Wie heeft vaarweer nodig?

Na onze pauze is de vloerbedekking aan de beurt. En dat is helaas geen vloerbedekking die je even snel schoonmaakt. De haartjes en pluisjes hebben zich vastgeklampt als een groep actievoerders op de A4. Ik kruip op handen en knieën over de grond. Mijn hand is inmiddels gevoelloos, mijn knieën doen zeer, en de herrie van de stofzuiger doet mijn oren bijna pijn. Ik vrees dat ik er een lichte gehoorbeschadiging aan overhoud. Het ding produceert meer decibel dan drie dagen Decibel Outdoor bij elkaar.

Het is 25 graden, bewolkt en de regen hangt dreigend in de lucht. Geen ideale dag om te varen, maar wél perfect om de boot eens flink onder handen te nemen. Aan het begin van elk vaarseizoen geven we hem altijd een grondige schoonmaakbeurt. Van binnen en van buiten moet hij er weer uitzien om door een ringetje te halen. De romp wordt elk jaar door de monteur gepoetst zodra de boot voor de winter het water uitgaat, maar van binnen… daar is het eerlijk gezegd nooit écht geschuurd of gepolijst.

Dit is inmiddels de tweede dag dat we druk in de weer zijn. Vandaag staat de binnenboel dus op het programma, en die krijgt een flinke opfrisbeurt. Vriendlief is fanatiek aan het poetsen met een polijstmachine en staat half over het stuur gebogen. Om hem heen liggen allerlei soorten polijstschijven, van super grof tot schapenvacht zacht. Het resultaat is verbluffend: onderdelen die we met geen sopje schoon kregen, glanzen weer alsof ze net uit de winkel komen.

Zelf heb ik eerder op de dag alle ‘ramen’ uit de boot geritst en grondig gepoetst. Net op tijd, want het begon met wat druppels en veranderde al snel in een plensbui. Nu alles weer terug op z’n plek hangt, zie je pas hoe vies die ramen waren. We hebben er zeker een uur extra daglicht bij, zo helder zijn ze nu.

Tijdens een korte koffiepauze luisteren we naar het zachte getik van regen op het dak. Buiten is het nat en grijs, maar binnen is het warm, comfortabel en stil. Nou ja, zolang de stofzuiger of poetsmachine niet aanstaat…

Toch zie je bij ieder stukje boot dat gepoetst, gezogen en gepolijst wordt een duidelijk verschil. Het opknappen geeft voldoening. Tussendoor barst er nog een onweersbui los en komt het opnieuw met bakken uit de hemel. Wij zitten gelukkig droog. De mensen in sloepjes die we halsoverkop terug zien varen hebben minder geluk, drijfnat van de regen. Gelukkig is het niet koud en kunnen ze er nog om lachen.

Het enige wat nu nog rest is het dek. Maar daarvoor is het te nat… en eerlijk is eerlijk, wij zijn ook gewoon een beetje moe. We sluiten ons harde werk af met een overheerlijke fastfoodmaaltijd van de beste snackbar die ik ooit heb geproefd. En zo voelt het naast het harde werken toch een beetje als vakantie in onze dobberende schone en bijna als nieuwe watercaravan.

Herfstige reflecties op 2024…

Het zal niet lang meer duren voor de herfst zich in volle hevigheid gaat laten zien. Stiekem hoop ik natuurlijk dat we getrakteerd worden op niet al te veel regen en wind. Maar dat er een einde is gekomen aan ons vaarseizoen is wel een feit. Als mooi weer mensen doe je ons geen plezier door er met vies weer op uit te trekken. Hoewel ik het wel heerlijk vind om aan boord te zitten als het regent. Dat maakt zo’n gezellig kletterend geluid. Vaarseizoen 2024 gaat helaas niet de boeken in als het jaar met de meest gemaakte vaaruren. 

Het seizoen begon met een dieptepunt. Merlin lag nog geen week in het water toen ze er weer uit mocht. Er bleek een onderdeel stuk te zijn waardoor het koelwater niet correct werd rondgepompt. Een hoop gepiep dat niet wilde stoppen en een oververhitte motor. Een euvel waar we vorig jaar ook al mee kampte maar dat niet correct was gefixt. Uiteindelijk duurde het nog tot juni voor ze terug in haar box lag en we konden varen. 

En zoals we allemaal weten was het begin van het zomerseizoen nogal nat. Toen het eindelijk mooier weer werd waren wij met vakantie. Gelukkig werden we daarna ook nog getrakteerd op fijne dagen. We hebben toen heel wat keren kunnen wakeboarden. Dit deden we in goed gezelschap en hebben er hilarische momenten, toffe foto’s en mooie herinneringen aan overgehouden. 

We deden meer. We gingen geregeld voor de zandbank voor anker om vitamientje D te laden en lekker te chillen. Schoonmoeder en een vriendin werden getrakteerd op een rondvaart met lunch aan boord. We raakten een anker kwijt, die brak spontaan af nadat hij te water ging. Ik besloot hem de week erop te zoeken met mijn SUP maar kansloze missie. En we spraken midden op het water af met vrienden die we al lang niet meer hadden gezien.

Toen vond er op de valreep nog een domper plaats. De accu had het begeven, uiteraard net toen we een chille middag achter de rug hadden en richting haven wilde varen. Gelukkig kon de havenmeester ons helpen. Hij voer naar ons toe met accu en startkabels. Heel verwonderlijk dat ie er mee ophield was het niet. De accu zat er al meer dan 8 jaar in. Dit probleem was sneller gemaakt dan gedacht en zo konden we er nog een paar keer op uit. 

In de laatste week, op de mooiste dag van de maand, is het zelfs gelukt om schoonpa, die vanwege gezondheidsredenen eigenlijk niet meer mee kon, aan boord te krijgen voor een aantal onvergetelijke uren te water. Jammer genoeg is het er niet meer van gekomen om te suppen met vriendinnen in de Biesbosch. Dat doen we volgend seizoen hopelijk beter!

We hebben net onze laatste maaltijd aan boord genuttigd. Overheerlijke frietjes met snacks. want die smaken nergens zo lekker als bij ons in de haven. Met volle buik hebben we het ruim leeg gehaald. Het voor- en achterdek zijn geboend. Alle handdoeken liggen opgevouwen achter in de auto. Al het overgebleven eten en drinken eveneens. De vlag is opgerold. De achtergebleven kledingstukken zijn gesorteerd. Het is altijd weer raar om het seizoen af te sluiten. We zien elkaar nog een keer, wanneer ze uit het water gaat volgende week, maar het gaat het zeker een maand of 6/7 duren voor we het water weer op gaan. 

Een zandbank…

De ankerketting maakt een ratelend geluid als hij uit zijn “huis” getrokken wordt. Normaal hoor je een plons als het anker te water gaat. Met een kleine ruk trekt de boot zichzelf vast en klaar. Nu waad er iemand door het water gevolgd door de woorden: “Zal ik hem hier maar neerleggen?” Ik zie vriendlief met het anker in zijn handen door het water lopen. Dit is echt de meest lachwekkende manier om je boot voor anker te laten. Hij zoekt een kuil op en graaft het anker een soort van in. Wanneer deze vast ligt kan de motor uit. Een serene rust daalt over ons neer. 

Normaal zoeken we de zandbanken niet op. Die vermijden we liever dan dat we er op vastlopen. Ingegeven door een schipper die vorige week het zelfde deed, liggen we nu zo’n beetje op diens plek. Er is een verschil, zijn bootje was iets hanteerbaarder dan Merlin. Voor we een goede spot gevonden hebben moeten we een paar keer verplaatsen en wat steken. Maar nu liggen we goed. Het anker ligt uit en vriendlief kan eindelijk, aangemoedigd door Groene Draak die ook mee is, doen wat ie wil doen. De boot rondom poetsen. 

Hij staat tot aan zijn middel in het water maar als hij naar voren loopt komt het water niet hoger dan zijn knieën. Ik besluit aan boord te blijven en installeer mij op het voordek. Een tapijt van kroos en alg heeft een deel van wat normaal een bewaadbare plek is omgetoverd tot een moerasachtig gezicht. Het heeft wel wat met de vogels die er zijn neergestreken. Er zitten aalscholvers, eenden, heel veel zwanen en wat reigers. De meeuw hoor je uiteraard boven alles uit. Maar het water rondom de boot is zo helder dat we de wissen kunnen zien zwemmen. 

Ik word loom van de gestaag oplopende temperatuur. Mijn geest is overigens zo geconditioneerd dat ik al loom wordt op het moment dat ik de boot in het oog krijg. Dit is zo’n dag dat ik het laat gebeuren. Ik vecht niet tegen de moeheid. Eigenlijk wil ik maar één ding en dat is liggen en mijn ogen sluiten. Dat is dan ook wat ik doe. Daarna laat ik mij meevoeren door de geluiden om mij heen. De wind streelt mijn door de zon opgewarmde huid en ik laat mij dragen door het gekabbel van het water tegen de romp. 

“Waar is die spuitbus?!” Lang geniet ik niet van mijn doezel moment. Als ik mij omdraai staat vriendlief aan de zijkant van de boot met een borstel en een poetsdoek in zijn hand naar mij te kijken. “Spuitbus?” Herhaal ik. “Om spinnenpoep te verwijderen!” Vult hij aan. Als je denkt dat pubers af en toe een rommel kunnen maken, neem dan eens wat spinnen in huis. Of in ons geval, aan boord. Spinnenrag hecht zich als lijm en de uitwerpselen bijten in het materiaal. Na enige tijd is dit niet meer normaal te verwijderen met alleen wat water en zeep. 

Na een uur klimt vriendlief weer aan boord. Moe maar voldaan. Merlin is helemaal rondom gepoetst en dat was nodig ook. Dat we nooit eerder op dit idee gekomen zijn vragen we ons beide af. De rest van de middag gaan we in de relaxmodus en genieten we vooral van het zonnetje en de rust op het water. 

Te water…

De start van het vaarseizoen is over het algemeen rond 1 april. En dit jaar waren we maar een week of twee later. Dus met het paasweekend lag Merlin weer als een vis in het water. Dat had nog wel wat voeten in aarde. De monteur die dit in eerste instantie zou doen bleek met de noorderzon vertrokken. Niemand weet waar die gast gebleven is. Gelukkig konden we met kennissen en kennissen van kennissen, het een en ander regelen waardoor wij niet veel hinder hebben ondervonden van zijn fratsen. Maar voor sommige van zijn klanten bleek het begin van dit vaarseizoen jammer genoeg iets minder tof te beginnen. 

De kennissen hadden Merlin al mooi rondom schoon gespoten. Maar de binnenkant kon na een winterseizoen op de kant wel een poetsbeurt gebruiken. Terwijl Zoonlief het hele paasweekend volgepropt had met feestjes, uit eten gaan, eieren zoeken en nog meer feestjes konden wij eerste paasdag mooi gebruiken om de boot schoon te maken. Vriendlief begon met het schrobben van het voordek en ik nam het binnenwerk voor mijn rekening. Na een broodje en een bak koffie ging vriendlief verder met de bekleding en ritste ik alle “ramen” los zodat ook die eens grondig schoon gemaakt konden worden. 

Het is echt bizar hoe smerig alles kan worden. Toch staat ze in het winterseizoen binnen en is alles zo goed als dicht. Maar na een dag ons flink uit de naad te hebben gewerkt glimt en blinkt Merlin weer. Nou, bijna dan. We doen nog een kop koffie met een koek en houden het voor gezien. De poetsspullen kunnen weer mee terug naar huis en wat we dit seizoen op het water nodig hebben blijft aan boord. 

2e paasdag is het wederom zalig weer. We besluiten er lekker op uit te gaan. Net voor we weg gaan komt Zoonlief binnen gestormd: “Oh gelukkig jullie zijn nog niet weg. Ik wil graag mee!” Ik kijk hem wat meewarig aan. Stukje varen en voor anker is niet bepaald zijn ding, want te gezapig. En het water is echt nog veel te koud om te gaan wakeboarden zonder suit. Maar nee dat was allemaal geen probleem. Na al het feesten was ie ff toe aan bijtanken en zonnen op een rustige plek. Nou dat begreep ik helemaal!

Dus rijden we met een volle auto naar de haven om onze eerste vaart te maken en tegelijk wat vitamientje D op te doen. Het water is als een spiegel. “Echt perfect wakeboard weer.” Zegt Zoonlief nog even quasi nonchalant. Ik kijk hem met een schuin oog aan. Ik zeg hem dat ie het echt wel mag proberen maar dat ik hem niet wil horen klagen over de kramp in zijn lichaam en half afgestorven ledematen! Want dat is wat water van amper 13 graden met je doet. Gelukkig is hij zo wijs om het voordek te verkiezen boven het ruime sop. 

Zelf blazen we de kano op voor een stukje sportief toeristisch geklungel in de Biesbosch. We maken een tourtje langs het schiereiland waar we voor anker liggen. Worden belaagd door de ganzen een stukje verder. Lopen vast aan de bodem, want eb en genieten van de roofvogels die boven ons vliegen. Niet verkeerd om al dobberend wat bij te kleuren.

Rond etenstijd komen we weer aan in de haven en laten ons aan boord verwennen door de plaatselijke friettent. We hebben het wel eens slechter getroffen tijdens de paasdagen…

De laatste vaart…

Begin oktober
De eerste 10 dagen van de maand oktober vlogen om. De overgang van zomer naar winter geeft een fijner gevoel wanneer dit vriendelijk gebeurd. Op zo’n manier dat de herfst bijna een cadeautje lijkt. Begin oktober was het regenachtig en vies weer maar gelukkig waren er ook een paar hele mooie nazomerdagen. Dagen waarop je bijna zou vergeten dat het al oktober was. Voor ons betekende dit naast werken ook veel buiten zijn en afscheid nemen van Merlin. Het boot- en vaarseizoen zit er voor dit jaar weer op.

Terugkijkend is het echt een belabberd watersport seizoen geweest. Door omstandigheden lag de boot pas een maand later dan gepland in het water en hadden we de hele maand mei zo’n beetje regen. Echt lange vaartrips hebben we niet gemaakt en ook is er maar een enkele keer iemand mee geweest. Nee, dit jaar was niet bepaald een watersport jaar dat de boeken in gaat als top jaar. Maar ach zo valt hopelijk volgend jaar des te meer op. Want daar hebben we nu onze zinnen op gezet. Een eerste afspraak op het water met familie staat nl gepland voor in het voorjaar.

Aan al het goede en iets minder goede komt dus een einde. Gelukkig is het weer ons nog even goed gezind. En ik denk zomaar eens dat dit een van de laatste mooie weekenden is die is aangebroken. Met wat extra lege tassen reizen we af naar Merlin want ze zal voor een groot deel leeggehaald en opgeruimd moeten worden. 

Maar eerst nemen we het er nog even van. Het is rustig in de haven. Een hoop boten liggen nog in het water maar het zal niet lang meer duren voor een groot deel op de kant staat. We varen uit op weg naar een van onze vaste ankerplaatsen. Het water is spiegeltje glad. Heerlijk wakeboardweer maar daar is het (voor mijn gevoel) nu iets te laat voor. Ook op het water is het heel rustig. Hier en daar ligt een boot voor anker. De rondvaartboot doet nog wel zijn ding en ook het voet- en fietsveertje is nog van de partij. 

Als we op onze plek liggen genieten we nog even extra van het zonlicht, de rust en het kabbelende geluid van het water tegen de romp van de boot. Na een paar uur dobberen wordt het tijd om terug te gaan. Eenmaal weer in de haven moeten we nog even flink aan de slag. De koelkast moet leeggehaald worden. De vriezer, haha ja die zit er ook in, moet ontdooit worden. Verder moeten alle waardevolle spullen mee naar huis. Alle handdoeken, kledingstukken, slippers en andere schoenen die in de loop van het jaar achter gebleven zijn verzamel ik en gaan ook mee. 

Na een tijdje staan we met een aantal flink gevulde tassen op de steiger. Vriendlief loopt Merlin nog eenmaal na om te zien of we echt niks vergeten zijn. Of voor nu, alle lijnen en trossen goed vastliggen en de raampjes open, dan wel dicht zijn. 

De monteur is reeds gebeld. Hij komt Merlin een dezer dagen uit het water vissen. Ze wordt dan schoongemaakt, nagelopen en winterklaar gemaakt voor ze voor een paar maanden naar de binnenloods verdwijnt. Nu duimen dat het volgend jaar in alle opzichten een beter watersport seizoen mag worden. 

Dinner with a view…

Begin mei: 

“Wat wil je eten vanavond?” Vraag ik vriendlief. “Dat mag jij verzinnen, want ik heb de afgelopen twee dagen al iets bedacht.” Krijg ik als antwoord. “Nou precies!” roep ik weer. “Drie maal is scheepsrecht, toch?” Het is eigenlijk al te laat om nog even op mijn gemak op internet te struinen en iets origineels te bedenken. Uiteten is ook nog geen optie. Of toch wel??

“Ik heb een idee!!” Roep ik. “Zullen we naar de haven rijden en daar iets gaan eten?” Ik krijg eerst en verontwaardigde blik mijn kant opgeworpen. “Alles is nog dicht!?” Dat is waar. Maar je kunt er wel afhalen. “We halen gewoon wat bij een van de tentjes op de hoek.” Is mijn antwoord. Het waait en de regen komt zo nu en dan met bakken uit de hemel. Niet echt lekker vaar-weer. Maar we gaan dan ook helemaal niet weg met de boot. We gebruiken hem als uitvalsbasis voor een avondje weg. Vanavond is hij ons drijvende restaurant. We gaan sinds tijden weer eens uit eten! 

Als we de brug over en van provincie gewisseld zijn komt daar plots de zon te voorschijn. Stiekem hoop ik op een omslag in het weer. Begrijp mij niet verkeerd. Ik ben een echt mooi weer mens. Maar het geeft net wat extra sfeer als je warm binnen in de “tent” zit en de druppels gestaag op het dak roffelen. 

Wanneer we de hoek om rijden zien we de haven baden in het zonlicht. De lucht achter mij is donkerder en onheilspellender dan ooit. Dat heeft ook wel weer iets bijzonders. Hoewel de wind is gaan liggen kan het nog alle kanten op. Het is begin mei maar een hoop boten liggen nog op de kant. Het is dan ook helemaal niet druk. Wel met campers. Sinds de haven een speciale camperplek heeft gemaakt staan er altijd wel campers en caravans. Het geeft mij een extra vakantie gevoel. 

Voor zover we kunnen zien is de keus niet heel erg groot. De restaurants om de haven heen zijn dicht maar de laan met diverse snackbars is wel open. Pizza, Chinees, shoarma of de patatboer? We besluiten voor het laatste te gaan. Als de keus eenmaal is gemaakt gaat vriendlief het ophalen terwijl ik de tafel voorzie van de nodige eetgerij. 

Vanaf de boot zie ik hem alweer aankomen. Waar we in het verleden ook uit eten zijn gegaan, het  is nog nooit zo snel opgediend. Misschien komt het door de andere omgeving of door de sfeer. De patat smaakt hier in ieder geval echt heel erg lekker. Het is een combinatie tussen Bramladage en zelfgemaakte frites. Knapperig van buiten, zacht van binnen. En de ordinaire kaassouflee smaakt hemels, om over de saus nog maar niet te spreken. 

Inmiddels verbergt de zon zich achter een flinke donkere wolk. Het duurt dan ook niet lang voor het begint te regenen. Omdat we de “tent” helemaal kunnen sluiten zitten we heerlijk uit de wind. Normaal helemaal niet zulk tof weer maar voor nu precies perfect. Voeg daar een vleugje van een licht schommelende boot bij terwijl de dansende regendruppels op het dak de sfeer compleet maakt. Genietent eet ik mijn laatste frietjes en begin daarna aan mijn (nog steeds niet gesmolten) milkshake. Prima avondje uit dacht ik zo!

What Sup, in de Biesbosch …

Het is midden in de week en we zijn beide een dag vrij. Het vaarseizoen loopt bijna op zijn eind. Dus nu het weer nog goed is besluiten we om er nog even met de boot op uit te gaan. Mijn SUP gaat ook mee. Het is lang geleden dat ik alleen een tour gemaakt heb. Ik ga liever met iemand anders het water op. Zoals de laatste keren. Maar heel af en toe is het fijn om alleen op pad te gaan. Een met mijn gedachte tijdens een work-out in de natuur. 

Onderweg passeren we een paar boten maar eenmaal op onze “eindbestemming” is het ernstig rustig. Op een enkele boot die voor anker ligt en een verdwaalde kanoër na is het er eigenlijk helemaal stil. Het contrast met afgelopen zomer had niet groter kunnen zijn. Toen lagen de strandjes hier vol met alle denkbare boten en was de jeugd uit alle omliggende plaatsen hier te vinden. Overal waar je keek voeren boten en alle steigers waren bezet. Nu dus niemand. 

Vriendlief zwaait mij uit terwijl mijn soloreis begint. De aller eerste ontmoeting is met een schildpad. Hij ligt op zijn gemakt te zonnen op een stronk tegenover de boot. Niet gehinderd door toeristen en waterrecreanten. In totaal kom ik er vier tegen. Waarvan er drie voor mij op de vlucht gaan en in het water springen. Aan de waterkant bloeien de laatste zomerbloemen en overal vliegen de waterjuffers met mij mee. 

Ik heb het nog nooit zo helder gezien in dit deel van de Biesbosch. Op sommige plaatsen is het zeker drie meter diep en nog zie ik de bodem. Zolang ik niet beweeg ben ik geen gevaar voor de vissen. Al snel zie ik ze onder mijn sup door zwemmen. Zodra ik mijn paddel in het water steek schieten ze er pijlsnel vandoor. Wanneer ik hier in de avond zou suppen zou ik waarschijnlijk ook bevers kunnen spotten. Eerder al zag ik hier een ree tussen het riet. 

Dan kom ik op een stuk met heel veel waterplanten. Het zijn er zoveel dat ontwijken geen optie is. De strengen strekken zich als lange tentakels naar mij uit. Als gehypnotiseerd blijf ik er naar kijken terwijl ik er overheen paddel. Ik kan ze bijna horen roepen: kom hier, hier is het mooier!! Ik moet oppassen dat mijn vin er niet in blijft hangen anders lig ik er zeker weten tussen. 

Opeens vraag ik mij af of het beeld er vanuit de hemel ook zo uitziet? Als je naar beneden kijkt zie je een compleet andere wereld. Maar je kunt nooit onderdeel worden van het geheel dat onder je zichtbaar is. Een bijzondere gedachte die nog even bij mij blijft. De familie zwaan haalt mij uit mijn mijmeringen. Ze zijn niet blij met mij, ondanks dat ik nog een flink eind bij ze vandaan ben. Ik kies eieren voor mijn geld en keer om. De ganzen zijn mij liever gezind. Ik krijg van hun een vrije passage naar de overkant van het water. 

Op de terugweg passeer ik lege stranden en nog meer lege aanlegsteigers. Ik zie het helderste water dat ik ooit gezien heb. Wauw, ik realiseer mij opeens dat dit natuurgebied helemaal tot leven is gekomen nu het er uitgestorven is… 

What SUP…

Hij stond al even op mijn verlanglijst. Het is er echter niet eerder van gekomen dan begin mei. Eerst werd het winter met smerig vies weer. Vervolgens kwam corona de hoek om janken. Weg vrijheid!! Gelukkig werden de teugels na een paar weken iets gevierd en dat vierde ik door mijn eigen (inflatable) SUP aan te schaffen. Eindelijk!!

Eerst werd ik uitgelachen door Vriendlief. Staand paddelen? Daar is toch geen hol aan! Dat is direct het grote verschil tussen ons. Ik vind het heerlijk om neurotisch actief bezig te zijn. Terwijl hij het liefst een versnelling terug neemt. Toegegeven, dat kan ook fijn zijn. Maar niet te lang. Anders blijf ik in die lethargische modus hangen. Wij gaan ook wel eens samen kanoën en dan hoor ik geregeld: “doe eens rustig!” Of “paddel niet zo snel!” Terwijl ik denk: Schneller, Schneller!!

Ik wilde dus al enige tijd mijn waterhobby uitbreiden met iets actiefs. En nu ligt het hele gevaarte midden in mijn woonkamer. In de doos leek hij niet zo groot. Maar eenmaal “opgeblazen” is de plank 3.20 meter lang. Oh boy, als dat maar goed gaat komen. Het duurt ook nog eens drie dagen voor ik hem kan uittesten op het water. Gelukkig is het precies die dag super zonnig en goed weer. 

We varen uit met Merlin en gaan op zoek naar een testspot. Het is dan wel 26 graden, er staat wel een redelijke wind en het water is ook niet al te rustig. Omdat het weekend en lekker weer is, is het ook drukker op het water dan anders. Grote boten, sloepjes, motorboten en zelfs zeilbootjes passeren ons en wij hen. Als het hier lukt, houd ik mijzelf vol, lukt het overal. Een slim mens boekt eerst een les. Maar ja, corona… 

We vinden een mooie plek en gaan voor anker. Een paar meter verder is een baai met laag water, zandbodem en geen andere boten. De stroom en golfslag is hier ook een heel stuk minder. Uit voorzorg trek ik toch mijn wetsuit en zwemvest maar aan. Er is een reeële kans dat ik te water ga en dat is op dit moment nog niet warmer dan een graad of 17. 

Het oppompen van de SUP duurt een minuut of 8. Hiermee heb ik direct mijn warming-up te pakken. Heel voorzichtig schuif ik van de boot op mijn SUP. Dat voelt op zijn zachtst gezegd wat onwennig. Ik blijf de eerste paar minuten op mijn knieën zitten om het gevoel en evenwicht te vinden. Ik paddel tegen de stroming in richting de baai en pak direct mijn eerste golfjes mee. *Wiebelig*

Dan moet ik gaan staan, wat zowaar direct lukt. Even voelt het alsof ik voor het eerst met mijn snowboard boven aan de rode piste sta en mij afvraag hoe ik in vredesnaam heelhuids beneden moet komen. Ik krijg toch de slag te pakken. Hoe harder ik paddel hoe makkelijker het gaat en hoe stabieler ik sta.

Meer dan een uur ben ik bezig om mijn board te leren kennen. Daarbij heb ik een complete workout achter de rug. Dat merk ik pas als ik kei moe en enigszins trillend terug op de boot klim. Maar ik ben als een kind zo blij!! De spierpijn die ik de volgende dag voel neem ik voor lief. Dat went vanzelf. Ik kan niet wachten om mijn eerste tourtjes te gaan maken… 

Moai supboard in het water.

MOAI SUP 10’6

 

 

De laatste vaart…

Normaal varen we enkel met prettig weer. En daarmee bedoel ik een zonnetje, windkracht 0 en vooral geen regen. Maar nu de herfst al enige tijd huishoud en nog niet van plan is om te wijken voor de laatste zonnestralen van het jaar, besloten we onze “goedweer-vaar-mentaliteit” even overboord te gooien. Bikkels dat wij zijn, gaan we op onze vrije woensdag toch naar Merlin. In de hoop op wat rustig en vooral droog weer. 

De hele weg er naar toe komt het met bakken uit de hemel. De ruiterwissers maken overuren. Let op mijn woorden zegt Vriendlief. Zodra we aankomen schijnt de zon. En wel ja. Eenmaal op de parkeerplaats, waar de bokken en tonnen al klaar staan voor de boten die de wintermaanden op de kant doorbrengen, is het droog en schijnt de zon. Alsof het zo is afgesproken is er zelfs blauwe lucht zichtbaar. Een klein strookje maar het is er. 

Er is zoveel water gevallen dat het zelfs buiten zijn oevers treed. En de trap naar de steiger? Die staat bijna horizontaal. Zoals altijd doen we eerst een bak koffie. Daarna maken we de boot klaar voor vertrek en varen uit terwijl het zonnetje ons toelacht. Maar we zijn nog geen twee minuten weg of het begint alweer voorzichtig te regenen. Er is geen pleziervaart te bekennen. Wat begrijpelijk is, want echt plezierig is het niet met dit weer. Dat het nu zo rustig is heeft wel zijn voordelen. Eindelijk kunnen we ook eens aanleggen bij een steiger waar het normaal wemelt van de boten.

Dat doen we dan ook. Wanneer Merlin eenmaal vast ligt gaan we eerst eens op verkenningstocht. Er is een wandelpad dat geen idee waar naar toe leidt. De mogelijkheid om echt te ontdekken wat daar nog meer te zien is hebben we niet want daar is de regen weer. We lopen snel terug naar de boot waar we droog en uit de wind zitten. Ik verbeeld mij hoe de regendruppels al vallend pirouettes maakt terwijl het uiteindelijk uit elkaar spat op ons dak. Het maakt zo’n gezellig en knus geluid terwijl wij in de “voortent” van onze drijvende “caravan” zitten en van het uitzicht genieten. 

Er zijn wel geteld twee boten voorbij gekomen in al die tijd dat wij hier liggen. Niet druk op het water dus. Inmiddels is het lunchtijd, gevolgd door koffietijd. Wanneer de zon zich even laat zien is het super warm. We ritsen de “voorruit” los en kunnen zo toch lekke in de zon zitten. Terwijl vriend het er even van neemt pak ik mijn boek en wat lekkers. Zo brengen we de komende paar uur door. Geen hinder van de regen en toch lekker in de zon wanneer deze zich laat zien. 

Als de klok 16.00 uur aangeeft is het welletjes geweest. De wind is ook flink aangewakkerd. Hierdoor is het nog knap lastig om Merlin weer in zijn box te krijgen. Hij is licht en vrij hoog waardoor we een speelbal zijn voor de wind. Maar met een paar keer steken lukt het. Wanneer alle touwen weer zijn vastgemaakt begint het te hozen. We zijn dus net op tijd binnen. Zoals het er nu naar uitziet zou dit wel eens de laatste vaart van het jaar geweest kunnen zijn… 

 

Boot bij aanlegsteiger.

 

 

***

De eerste dag…

De kofferbak gaat nog maar net dicht als ik de laatste tas in de auto gepropt heb. Er gaat wel heel veel mee. Maar het is dan ook onze eerste dag op het water sinds Merlin deze week weer op zijn vertrouwde plek in de haven ligt. Alles moet bevoorraad worden. Om nog maar niet te spreken over de kleding die meegaat. Het kan alle kanten op wat weer betreft. En hoewel onze drijvende caravan een dak heeft, hebben we het niet graag koud.

Bij aankomst volgt eerst maar eens een flinke schoonmaak. De eenden hebben nogal huisgehouden op de steiger die hierdoor te smerig is om op te lopen. Zodra wij binnen zitten komt er een aalscholver aanvliegen. Hij neemt plaats naast de nep-kraai, die aan het einde van de steiger op wacht staat om gespuis, zoals dit soort vogels, weg te houden. Met zijn houterige verschijning is hij duidelijk niet indrukwekkend genoeg. Misschien moeten we er één neerzetten met een bewegingssensor. De aalscholver heeft net een bad genomen en spreidt zijn vleugels om te drogen in de zon. Het ziet er prachtig uit van zo dichtbij. Onze buren, zowel links als rechts zijn er overigens ook nog niet, of zijn al uit varen. 

Er liggen nog wel meer boten op de kant maar niet zo veel meer als vorig jaar rond deze datum. Na het poetsen volgt zoals gebruikelijk een bak koffie met een koek. Dan kunnen de trossen los. Na vijf maanden niet gevaren te hebben moet ons lichaam weer even wennen aan het deinen op de golven. Het is niet heel erg druk op het water en dat verbaasd mij. Met de paasdagen zou je zeggen dat veel (water)mensen er op uit trekken met de boot. We varen naar de overkant en gooien het anker uit. Lekker even dobberen in de zon. 

Ik ga achter op het dek zitten, uit de wind maar wel volop zon. Wanneer vriendlief mij een bak koffie komt brengen is het eerste wat-is-het-hier-heerlijk-gevoel compleet. Rechts van ons springen drie kids in het water. Het water is echt niet warmer dan 16 graden. Ik voel met mijn grote teen hoe koud dit precies is. Hoewel ik mij voorgenomen had dit jaar meer bikkel te zijn sla ik echt nog even over. Ze houden het aardig lang uit. De zon speelt verstoppertje en na even aanwezig te zijn is ie weer voor een tijdje weg. Als het afkoelt besluiten we terug naar de haven te varen. 

Bij terugkomst worden we begroet door moedereend met negen heel kleine kuikentjes links. De Aalscholver op de volgende steiger. Ruziënde futen (die maken een herrie!) rechts en waterkipjes met kleintjes voor ons. Echt heel schattig al dat kleine volk rond de boot. Ik mag ze van vriendlief niet voeren. Want als ze eenmaal weten waar eten te halen valt krijg je ze, zelfs met 100 nep-kraaien niet meer van je boot. Het blijft dus bij foto’s maken. In de haven is het windstil waardoor we nog zeker een uur of twee blijven luieren voor we besluiten weer naar huis te gaan. Ja, dit was een prima eerste dag op het water. Kom maar door met die zomerse temperaturen!!

 

 

***