we nog een laatste keer aan voor een snack en wat drinken. 

We hebben nog een uur voor we terug moeten, maar dan begint het te regenen. Ik trek snel mijn regenpak aan zodat we daarna met alle wind in de zeilen nog wat kunnen knallen. Helaas, de wind gaat liggen en blijft liggen. Om op tijd terug te zijn besluiten we de motor aan te zetten en koersen aan op de haven. We zijn de laatste groep die binnen komen en mogen direct aansluiten bij de BBQ. 

Volgens mij ben ik de meest enthousiaste collega van allemaal. Ik heb een super toffe dag gehad. Er is een zaadje gepland dat misschien wel uitgroeit tot een nieuwe hobby. Binnenkort gaan we zelf een zeilbootje huren. Eens zien wat er van deze dag is blijven hangen… 

Nee, ik ga niet mee…

Zodra ik de koelbox tevoorschijn zie komen, weet ik al hoe laat het is. Nog heel even heb ik de hoop dat ze mij vergeten maar zodra ik hun kant op kijk en hun blikken vang weet ik wat mij te doen staat. Ik laat al mijn werkzaamheden per direct vallen, de doos die ik aan het slopen ben, de colafles die ik normaal gesproken door de kamer smijt of de bol sokken waar ik mijn snavel zo graag in zet, gewoon omdat het zo lekker voelt om iets kapot te knagen wat vooral niet van mij is, en haast mij met gezwinde spoed terug naar mijn kooi. Ik klauter als een razende Roeland naar binnen en trek in één streep door naar de verste uithoek van mijn kooi. Nee, ik ga mooi niet mee!! 

Terwijl ik op mijn stok en vooral buiten bereik van hun handen aan het kniezen ben, zie ik op de eettafel allemaal lekkere hapjes verschijnen. Ik hoor ze gezellig babbelen over de planning van deze dag. Ze werpen steelse blikken mijn kant op. Ik doe of ik het niet zie en draai mijn kop opzij. Maar dan begint ze tegen mij te praten. Of ik mee ga? Of ik ook wat lekkers wil? Of ik …. Vertwijfeld steek ik mijn poot al uit om terug te klimmen. Nee, de koppigheid neemt het over. Ik ga niet mee!! Ze ziet mijn twijfel en moedigt mij nu aan door het te proberen met lieve woordjes. Maar ik ben onverbiddelijk. Mijn antwoord is nee. 

“Wil je misschien dit stukje?” Vraagt ze even later aan mij terwijl ze aan komt lopen met wat lekkers op een bordje. Mijn kraaloogjes worden groter en groter. Zie ik daar nu een stukje kaas??? Voor ik het weet klim en klauter ik mijn kooi uit. Als beloning eet ik de voor mij eigenlijk verboden lekkernij. Achter mij scharniert het deurtje van mijn kooi dicht en terug is geen optie. “Ooh bugger….” Ik ben er weer ingetrapt. Zo omkoopbaar als de pest! Er zit niks anders op dan in mijn reistas te stappen en mee te gaan varen. 

Ik doe alsof ik overal een hekel aan heb. Kenners van Amazone papegaaien weten dat wij de grootste toneelspelers van alle papegaaien zijn. Althans, wat drama betreft. De kaketoe spant natuurlijk de kroon als het om de clown uithangen gaat. Eenmaal aan boord heb ik het stiekem wel naar mijn zin. We starten met “koffie en koek” voor mij water met een noot. Daarna varen we door de Biesbosch opzoek naar een rustige plek waar we voor anker gaan voor de lunch en wat zonovergoten uren. 

Eenmaal voor anker krijg ik een prominente plek op het voordek waar ik alles prima in de gaten kan houden. Het is een komen en gaan met kleine sloepjes en kano’s. En het leukste van alles zijn de rondvaartboten. Om de zoveel tijd komt er één voorbij, afgeladen met mensen die naar mij zwaaien. Als ik dan enthousiast “Halloooo” terug roep is iedereen door het dolle. Maakt hun rondvaart helemaal af.  

Dit is wel wat spannender dan mijn eigen kooi, die niet zo schommelt overigens. Maar zeg nu zelf: welke huisgaai kan nu zeggen dat ie zo’n uitzicht heeft als ik deze middag!?!

Visit the transition!

Zoals er dit keer op de uitnodiging vermeld stond. Of we weer gezellig met zus mee wilden, bootje kijken. Als zus dit vraagt weet ik inmiddels dat we niet naar zomaar een lullig bootje gaan kijken. Nee, een bezoek aan een van “haar” boten betekend een bezoek aan een groot zwaar kraanschip. De nieuwste en tevens grootste aanwinst van Boskalis. De Bokalift 2. In 2018 schreef ik al over ons bezoek aan de Bokalift 1. De Bokalift 1 wordt vooral ingezet in de offshore-industrie. Met name voor het vervoer van zwaar transport en/of olieplatformen. Een deel van het schip kunnen ze laten zakken zodat het dek onderwater staat. De lading kan er dan zo opgeschoven worden.

Met de komst van de windmolenparken op zee, waar de Bokalift ook haar aandeel in heeft, bleek 1 Bokalift niet meer voldoende. Ze kreeg er een zusje bij. Net als bij de Bokalift 1 is er een bestaand schip omgebouwd tot een nieuw kraanschip. De boot, oorspronkelijk uit 2000, is in 2019 naar Kroatië gevaren om daar het dek leeg te halen. In 2020 is in Dubai begonnen met de echte grote verbouwing. Er kwamen 9000 ton stalen blokken aan beide kanten van het schip bij zodat de stabiliteit vergroot zou worden. Bokalift 2 werd geboren. In China werd de gigantisch hoge kraan bevestigd, die in Singapore getest mocht worden. Daarna voer ze naar Rotterdam.

Dit schip heeft een dekoppervlak van 7500 m2 en een kraan met een hijsvermogen van 4000 ton! De kraan kan ruim 100 meter hoog hijsen. Niet zomaar een bootje dus. Die wilde ik wel eens in het echt zien. Met zijn mega grote lengte past hij niet zomaar in elke haven. Ook moest er in Rotterdam nog eea aan de boot worden toegevoegd. Dus lag ze voor anker bij Mammoet in Vlaardingen. Daar werd tevens de mogelijkheid geboden om dit schip te komen bekijken. 

Het bezoek begon op zijn Boskalis. Met een plein vol eet- en drinkstandjes. Je laten fotograferen bij een greenscreen. De film van het ontstaan van de Bokalift 2 bekijken of een overheerlijke koffie halen bij een van de baristabarren op wielen. Met onze buiken gevuld liepen we over de kade naar het bakbeest aan het einde van de steiger.

Daar moesten we eerst een stelling beklimmen om überhaupt aan boord te kunnen. Eenmaal bovenaan was pas goed te zien hoe hoog we zaten. De echte klim moest nog beginnen. De tour bracht ons door nauwe gangetjes, hoger en hoger richting de brug. Overal stonden mensen om uitleg te geven of kon je informatie inwinnen via de speciaal daarvoor opgehangen borden. Terug naar beneden liepen we langs één van de vele hutten van de 150 bemanningsleden die dit schip kan huisvesten. We liepen door de ziekenboeg, langs de sportschool, de relaxruimte en uiteindelijk waren we op het dek met zijn vele kranen en machines. Pas als je er naast staat is te zien hoe groot alles werkelijk is.

De Bokalift 2 is niet alleen in gebruik voor het plaatsen van windturbineparken. Het kan ook ingezet worden voor ontmantelings- en bergwerkzaamheden. Iets wat Boskalis ook heel goed kan (oa Sueskanaal) Hoewel ik niet werkzaam ben bij Boskalis voelde ik wel een plaatsvervangende trots bij het zien van weer zo’n mega groot project. Al met al was het een leerzame en indrukwekkende dag. 

*Bronnen: Vesselfinder/Boskalis