Het is vroeg. Eigenlijk nog veel te vroeg om mijn bed uit te gaan. Maar ik ben wakker en heb geen zin meer om te blijven liggen. Mijn nachtrust is de laatste paar maanden toch al niet om over naar huis te schrijven. Ik lijk hier zowaar aan te wennen. Ik sluip op mijn tenen van de slaapkamer naar de gang. Een van de vloerplanken kraakt dus ik probeer deze met grote zorg te vermijden. Mijn gehannes om mijn evenwicht te bewaren zal er vast hilarisch uitzien. De heren liggen alle twee nog te knorren. Zij wel… Zodra ik mijn grote teen op de eerste traptrede naar beneden plaats, gaat het mis. De voelsprieten van Kleine Krijger weten al wie er bovenaan de trap staat zonder dat zijn ogen mij gezien hebben. Vanuit de woonkamer komt een luid kabaal, hij zat blijkbaar op een plaats waar hij eigenlijk niet mag zitten. Gevolgd door een oorverdovend gemiauw. Tot zover de rust.
Ik sjees de laatste paar treden op mijn tenen, en zo zachtjes als dit het toelaat, naar beneden om de herrieschopper tot bedaren te brengen. Wanneer ik de deur open maak staat Kleine Krijger al luid miauwend en knorrend op mij te wachten. Helemaal blij om mij weer te zien. Of om zijn voerbak die weldra gevuld zal zijn. Vanuit de hoek hoor ik een slaperige Groene Draak: “Goedemorgen” zeggen. Aan zijn reactie merk ik dat het voor hem eigenlijk nog te vroeg is. Geen vroege vogel dus! Toch schuif ik de gordijnen opzij. In een vloeiende beweging zet ik tuindeuren wagenwijd open om de ochtenddauw te verwelkomen. De zon is al aanwezig. Op het gefluit en getjilp van vogels na is het doodstil. Geen auto, geen hond, geen kind. Zalig!! Maar goed, het is dan ook een heel vroege zondagochtend.
Terwijl de dieren aan het eten zijn zet ik voor mijzelf een bak koffie. Het vermalen van de bonen doet gewoon pijn aan mijn gehoor. Alsof het een gigantische inbreuk maakt op de vredige stilte die heerst. De eerste meters van de tuin baden al in het zonlicht. Ik schuif de stoel zo stilletjes mogelijk opzij en neem plaats. Dit is pas zen wakker worden. De zon die langzaam mijn gezicht verwarmd terwijl ik de koele nachtlucht als een verkwikkende douche via mijn voeten omhoog voel trekken. Mijn neus vult zich met het aroma van de koffie en mijn oren genieten van de complete rust.
In tegenstelling tot Groene Draak, ben ik wel een vroege vogel. De ochtend was vroeger al mijn favoriete dagdeel en dat is nooit anders geweest. Zeker wanneer de wereld nog in diepe rust verkeert en ik alleen door het park wandel. Of zoals nu, in de tuin aan de koffie zit. De nacht rekent af met de drukkende chaos die zich ’s avonds als een dikke deken over de dag gedrapeerd heeft. De nacht poetst alles weg. ’s Morgens is er weer een nieuwe start. Een schone lei. Een nieuw begin. Dit wordt benadrukt door de stilte om mij heen. Er hangt een compleet andere energie in de lucht. Zo anders dan 12 uur terug. Het voelt schoon en fris. Alle mogelijkheden staan open. Nieuwe kansen dienen zich aan. Zo’n ochtend heeft iets magisch. Ja, zo zou ik iedere morgen wel wakker willen worden…



Eenmaal thuis merk ik dat mijn “ah toe, nog een half uurtje” niet zo slim is geweest. De zon heeft iets meer schade aangericht dan ik had ingecalculeerd… Voor nu kan dit de pret niet drukken. Daar denk ik waarschijnlijk morgen iets anders over. Zo’n dagje strand is echt heerlijk. Als kind kon ik er altijd al erg van genieten. Afgezien van het zand dat echt overal gaat zitten. Het ruisen van de golven, de meeuwen de zilte lucht. Heerlijk. En ik hoef er niet eens het water voor in. Als kind natuurlijk wel. Toen kon het mij niet schelen hoe koud het was. Ik was net een labrador. Wanneer ik water zag, moest ik er in. Dat is nu wel anders. Verder dan pootjebaden komt het meestal niet. Zoonlief is net zo. Water betekend erin. Gelukkig verbrand hij niet zo snel.


Zo groeide ik met zoonlief en zijn team mee. Een aantal jaar lang zat ik in de Hoeksche Waard bij verschillende teams aan de zijlijn. Vorig jaar is hij gescout door FC Dordrecht en door de KNVB. Na wederom toestemming gevraagd te hebben mocht ik ook daar langs de lijn zitten. Het afgelopen jaar zag ik verschillende stadions en kwam ik op plaatsen waar ik zonder zoonlief nooit zou zijn geweest. Inmiddels zijn alle toernooien gespeeld. Het voetbalseizoen is nu echt afgelopen. Het boek is uit, de koek is op! Na de zomerstop gaan we er weer tegenaan. Ik heb er nu al vreselijk veel zin in. Dat voetbal is echt zo gek nog niet!
