Project 1, het vervolg…

Eind vorig jaar maakten we een begin met het opschonen van de kasten en bergruimtes, tot het compleet leeghalen van de zolderkamer. Zelfs het behang moest er aan geloven. De kamer leek prompt een stuk ruimer dan ie was. En met de mooie wit gestucte muren zag het er al veelbelovend uit. Maar er moest nog wel eea gebeuren. De eerste weken van het nieuwe jaar waren alle winkels ook nog eens dicht.

Langsrijden bij de vloerenwinkel was er niet bij. Alles moest dus online gebeuren. En hoewel ik redelijk goed online kan shoppen is online een vloer uitzoeken best raar. 

Wat vloer betreft konden we het niet eens worden. Van uitbundig hoogpolig tapijt tot houten vlonders aan toe. Het stond allemaal leuk of was even afgrijselijk. Uiteindelijk vond Vriendlief een vloer die werd goedgekeurd. En nu de vloer eenmaal ligt ziet het er sjiek uit.

Maar wat moesten we nu toch met die smetteloos witte muren? Een kant van de kamer was niet zo’n probleem. De sauna zou al een groot gedeelte wegnemen. Maar de muur er recht tegenover is de muur die je als eerste ziet wanneer je de trap op loopt en waar je tegenaan kijkt vanuit de sauna. Een aantal mogelijkheden passeerden ook nu weer de revue. Mooie planken met accessoires. Fotobehang, iets met steenstrips of hout of beide? De mogelijkheden waren eindeloos.

Uiteindelijk kozen we voor een muurschildering. Dat zou pas origineel zijn en ook nog eens helemaal naar onze eigen wens ingevuld kunnen worden. Toen we een foto vonden met het uitzicht op berg en zee vanaf “ons” balkon waren we om. Net alsof we op vakantie zijn in een zonnig oord. Via via kwam ik in contact met Annemarie Zoutewelle. Ze tovert complete muren om tot waren kunstwerken. Binnen of buiten, groot of klein het maakt haar niet uit. We maakten een afspraak om te kijken of, wat wij in gedachten hadden, kon worden uitgewerkt.

Een week of twee later begon ze met schilderen. Ze begon met een opzet van maar een paar lijnen waarmee ik de muur al zag veranderen. Aan het einde van de dag lag de kamer bezaaid met kwasten, penselen, doeken, potjes en heel veel verschillende kleuren verf. Iedere keer als ik kwam kijken stond er iets nieuws bij. De muur kwam beetje voor beetje meer tot leven.

Na dag twee was ik al lyrisch over het resultaat. Maar Annemarie vertelde dat ze nog helemaal niet klaar was. Er moesten nog diverse details een toegevoegd worden. Meer bladeren links van het balkon en er verschenen zelfs baaien en dorpjes aan de voet van de berg. Het doel was diepte in het schilderij zodat de kleine kamer ruimtelijker oogt. Je zou het gevoel moeten krijgen dat je vanuit de sauna het balkon op kan stappen. Alsof de kleine kamer helemaal niet zou bestaan. 

Aan het einde van dag drie werd de laatste penseelstreek gezet. Op de foto’s hieronder is niet eens goed te zien hoe fantastisch het eindresultaat is geworden. Soms, met invallend licht, lijkt het zelfs wel 3D. En met het bezorgen van de sauna, diezelfde dag, kwam er een einde aan dit project. De kamer moet nog wat aankleding krijgen maar we zijn er nu al heel erg blij mee.

Anekdotes van thuiswerken…

Samen thuiswerken kan ook heel gezellig zijn. Zo eten we geregeld samen een broodje of drinken we ff een bak koffie. In plaats van met je directe collega’s te roddelen, roddel je nu met je vent over je collega’s (nee grapje, jongens, mochten jullie meelezen!) Samen in de woonkamer aan het werk kan echter niet. Mijn telefoon gaat de hele dag door en Draak vind het heerlijk om gesprekken over te nemen. Met als gevolg het bijkomende kabaal van vogelgefluit, gekrijs, of zang (want dat kan hij heul goed) Om mijn klanten en mijzelf verstaanbaar te houden werk ik vanuit mijn eigen “kantoor”, in een van de kamers boven. 

Voor de verandering is het druk op mijn werk. De hele ochtend staat mijn telefoon roodgloeiend en de mailboxen puilen uit. Voor ik het weet dient de middag zich aan terwijl ik nog moet ontbijten. Met mijn lege kop koffie dender ik de trap af. Ik ben er nog niet over uit of ik voor een brunch of voor een verlaat ontbijt ga. Eenmaal binnen tref ik vriendlief midden in een overleg. Ik zie verschillende hoofden op het scherm. Mij zien ze gelukkig nog niet. 

Het is echt niet zo dat niemand mij mag zien… Maar op een dag als vandaag, waarbij ik iets te laat mijn bed uit ben gerold en het rete druk heb ben ik gewoon niet heel erg uitgedost om gezien te worden. Mijn haar zit in dezelfde knot als waarmee ik wakker werd. En mijn kleding zit heerlijk maar daar ga ik de straat niet mee op. Dus nee, ik hoef niet zichtbaar in beeld.

Vanaf de deur loop ik naar de keuken. Hier vandaan kunnen ze mij nog net niet zien, schat ik in. Daarna neem ik een snoekduik naar beneden. Kruip op handen en voeten verder de keuken in. Vriendlief zit zo in zijn overleg dat hij mijn hele getijger over de grond niet eens opmerkt. Draak daarentegen wel. Zijn eerste kreten als: werken en LALALALA komen al uit zijn snavel. 

Het gedeelte waar ik moet zijn bevind zich precies achter vriendlief. Vol in beeld dus. Op mijn knieën tijger ik door naar de kastdeur. Zijn collega’s zien waarschijnlijk nu, uit het niets, een kastdeur opengaan. Ergens van onderen een hand verschijnen die een bord pakt en de kastdeur weer dichtgaan.

Het moment is zo hilarisch dat ik er om moet lachen. Dat word uiteraard opgemerkt door Draak die dus ook begint te lachen. Zijn reactie werkt aanstekelijk. Voor ik het weet lig ik op de keukenvloer te gieren van het lachen. Met in de woonkamer een echo geproduceerd door Draak. Ik mag echt hopen dat vriendlief zijn microfoon heeft uitstaan want anders denken ze nog dat er iemand vermoord wordt met dat gekke gehinnik van mij.

Vanuit een andere hoek, waarbij ik vooral niet zichtbaar ben, smeer ik mijn brood. Samen met een verse bak koffie sluip ik terug naar boven. Draak’s volume is teruggebracht naar acceptabel gebrabbel en vriendlief zit nog steeds midden in zijn vergadering. 

Als we ’s middags aan de koffie zitten vraag ik terloops of hij nog iets gemerkt heeft van mijn actie eerder op de dag. Nee, daar had hij niks van gemerkt. Alleen de vogel was wel wat aan de drukke kant. Of er dan iets moest zijn?? Nee hoor, antwoord ik. Helemaal niks. Opgelucht haal ik adem. 

Herinnering #2…

Terwijl ik boven op de loopband mijn benen uit mn lijf aan het rennen ben staat zoonlief te klooien met een bal. Hij stuitert op zijn voet, op zijn knie en weer op zijn voet. Het hele tafereel herhaald zich een aantal keer. Op het moment dat hij even uit balans is glipt de bal van zijn voet, op de grond zo de trap af naar beneden. De bal komt met een klap tegen de voordeur tot stilstand. Op dat moment schiet mij een herinnering van heel, heel lang geleden te binnen. Ik vergeet bijna mijn ene voet voor de andere te zetten en een fractie van een seconde lijkt het er op dat ik mijn evenwicht verlies en van de loopband af stuiter. Ik herpak mij gelukkig sneller dan die bal en doe of de ongemakkelijke beweging bij m’n dagelijkse work-out hoort.

Door die herinnering wordt ik ver terug in de tijd geworpen. Samen met mijn ouders ben ik in het Noordpark. Mijn zusje, niet ouder dan een paar maanden, is er ook bij en ligt in de kinderwagen. Dat betekend dat ik niet ouder dan vier jaar kan zijn. Terwijl moeders zich vanaf een bankje bezig houdt met mijn zusje, spelen mijn vader en ik met een bal. Naar mijn idee is hij rood met witte stippen. Maar helemaal zeker weten doe ik dat niet. Iets zegt mij dat dit gewoon zo in het plaatje past. We hadden in die tijd geen auto dus zullen we lopend naar het park gegaan zijn. Iets wat wij vroeger heel vaak deden. Misschien brachten we ervoor of erna wel een bezoek aan opa en oma die toentertijd beneden aan de dijk woonden. 

Voor de mensen die hier niet bekend zijn: Het Noordpark is een klein park gelegen tussen Hendrik Ido Ambacht en Zwijndrecht en kijkt uit over de Maas. Sinds jaren heet het ook wel het Beeldenpark. Zoals ik al zei kwamen we hier best vaak, om te wandelen, naar boten te kijken vanaf een van de vele bankjes aan de oever, pootje baden op het “strandje” of te slingeren aan het touw dat iemand 100 jaar terug aan de grote oude boom heeft gehangen. Maar terug naar mijn herinnering…

We schoppen de bal over en weer en op het moment dat we er klaar mee zijn schop ik de bal nog een paar keer tegen een hele dikke boom. Mijn vader, (wist hij veel, maar hierna wel beter), vertelt mij dat dit niet handig is. Nu heb ik het hele huis van Mijnheer de Eekhoorn gesloopt. Zijn meubels liggen op de grond en alles ligt door elkaar. Ik heb helemaal geen eekhoorn gezien, maar die knoest halverwege de boom wel. En die ziet er verdacht veel uit als de voordeur van een eekhoornhuis. Het dringt tot mij door wat voor schade ik heb aangericht met mijn bal. Vanaf dat moment ben ik ontroostbaar en zit mijn vader met een jankend kind opgescheept. De enige oplossing is een briefje ophangen met daarop mijn welgemeende excuses. Het briefje wordt aan een tak geprikt en nu maar hopen dat de schade mee valt.

Bij volgende bezoekjes aan het park heb ik die boom gemeden. Want een boze eenhoorn wilde ik liever niet zien. Grappig hoe het stuiteren van een bal deze herinnering opriep. Ik vraag mij af of die boom er nog staat…

eekhoorn op boomstronk

Project 1…

Niet alles wat ik dit jaar wilde doen kon ik doen. En vandaag is de laatste dag van 2020. Ook al zou ik vandaag de kans krijgen om een en ander nog in te halen of te doen… Dan nog zou dat niet lukken. De gemiste kansen zijn voor het nieuwe jaar. Wat ik op deze laatste dag van het jaar wel kan doen is een begin maken met een nieuw project.

Het is op de wc na, de kleinste kamer in huis. Hij is zelfs nog in de oorspronkelijke staat zoals de vorige bewoners het hebben ingericht. Voor hen was het een werkruimte met diverse kastjes links en een kledingkast rechts. Er is en bureau aan de muur bevestigt en er hangt een groot werkblad om wat dan ook op uit te werken. Voor ons waren als deze extra opbergruimtes ideaal. Vooral om spullen een plek te geven die je anders rommel zou noemen. En de kast herbergt al onze wintersportkleding.

Vandaag draait het nu juist om die laatste kast. Dit stukje van de kamer krijgt een andere invulling. Er komt namelijk een sauna. Niet zo’n mooie Finse. Met wolken stoom, geurige eucalyptus en een plonsbad ernaast. Maar eentje die wat meer past. Zowel bij ons als in de beschikbare ruimte. Het wordt een infraroodsauna. En dus moet de kast weg. Maar voor ie weg kan, moet ie leeg. 

Als ik alle kleding op bed heb uitgestald is het eigenlijk niet eens zo veel. Maar skibroeken en jassen nemen gewoon heel veel plek in beslag. Het blijkt zowaar in een koffer te passen die weer op de vliering kan. In minder tijd dan ik voor ogen had ben ik klaar met deze klus. Met tijd over besluit ik de andere kastjes ook onder handen te nemen. 

Voor ik het weet ligt de hal vol met tassen oude rommel, spullen en kleding. Het is zo veel dat ik mij afvraag hoe en waarom we dat altijd bewaard hebben. Een deel krijgt een tweede (of derde) leven elders, de rest gaat de container in. Binnen een dag is de hele kamer leeg. Terwijl ik eigenlijk alleen voor de kast zou gaan. 

Vriendlief en ik zijn het al snel eens. De hele kamer gaat op de schop. Hij sloopt het werkblad en de overige kastjes uit de kamer en ik loop alles naar beneden. Dit levert mij voldoende spierpijn op om de dagen erna niet meer te hoeven sporten. Als de kamer leeg is trek ik, zonder te twijfelen, aan het behang. Ja, moet er ook af. 

Dat is wat we de eerste dag van het nieuwe jaar staan te doen, behang scheuren. Terwijl vriend al mopperend bezig is, want zijn stukje muur werkt niet mee, vind ik rust in het afkrabben van drie lagen opgeplakt papier. Nu de kamer bijna helemaal leeg en kaal is kunnen we gaan bedenken hoe we het verder gaan inrichten. Onze fantasie slaat al snel op hol. Zullen we dit?? Of zullen we dat?? Wordt het fotobehang, steenstrips, of hout? Gaan we voor uitbundig of wordt het een rustgevende ruimte?

Er is zoveel leuks van te maken. Gelukkig is de sauna al besteld en duurt het nog een paar weken voor ie geleverd wordt. We kunnen dus nog even wikken en wegen voor we verder gaan met klussen. 

Wordt vervolgt…

 

 

Mijn eerste baantje…

Meer dan 20 jaar geleden werd het tijd om zelf voor wat zakgeld te zorgen. Tante F. wist dat ze bij haar op de zaak nog een vakantiekracht zochten. Ze hielp mee met de sollicitatiebrief, want internet was toen nog een schaarste (haha, dat was alleen mogelijk met een inbelverbinding via de huistelefoon, als je geluk had!) Diezelfde week mocht ik al op gesprek. Waarbij het onderwerp salaris overigens niet eens ter sprake is gekomen. Ik kreeg een rondleiding en werd aangenomen. Vanaf dat moment was ik queen of de vaatwasser. Mijn aller eerste baantje in de keuken van een verpleegtehuis in Dordrecht.

De hele zomervakantie stond in het teken van werken. Ik wilde een goede indruk maken en vooral mijn tante niet teleurstellen. Dus deed ik mijn stinkende best. In rap tempo werd ik ingewerkt. Want een lopende band vaatwasser is niet zo makkelijk als men denkt. Daar kwam bij dat elke afdelingen zijn eigen kar met serviesgoed had. Alles was ook nog eens voorzien van een eigen kleur. Enige systematiek was dus vereist. Voor de lunch moesten de karren schoon en klaar staan om gevuld te worden met de maaltijden voor de bewoners. Na onze eigen lunch kwamen de karren ranziger terug. ’s Middags had ik als taak om naast alle karren, ook het keukengerei van de koks weer schoon te krijgen.

Ik zat iedere dag tot aan mijn oksels in de etensresten en had toch de tijd van mijn leven. De koks vonden het een beetje sneu dat ik alleen maar heen en weer aan het rennen was tussen vuil- en schoon serviesgoed. Dus werd ik ook ingedeeld om andere klusjes te doen. ’s Morgens het eten bereiden en ’s middags de mise-en-plas. Zelf vond ik dat allemaal iets minder. Een koksmes hanteren om 10 kg ui te versnipperen is niet mijn ding. Evenals het afwegen van voedingsmiddelen. Gaat altijd verkeerd! Het maken van toetjes en uitlepelen van de bakken slagroom was dan wel echt mijn ding. Ik leerde wat HACCP inhield en hoe ik correct en hygiënisch schoon moest maken. Ik leerde ook wat een terug-koeler was en dat de steamer echt heel heet is. *au*

Het beviel zo goed dat ik besloot te blijven. Vanaf dat moment werkte ik naast alle vakanties ook twee weekenden in de maand. Ik zat in het tofste weekend, met de leukste collega’s. Maar moest mijn tante missen. Die zat helaas in een ander weekend. De radio stond vaak op standje kneiter hard. Soms kwamen ze van de kerk vragen of het misschien iets zachter kon. Wij kwamen boven het orgel uit.

Op warme zomerdagen zorgden de Technische Dienst voor de nodige hilariteit. Er stonden geregeld emmers water op het dak, om iedereen tijdens de koffiepauze (wanneer deze buiten gehouden werd) van een verfrissende douche te voorzien. Wie de dans ontsprong werd in de middag achterna gezeten met de brandslang. Met alle protocollen van tegenwoordig is dit nu ondenkbaar…

Na drie jaar afwashulp werd het tijd om op te stappen en opzoek te gaan naar een vaste job. Het afscheid viel mij zwaarder dan ik had verwacht. Ik heb nog heel vaak gedroomd over dit werk. Dan rende ik rond met serviesgoed of waren mijn karren opeens weg. Die karren hebben nogal indruk gemaakt. Ik denk dat ik geen leukere eerste werkervaring op had kunnen doen dan daar.

Was jullie eerste baantje ook zo leuk als dat van mij?

In de tussentijd: vanuit huis…

Eindelijk kwam er weer wat werk binnen en toen begon de bouwvak. Voor ons betekende dat weer terugschakelen naar versnelling 1. Heel veel harder hoefden we niet te gaan. Toen mijn directe collega met vakantie ging bleef er voor mij tenminste nog wat werk over. Daarnaast hield ik mij bezig met allerhande zomerklusjes. Zoals het opruimen van het papieren- en digitale archief, mailboxen opschonen en het bijwerken van achterop gelopen to-dolijsten. 

Nu de vakantie voor bijna iedereen weer voorbij is, maar corona nog steeds huishoud is bij ons het thuiswerkplan wederom geactiveerd. Een minimale bezetting op kantoor en de rest werkt op vaste dagen vanaf huis. Dat laatste is echt niet altijd even makkelijk. Soms lijkt het wel of ik door een doolhof van wachtwoorden en systemen moest tijgeren voor ik eenmaal ben waar ik wezen moet. Ik ben verknocht aan mijn appel. Maar mis mijn twee grote beeldschermen op de zaak. Het kijkt, klikt en schuift gewoon prettiger dan alles op een laptop thuis. Om nog maar te zwijgen over de zeeën van ruimte op mijn bureau op de zaak. Dat heb ik hier niet hoor. 

Daarnaast moet ik thuis veel meer moeite doen om in beweging te komen. Dus ik laveer tussen roeimachine en de crosstrainer. Wandel wat op de loopband en sprint de trappen een paar keer op en af. Doe een rondedansje langs mijn balanceboard en huppel een aantal keer rond de bokszak om toch aan mijn stappendoel te komen. Thuiswerken staat voor mij anders gelijk aan maximaal 3000 stappen per dag en dat is gewoon veel te weinig. Tja, de koffieautomaat staat hier nu eenmaal dichter bij mijn bureau dan op de zaak. 

Nee, ik ben dus niet heel erg blij dat we weer vanuit huis moeten gaan werken. En helemaal niet toen het doorschakelen van de telefooncentrale naar mijn zakelijke nummer grandioos bleef mislukken. “Er kan geen verbinding tot stand gebracht worden. Probeer het later opnieuw!” GGRRRRR. Of wanneer blijkt dat ik een van de wachtwoorden niet meer weet, want oeverloos & oneindig lang en iets met automatisch in laten vullen. Dus hang ik ’s morgens in alle vroegte weer in de wacht bij de helpdesk. Die het, op welk tijdstip ik ook bel, altijd druk schijnen hebben…. “Al onze medewerkers zijn bezet, een ogenblik geduld alstublieft…” Met op de achtergrond een of andere klote muziekje om je spontaan opgekomen irritatie nog even verder naar een kookpunt te brengen!!

Inmiddels ben ik een uur aan het werk. Nou ja, aan het werk… De boel aan het opstarten is een beter woord. Het liefst zou ik mijn spullen willen pakken om gewoon, als van ouds, naar kantoor te rijden. Maar ja, dat vind de baas niet zo tof. Want corona. Natuurlijk snap ik het allemaal. Heb ik begrip voor de situatie en willen we een gezonde werkomgeving voor iedereen. Maar ondertussen ben ik er zo vreselijk K L A A R mee!!

Na ruim een uur tobben lukt het mij zowaar om de telefooncentrale weer aan de praat te krijgen en heb ik eveneens weer toegang tot bepaalde programma’s. Ach ik probeer het dan maar weer van de positieve kant te bekijken, want zo zijn we dan ook wel weer. Ik kan tenminste 3 kwartier langer blijven liggen, hoef mij niet druk te maken over wat ik aantrek en hoe mijn haar zit… 

Corona’s voordeel….

De afgelopen twee jaar heb ik het sporten weer lekker opgepakt. Hoewel het hardlopen er niet echt meer inzit in verband met een terugkerende knieblessure kan ik mij toch prima vermaken in mijn eigen “sportschool” thuis. Met de wintersport aan het begin van ieder jaar ligt de nadruk vooral op het aansterken van spieren die ik met het snowboarden gebruik. Ervaring heeft mij geleerd dat ik zoveel meer van mijn week in de sneeuw geniet met een gedegen voorbereiding. Bij terugkomst ligt het fanatiek sporten even stil tot ik besluit dat het warm genoeg is om te wakeboarden. Ik begon dan eigenlijk veel te laat, waardoor de eerste paar keer in het water gepaard ging met gigantische spierpijn na een sessie.

Dit jaar ging het er echter iets anders aan toe. We waren net terug van de wintersport of corona kreeg de overhand. Mijn doorgaans gevulde dagen misten vanaf dat moment iedere vorm van regelmaat en ritme. Ik had er moeite mee om mijn dagen productief en nuttig te vullen. Na enige tijd begon ik mijzelf in de weg te zitten. Ik voelde mij rusteloos, nutteloos en sliep ook nog eens bar slecht. Na twee weken was ik er al helemaal klaar mee. En alle klote klusjes in huis waren inmiddels ook wel gedaan. Dit moest anders…

Op het moment dat ik door had dat het zo niet langer ging, want niemand kon nog voorspellen hoelang corona ons land in “gijzeling” zou nemen, gooide ik het roer compleet om. Ik heb dan misschien geen volle dag te vullen met werk, ik deed gewoon alsof. Ik bouwde weer regelmaat en ritme in. Ging op tijd naar bed en stond er vroeg weer naast. Ging wat slimmer om met mijn eetgedrag en voegde wat meer glazen water per dag toe. Door iedere dag iets te doen wat in mijn ogen nuttig was hoopte ik meer voldoening uit mijn dag te halen. En ik besloot meer te gaan sporten. 

Vooral dat laatste was een prima beslissing. Ik intensiveerde mijn work-out. Op Pinterest vond ik inspiratie voor andere, nieuwere en uitdagendere buikspieroefeningen op mijn yogamat. Ik vond oefeningen om ook mijn onder- en bovenrug te verstevigen en vond zelfs evenwichtsoefeningen voor op mijn balanceboard. Daarnaast vond ik ook nog wat handige oefeningen met een heel simpel elastiek. Vervolgens doe ik nog de nodige cardio oefeningen op de apparaten die ik hier thuis heb staan. 

Een maand of twee terug heeft vriendlief ook een bokszak op zolder opgehangen. Met wat oefeningen van mijn “oude vriend” Billy Blanks kan ik ook daar helemaal op los. Stond ik vroeger in het luchtledige te trappen en te slaan, heb ik nu wat meer weerstand. Ik combineer en wissel heel wat af en werk mij letterlijk in het zweet. 

Sinds begin mei heb ik ook een Stand Up Paddleboard aangeschaft en SUP ik iedere week een paar kilometer. Soms hier achter in het park, soms op het grote water. Net hoe het uitkomt en wat voor weer het is. 

Dit alles heeft er voor gezorgd dat ik inmiddels, onbedoeld, een paar kilo ben kwijtgeraakt. Mijn spieren zijn flink aangesterkt en ik kan mijn “ei” tenminste kwijt. Dat laatste is niet alleen voor mij maar ook voor de mensen om mij heen wel erg fijn! Nooit eerder was ik summerproof nog voor de zomer begon. Heeft Corona toch nog aan iets positiefs bijgedragen… 

 

 

*Dit blog verscheen eerder ook op “Hoe vrouwen denken.”   

Opgaan in het moment II…

In eerste instantie was ik helemaal niet bezig om het “mindfulness” aan te pakken. Het woord alleen bezorgd mij jeuk. Het is wel precies wat ik gedaan heb. *HIER* lees je deel één. Mijn doel is mijn gehaaste leven veel meer een halt toe te roepen. Ik wil meer opgaan in welk moment dan ook en meer genieten van dat wat ik aan het doen ben. Ik neem jullie graag mee in mijn zoektocht naar het creëren van meer zen-momenten in alledaagse dingen. 

Mijn plan om het door te trekken in meerdere dingen die ik doe, blijkt toch minder eenvoudig te zijn dan ik dacht. Soms is het zelfs lastig om (al is het maar) twee minuten stil te staan en echt bewust te voelen en op te merken met waar ik mee bezig ben. Begin dit jaar, toen ik er mee begon wist ik nog niet dat Corona ervoor zou zorgen dat mijn hele leven, in ieder geval de komende maanden een stuk rustiger zou worden. Slow down brother!! 

Stiekem had ik gehoopt dat het hierdoor wat makkelijk zou zijn. Niets is minder waar. Ik heb mij op dit moment dan niet meer met 101 dingen bezig te houden maar er malen nog voldoende gedachten door mijn hoofd. En waar kan ik die nu beter stil zetten dan op de plek waar de bewoners altijd leven in het hier en nu?! Die geen last hebben van mentale ruis, oordelen of zorgen. Ja, of er na deze ene hap gras misschien nog een volgende hap genomen kan worden… 

Ik zet mijn zoektocht naar zen-momenten voort op stal. Of eigenlijk de wei, want daar staan de paarden sinds enkele weken. Ik ga vandaag heel bewust strontscheppen! Tenminste, dat ga ik proberen. Het hebben van een paard is echt niet zo romantisch, dat je het ff weet. Normaal doe ik deze klus op de automatisch piloot en draait mijn hoofd overuren. Vandaag heb ik extra geluk. De knollen zijn een wei verplaatst en het gras staat zo’n beetje kniehoog. Extra uitdaging is niet verkeerd om ergens met je volle aandacht bij te zijn. 

Bij het betreden van de wei blijf ik met een voet hangen in een grashalm en breek bijna mijn nek. Dat begint al goed. Maar hierna is iedere handeling doelbewust en heel gericht. Het is heel wat vermoeiender om bij dit stompzinnige werk je (telefoon en) denken uit te schakelen en alleen bezig te zijn met hier en nu. Met paard en poep. Tel daar het ploegen met kruiwagen en al, door het hoge gras bij op en ik heb naast een geestelijke ook een fysieke inspanning geleverd.

Voor ik er erg in heb ben ik al een uur lang “spoorzoekertje” aan het spelen. Voel ik wat mijn spieren doen en luister naar de geluiden om mij heen, in plaats van in mijn hoofd. Wat een herrie daar binnen en wat een rust daarbuiten!! Is het gelukt? Nee niet helemaal. Misschien komt het door de klus op zich?! Die was letterlijk en figuurlijk intensief. Wel was ik meer uit mijn hoofd en in mijn lichaam. 

Wanneer ik op de fiets stap voor de terugreis naar huis voel ik mij toch voldaan! Nu is het de kunst om het uit te bouwen. Eens zien wat mijn volgende onderwerp gaat worden… 

Het went, maar toch…

Eind maart: Het zat er natuurlijk aan te komen, toch heb ik de stille hoop dat alles gewoon door gaat zoals normaal. Dat het mee valt en overwaait. Aangezien de hele wereld plat ligt is dit een gedachte die uiteraard nergens over gaat. Maar toch. Toch hoop ik als een malle dat het allemaal wel mee zal vallen, het zo’n vaart niet zou lopen. Ergens in de wereld is een hick-up maar dat geldt niet voor ons. Ik wil gewoon mijn normale dagelijks leven behouden. En vooral geen gekke fratsen hier.

Dat was zoals gezegd ijdele hoop. Corona begint zich steeds meer aan ons op te dringen. Een tsunami die er in één klap is en waartegen je niets kunt uithalen. De hele wereld is in rep en roer. Opeens is iedereen viroloog, bioloog of een geleerde. Iedereen heeft een mening en moet dit vooral bekendmaken. En dan de paniekzaaiers! Die staan op iedere (virtuele) hoek van de straat. Maar bij ons is vooralsnog niets aan de hand. Behalve dan dat de grote baas, net als een overgroot deel van Nederland, voorzorgsmaatregelen aan het treffen is.  

Nu een hoop locaties verplicht gesloten zijn kunnen onze examens daar ook niet doorgaan. Er moet aardig wat geannuleerd en afgezegd worden. Beetje voor beetje komt ons werk stil te liggen. Het is ook niet langer nodig om met een volledige bezetting op kantoor aanwezig te zijn. We stemmen bepaalde procedures op elkaar af. Er komen andere werkroosters. ICT wordt opgetrommeld en voor we het weten hebben we allemaal een laptop en telefoon van de zaak.

Binnen een paar dagen is alles geregeld en werken we met het complete team vanuit huis. Voor zover dat nodig is. Want het werk is zover opgedroogd dat er niet voor iedereen iets te doen is. Kantoor is maar een paar dagen per week voor een paar uur bemand door hooguit twee collega’s.

Dat, lieve mensen, is toch best wel even wennen. Opeens ben ik mijn complete regelmaat en ritme kwijt. Begin april sta ik met Poownie te grazen onder werktijd, ondertussen mij af te vragen wat de andere collega’s nu aan het doen zijn. Zelf heb ik die week “vrij” en ben alleen nodig als de andere collega ergens niet uitkomt. Het voelt gek om “vrij” te zijn en onder werktijd met hele andere dingen bezig te zijn dan met de mailbox, rinkelende telefoons, klanten en collega’s.

Inmiddels zijn we ruim 1.5 maand verder en heb ik redelijk mijn weg hierin kunnen vinden. Maar dat ging echt niet zomaar. Ik kwam er achter dat ik het beste gedij bij een zo normaal mogelijk werkritme. Normale tijd naar bed en ook gewoon vroeg weer op. Ik ruimde mijn oude werkkamer op en heb het zo ingericht dat ik daar in alle rust ’s morgens mijn dag kan beginnen. Hoewel mijn hersens geregeld doen alsof het semi-vakantietijd is begin ik redelijk te wennen aan mijn kleine beeldscherm en de videocalls via teams of zoom.

Toch hoop ik met heel mijn hart dat dit “tijdelijke abnormaal” snel over is en we terug kunnen naar ons “oude normaal”. Het normaal waarbij we omkomen van het werk. Elkaar “pesten” rond de koffietafel en kunnen klagen dat het zo druk is. Want ik mis mijn chaotische bureau, het geregel, de drukte en het werk. Maar bovenal mis ik het samenwerken met mijn collega’s!!

 

In de tussentijd: Binnen de lijntjes…

Met het opruimen van mijn werkplek, enige tijd geleden, had ik ze al bijna weggegooid. Ik deed er toch niet zo heel veel mee. Twee kleurboeken, een setje potloden en een map met stiften. Maar de krent in mij vond dat toch wel wat zonde dus gingen ze in een doos met de gedachte: misschien leuk voor ooit. 

Ik was mijn kleurboeken alweer helemaal vergeten tot ik op Pinterest, die ik in tijden van Corona weer heropend heb want verveling, een aantal waanzinnig mooie platen voorbij zag komen. De combinatie van kleuren en patronen die in elkaar overliepen deed mij gehypnotiseerd naar mn scherm staren. Ik bedacht mij geen moment. De tijd van ooit is nu gekomen. 

Het was even zoeken en uiteindelijk vond ik de doos achter het schot op zolder. Een mooie manier om deze lethargische periode door te komen. Iedere dag een momentje van zen en bewustwording in combinatie met al die mooie kleuren…. 

Het kleurboek is nagenoeg leeg. Hier en daar had ik ooit al een begin gemaakt maar was er blijkbaar vrij snel weer mee gestopt. Ik vind een simpele plaat en trek een aantal stiften uit de verpakking. Enthousiast begin ik wat strepen te trekken. Nadat de eerste kleuren op papier staan vraag ik mij af what the fack ik aan het doen ben. Ik bedoel, het lukt mij niet eens om normaal binnen de lijntjes te kleuren. De neuroot in mij besluit toch wel eerst ff al die blaadjes groen te kalken. 

Het boek wordt tig keer gedraaid want normaal van links naar echts werken kan ik (blijkbaar) niet. Dus ik schilder van boven naar beneden en van rechts naar links om dan van linksonder naar rechtsboven verder te gaan. Het ziet er een beetje ongestructureerd uit. En dat is het ook. Maar ach, wie ziet dat nu, in deze quarantaine periode? Ik draai het boek weer een kwartslag om de laatste blaadjes in te kleuren. Mijn vingers en handen zijn in ieder geval schoon. Toch nog iets geleerd van mijn knutselmiddagen op de lagere school. 

Na een paar minuten ben ik de blaadjes en bloemen met stiften eigenlijk alweer zat. Ik zoek iets nieuws uit en pak de potloden er bij. Fout gedacht. Na de eerste drie krassen merk ik het al. Dit zijn van die goedkope crisis dingen. Ik snap nu ook wel waarom ik eerdere kleurplaten maar voor een kwart heb afgemaakt. Ik rot die potloden weer in hun etui en graai naar de stiften. Nieuwe bladzijde, nieuwe kleurtjes… Niet bepaald een rustgevend werkje dit!

Vroeger had ik nooit last van kramp in mijn vingers. Ik kliederde schrift na schrift vol en schreef brieven naar penvriendinnen waar geen einde aan kwam. Nu heb ik na vijf minuten al zo’n kramp in mijn handen dat ik besluit eerst maar eens een pauze in te lassen. Tijd voor koffie.

Inmiddels zijn we twee weken verder. Mijn stiften zijn voor de helft opgebruikt en het kleurboek is wat meer gevuld. Met neurotisch ingekleurde platen, dat dan weer wel. Ook heb ik mijn aquarelpotloden teruggevonden. Die ga ik van de week uitproberen. Zennn word ik er niet van en rustgevend is het ook niet bepaald. Maar een prima tijdverdrijf is het wel. Zeker nu we nog een weekje of wat “Coronona tijd” te gaan hebben…

 

Kleurboek voor volwassene

 

ps: niet alle kleurplaten hierboven zijn door mijzelf ingekleurd hoor 🙂